Boekrecensie

Titel: Ik wil er ook bij horen. Weerbaar worden tegen pesten
Auteur: Mija Hasselaar en Bram de Muynck

Uitgeverij: Den Hertog
Houten, 1999
ISBN 90 331 1359 7
Pagina's: 136
Prijs: ƒ 27,90

Recensie door drs. L. Klein-Vuijst - 17 november 1999

Pesten is een groepsprobleem

„Die dikke trut speelt niet mee, die hoort niet in onze klas.” Pesten is een ernstig en veelvoorkomend verschijnsel. Het komt in allerlei verbanden voor. Vaak gebeurt het zo dat de omgeving er weinig van merkt. Drs. Mija Hasselaar en drs. A. de Muynk, beiden als hulpverlener vanuit de schoolbegeleidingsdienst werkzaam in het onderwijs, beschrijven pesten niet alleen als een bedreiging voor alle betrokkenen, maar tevens als een verschijnsel dat haaks staat op de bijbelse opdracht elkaar lief te hebben.

Volgens de auteurs ligt de oorzaak van het pesten niet in het gepeste kind zelf ligt. Dit is een misverstand. Bijzondere eigenschappen van een kind zijn wel aanleidingen maar geen oorzaken van pesten. Pesten moet gezien worden als een groepsverschijnsel. Een onveilig groepsklimaat is een van de belangrijkste oorzaken van pesten.

Op heldere wijze wordt daarom allereerst de functie van een groep en de relatie met het fenomeen pesten uiteengezet. Pesters hebben vaak een leiderspositie in de groep. Met hun gedrag, dat eigenlijk veroorzaakt wordt door een onvaardigheid om op prettige wijze met andere kinderen om te gaan, dwingen ze populariteit af. De meelopers beginnen zelf niet, maar doen wel met het pesten mee.

In een volgend hoofdstuk beschrijven de auteurs op erg uitvoerige wijze de rol van de gemeenschap. Aan de hand van een voorbeeldgezin in een dorp wordt geschetst hoe de omgeving een bijdrage kan leveren aan negatieve beeldvorming over mensen. Dit is in strijd met Genesis 2:18, waarin juist naar voren komt dat mensen aan elkaar gegeven zijn om elkaar te helpen.

Gevolgen
Pesten is vooral zo ernstig, omdat het, als er niet tegen opgetreden wordt, in intensiteit zal toenemen. Vaak heeft pesten zo diep ingegrepen dat de gevolgen voor het gepeste kind niet alleen beperkt blijven tot de schoolperiode. Faalangst, een wantrouwende houding en een negatief zelfbeeld zijn voorbeelden van de schade die op de lange termijn zichtbaar kan blijven. Ook negatieve gevolgen in gedrag en gevoelens van de pester en de groep zijn niet uitgesloten.

De auteurs benadrukken dat vanuit de kennis over de ernst van pesten men zich niet verblijvend kan opstellen. Op praktische wijze wordt daarom een handreiking gedaan aan ouders en leerkrachten hoe te handelen in een pestsituatie. Steun geven aan het slachtoffer, het geven van informatie en het erbij betrekken van verschillende personen zijn hierbij belangrijk.

In tegenstelling tot hetgeen de ondertitel van het boek doet vermoeden, wordt alleen in de laatste twee van de negen hoofdstukken expliciet ingegaan op het weerbaar worden tegen pesten. Hierin wordt beschreven hoe ouders en leerkrachten deze taak kunnen vervullen. Dit bestaat onder meer uit het geven van positieve aandacht aan het kind, het opbouwen van het zelfvertrouwen, openheid over pesten en het oefenen van een christelijk omgang met elkaar.

Meerwaarde
De afgelopen tijd is pesten meer en meer onder de aandacht gebracht. Hoewel dit boek overlap vertoont met bestaande literatuur over dit onderwerp, geeft het accent dat in dit boek gelegd wordt op de groep een meerwaarde. Het boek is daarom niet alleen lezenswaardig voor mensen die te maken hebben met pesten. Ook ouders en andere betrokkenen bij schoolgaande kinderen kunnen hiermee hun winst doen. Het boek is vanuit een bijbels kader geschreven. Dit biedt herkenning. Tegelijk wijst het op de ernst van deze zonde en de bijbelse opdracht van een ieder om onrecht tegen te gaan. Dit onderstreept de door de auteurs vanuit hun ervaring naar voren gebrachte noodzaak om dit probleem serieus te nemen. Een noodzaak die ik van harte ondersteun.