Boekrecensie

Titel: Oud geboren worden om jong te sterven
Redactie: G. Breed, J. Deckers en M. den Dulk
Uitgeverij: Meinema
Zoetermeer, 1998
ISBN 90 211 3717 8
Pagina's: 168
Prijs: ƒ 35

Recensie door ds. C. A. Korevaar - 2 december 1998

Oudere voelt zich steeds meer vreemde in eigen omgeving

Werken met een levensverhaal

De titel van het boek “Oud geboren worden om jong te sterven” klinkt raadselachtig. Het is eigenaardig dat er slechts één keer op gezinspeeld wordt en nog wel zonder bredere verklaring. Maar in de toelichting voor recensenten schrijft de uitgever dat het een oude Noord-Hollandse zegswijze is om een ideaal te omschrijven.

„Jong zijn betekent vaak dat het leven vol opdrachten is die soms onuitvoerbaar lijken en als een last op de schouders drukken. Ouder worden betekent: leren relativeren en het leven doorzien, zodat men weer licht en onbevangen wordt als een kind en zo het sterven tegemoet kan zien”. Dit is duidelijk de bedoeling van dit boek, waarin verschillende auteurs met deskundigheid en invoelingsvermogen schrijven om ouderen te helpen. Evenzeer hebben zij oog voor jongeren, die als verzorger of pastor met hen te maken hebben. We kunnen van hen veel leren!

Op blz. 139/140 en 141/142 worden gedeelten van de zin die al op de voorgaande bladzijde stond herhaald. Elders wordt gesproken over mensen die miljoenen jaren geleden iets hebben ontdekt. Hoe moeten wij dit rijmen met de getallen uit de Bijbel? Op blz. 68 wordt gezegd dat men de oerverhalen –ook uit de Bijbel– niet als geschiedenisverhalen leest, maar als „een overgeleverd licht en een kader voor zin van leven”. Dit is een ander geluid dan ons tegenklinkt in onder andere Lukas 1:1-4, waar de evangelist het tegendeel zegt.

Moderne leven
Maar nu de inhoud. Nadrukkelijk wordt gesteld dat het ouderenbeleid aandacht heeft voor alle zorgaspecten:

• gewenst is een beleid van ouderenzorg, gericht op heel de mens;
• integratie van levensbeschouwelijke of pastorale dienst is nodig;
• werken met het levensverhaal is onmisbaar.

Deze bundel wil het werken met het levensverhaal centraal stellen. Telkens ervaren wij al lezend hoe zwaar de vraag naar de zin van het leven weegt en uiterst serieus van verschillende zijden wordt benaderd.

Uitvoerig wordt stilgestaan bij het ouder worden en de daarmee verbonden problemen; zeker in deze tijd, waarin alles zo snel verandert. Niet alleen door het moderne leven maar ook door de opvattingen, die zo geheel verschillend zijn met vroeger. Ouderen gaan zich steeds meer vreemdeling voelen in hun eigen omgeving. Zij behoren schijnbaar nergens meer bij! In dit verband is het uiterst belangrijk zich te bezinnen op het eigen levensverhaal. Voor henzelf is dit van waarde maar ook voor degenen die met hen te maken hebben, die daarmee hun winst kunnen doen. Dit levensverhaal heeft alles te maken met het geloof. Wegen worden gewezen om dit verhaal van ons leven letterlijk met zijn geuren en kleuren voor de geest te brengen.

Dit geldt –als gezegd– de ouderen maar evenzeer degenen die met hen omgaan om zo des te beter met hen te kunnen communiceren: „Meer dan alle beleidsbrieven en nota's leidt dit tot beter begrip en tot werkelijke communicatie”. Veel, heel veel wat nu naar voren komt, kan ons van dienst zijn. Hier spreken mensen met ervaring, gesteund door wat zij hoorden of in de moderne literatuur tegenkwamen. Steeds weer met warme betrokkenheid. Dit alles maakt het tot een waardevol boek.

Psalmen
Toch mis ik in het omstandig en deskundig spreken over het levensverhaal –naast alle goeds– één ding, al wordt er wel op geduid. Waar gaat het om in ons levensverhaal? Alleen –zoals gezegd door de uitgever– dat men licht en onbevangen wordt als een kind en het sterven tegemoet ziet? Hier is meer te zeggen. Als het goed is, moet in ons levensverhaal iets doorklinken van een psalm:

„Komt, luistert toe, gij Godsgezinden, gij, die de Heer van harte vreest. Hoort, wat mij God deed ondervinden, wat Hij gedaan heeft aan mijn geest”.

Iets van het verlangen van de oude dichter van psalm 71. Hij bidt dat God hem, nu de ouderdom en de grijsheid daar is, niet zal verlaten. Waarom? Enkel om zijn levensverhaal te vertellen? Dat mag zeker ook, maar zijn begeerte is om alle nakomelingen te vertellen van Gods macht. Of, om met een andere psalm te spreken, in de grijze ouderdom te verkondigen dat de Heere recht is. Dan kunnen we „jong sterven”, want ons wacht het eeuwige leven.