Boekrecensie

Titel: De hongerwinter (Serie Verloren Verleden dl. 6)
Auteur: David Barnouw

Uitgeverij: Verloren
Hilversum, 1999
ISBN 906 55 0 4446 x
Pagina's: 80
Prijs: ƒ 19,90

Recensie door dr. R. P. de Graaf - 22 september 1999

Waar zijn de Brugmannen?

Moderne Engelse en Franse taalfilosofen beweren dat het spreken van woorden het stellen van daden is en het uitoefenen van macht. Spreken is net als kijken: het is een daad van bevestiging, van aanvechting of van… Vul maar in. Uiteraard is deze filosofie voor protestanten geen duistere rede, omdat wij weten dat het woord macht heeft, meer nog dan beelden. En zeker hét Woord.

Wie dit ook wist, was Jan Brugman. Brugman kennen wij allen, sterker nog, Brugman zijn wij zelf van tijd tot tijd. Brugman leeft voort in het jongetje dat zeurt om een nieuwe trein, de man die zijn vrouw overtuigt omdat hij een veel te duur boek wil kopen, en de ondernemer die zijn bank om een buitensporige lening vraagt. Een hoog doel kan de tong vaardig maken en laat ons spreken als Brugman. Maar wie was dan de echte Jan Brugman?

In oktober 1462 –om de gedachten te bepalen: we zitten in de late Middeleeuwen, Amerika is nog niet ontdekt, maar Constantinopel al wel door de Turken veroverd– komt de bedelmonnik Jan Brugman naar Amsterdam om te preken. In een huis bij de Oudezijds Achterbrugwal houdt hij gloedvolle preken die een duidelijk doel beogen, namelijk het stichten van een nieuw klooster.

Amsterdam had op dat moment al bijna twintig (!) kloosters, waaronder meer dan tien van de franciscanen – de orde van Brugman. Kortom, niemand zat te wachten op nog een klooster. Het stadsbestuur, dat onder invloed van de kerkelijke autoriteiten stond, al helemaal niet, want veel varkens maken de spoeling dun en bovendien wilde Brugman niet een gewoon klooster maar van de strengste franciscaanse snit, die der grauwmonniken of observanten.

Brugman hield in Amsterdam preken die zo subtiel, zo welluidend, zo demagogisch, zo vol dramatiek en toneel waren, dat de mensen, zouden wij oneerbiedig zeggen, uit hun dak gingen. Brugman stak op een gegeven moment een crucifix omhoog en vroeg of degenen die achter hem stonden hun hand op wilden steken. Het resultaat laat zich raden en het klooster kwam er. Ondanks al dit goedkope effectbejag mijmer ik als kerkganger wel eens: Waar zijn ze gebleven, de Brugmannen van weleer…

Breedsprakig
Kort over een heel ander onderwerp: de hongerwinter. Als ik Brugman was, kon ik stellig via het al dan niet gedwongen vasten een relatie leggen tussen 1462 en 1944-1945. Het enige is hier dat in dezelfde boekenreeks als waarin Nico Lettinck over Brugman schreef, David Barnouw de hongerwinter voor zijn rekening nam. Waar Lettinck door een gebrek aan bronnen wel eens breedsprakig moest zijn, kon Barnouw putten uit een reeks van dagboeken, foto's en rapporten. Beide boeken hartelijk aanbevolen, alleen al om de afbeeldingen zijn het juweeltjes.