Boekrecensie

Titel: 1688. Een jaar in de wereldgeschiedenis
Auteur: John. E. Wills

Uitgeverij: Ambo
Amsterdam, 2001
ISBN 90 263 1682 8
Pagina's: 355
Prijs: ƒ 49,90

Recensie door dr. C. S. L. Janse - 17 oktober 2001

John Wills beschrijft cultuur die nog geen globalisering kent

De wereld in het jaar 1688

De kennis van jaartallen is bij de jongere generatie zeer beperkt en bij de oudere generatie voor een belangrijk deel weggezakt. Toch zijn er nog wel lezers bij wie 1688 bepaalde herinneringen oproept. Was dat niet het jaar van de succesvolle tocht van de Nederlandse stadhouder Willem III naar Engeland om zijn rooms-katholieke schoonvader te verdrijven en Engeland voor de zaak van het protestantisme te behouden? In Engeland zelf spreekt men van de Glorious Revolution.

Over dat jaar 1688 schreef John E. Wills, hoogleraar geschiedenis aan de University of Southern California, een boeiend boek. Daarin gaat het inderdaad over de Glorious Revolution, maar ook over heel andere maatschappijen en culturen. Sommige daarvan (Japan, China, Afrika) leefden nog zonder veel contact met de rest van de wereld. Andere (het Osmaanse Rijk) onderhielden al sinds jaar en dag contacten met Europa (al was het alleen al door de oorlogen) maar vormden toch een wereld apart.

De thans veel besproken globalisering, economisch, cultureel, politiek en militair, moest nog plaatshebben. Een burgeroorlog op Ceylon of een oorlog op de Balkan leidde nog niet tot een stroom vluchtelingen naar West-Europa. De gewone burger in Frankrijk, Nederland of Engeland hoorde daar nauwelijks iets over. Het raakte op geen enkele manier zijn bestaan. Alleen voor de kooplieden die handel dreven met die regio lag dat anders.

Wills heeft er niet naar gestreefd de geschiedenis van het jaar 1688 te beschrijven vanuit een leidend thema of verklarend concept. Het gaat hem veeleer om de gelijktijdigheid van allerlei vaak geheel los van elkaar staande gebeurtenissen. Dat is het thema van het boek.

Glorious Revolution
De Glorious Revolution is voor Engeland en daarmee voor de Angelsaksische wereld van groot belang geweest. Wellicht dat op wereldschaal bezien andere jaartallen meer gewicht in de schaal leggen: 1492, 1789, 1848, 1914, 1945. De auteur pretendeert ook niet het belangrijkste jaar van de geschiedenis te beschrijven.

Gezien de centrale rol van Willem III in 1688 maakt deze keuze het boek voor ons als Nederlanders en protestanten extra interessant. Het was voor het eerst sinds Willem de Veroveraar (1066) dat een continentale legermacht een succesvolle invasie pleegde op de Britse Eilanden. Napoleon en Hitler zouden het de Oranjeprins niet nadoen. Door de Glorious Revolution kwam Engeland in het anti-Franse en antikatholieke kamp terecht. Ook werd daarmee de basis gelegd voor het stelsel van de constitutionele monarchie.

Overigens lagen ook toen de verhoudingen gecompliceerder dan je op het eerste gezicht zou denken. De puriteinse predikant Increase Mather werd in 1688 vanuit Amerika (toen nog een Britse kolonie) naar Londen afgevaardigd om namens zijn collega's aan koning Jacobus de dank over te brengen voor zijn godsdienstpolitiek. Zij zagen daar voor zichzelf wel positieve kanten aan.

De pogingen van deze rooms-katholieke vorst om de bevoorrechte positie van de Anglicaanse Kerk terug te dringen, zouden immers niet alleen gunstig uitpakken voor zijn eigen geloofsgenoten, maar ook voor de protestantse dissenters. Toen Jacobus was gevlucht, legde Mather echter ook goede contacten met zijn nieuwe koning Willem III.

Het hoofdstuk over Nederland draagt de titel ”Honderd jaar vrijheid”. Wills rekent dan vanaf de Unie van Utrecht. Hij baseert zich daarbij (uiteraard) op Engelstalige bronnen: Simon Schama en Jonathan Israel. Hij probeert de lezer onder meer te informeren over het wel erg aparte staatsbestel van de Republiek. Was dat een unie van soevereine provincies of lag het zwaartepunt in feite bij de steden, Amsterdam voorop?

Alles bij elkaar hebben we hier in ieder geval een boeiend boek, vanuit een bijzondere invalshoek geschreven. De nadruk ligt echter wel sterk op de vooraanstaanden en op mensen waar in de toenmalige maatschappij iets bijzonders mee was. Het leven van de gewone man in Afrika, in Duitsland of waar dan ook, komt maar summier aan de orde. Maar dat is de formule van het boek.