Boekrecensie

Titel: Een markant gebouw in Amsterdam-Oost. Het Koninklijk Instituut voor de Tropen
Auteur: J. Woudsma

Uitgeverij: KIT Publications
Amsterdam, 1999
ISBN 90-6832-229-X
Pagina's: 49

Recensie door L. Vogelaar - 9 juni 1999

Een monument van zelfrespect

„In het Oosten van onze Hoofdstad torent het hoog boven huizen en boomen uit. Fier en frank steken de torens hun spitsen hemelwaarts en van verre ziet de wandelaar de hooge stoepen, die leiden naar den ingang van het nieuwe gebouw van het Koloniaal Instituut.”

Op de hoek van de Mauritskade en de Linnaeusstraat in Amsterdam-Oost werd in 1926 het gebouw van het Koloniaal Instituut (nu het Koninklijk Instituut voor de Tropen, KIT) in gebruik genomen. Het was de tijd waarin landen een groot deel van hun zelfrespect ontleenden aan hun hoeveelheid hectaren koloniaal gebied.

„Heden, 9 October, zal dit nieuwe gebouw door H. M. de Koningin geopend worden. Het is een groote dag. Niet om het feit der officiële opening –hoe heug'lijk een gebeurtenis overigens– alleen! Maar omdat van den negenden October van dit jaar af meer dan tot dusverre ons Nederlandsche volk in zijn midden zal hebben een bouwwerk, dat iederen dag, ieder uur meer tot dat volk zal spreken van het bezit van ons prachtig Insulinde, het eilandenrijk, dat ons kleine land tusschen Dollard en Schelde plaatst in de rij der groote naties.”

Daar was het om te doen. Al was Nederland geen wereldmacht meer zoals in de dagen van De Ruyter en Piet Hein, het bezit van overzeese gebiedsdelen bepaalde nog altijd mede de plaats in de rij der naties.

Het nieuwe gebouw straalde iets van die glorie uit. „Hier zijn we”, vervolgt het verslag in weekblad Eigen Haard, „in Nederland, op Indischen bodem. In een der beschrijvingen van het gebouw staat te lezen, dat de uitvoering geschiedde op onbekrompen wijze. Nu ja, dan toch wel zeer onbekrompen wijze, zoo, dat wie thans vertoeft te midden van al dat marmer, die kostbare houtsoorten, dat beeldhouwwerk, vergeet dat hij verkeert in het hart van een stevig werkende Hollandsche stad, doch waant te vertoeven in het paleis van een Oostersch monarch, die in zijn omgeving alles wist te verzamelen wat het oog bekoort, de zinnen streelt.”

Zo schrijven we niet meer in het nuchtere 1999, maar dat het gebouw uitstraling heeft, valt niet te ontkennen. Toen het instituut tachtig jaar bestond, werd een boekje uitgegeven. Het begint met dit juichende citaat, maar andere media schreven in 1926 uiterst negatief over het nieuwe gebouw. Mooi en lelijk blijven subjectieve begrippen.

Het gebouw van het Koninklijk Instituut voor de Tropen bevat het Tropenmuseum, een bibliotheek en een marmeren hal. In het interieur zijn tal van beeldelementen uit de vroegere kolonie te herkennen. Architectuur, materiaalgebruik, beeldhouwwerken en symboliek weerspiegelden het vooruitgangsdenken van de Nederlandse bestuurders en de koloniale elite.

Het boekje wil in woord en beeld een rondleiding door het gebouw geven. ”In woord” lukt wel, maar de kwaliteit van de illustraties is matig. Auteur J. Woudsma wordt bij de CIP-gegevens overigens met een verkeerde voorletter aangeduid.

Kunstwerk
Het KIT heeft het boekje opnieuw onder de aandacht gebracht nu op 20 mei in het trappenhuis van het monumentale gebouw het kunstwerk ”Locaties” is geopend. Het is vervaardigd door Astrid Honold (1968), die het tijdens een reis door Indonesië uitdacht. Het KIT noemt het „een spannende synthese tussen een oud en overdadig gedecoreerd gebouw en een hedendaags, conceptueel kunstwerk.” ”Locaties” bestaat uit drie bewerkte fotopanelen en een 5 bij 5 meter grote muurtekening.