Bernhard kreeg toch geld van Lockheed
Kok om opheldering over prins gevraagdVan onze binnenlandredactie DEN HAAG Premier Kok moet snel opheldering geven over de beschuldigingen dat prins Bernhard toch steekpenningen heeft ontvangen van vliegtuigfabrikant Lockheed. De VVD-fractie in de Tweede Kamer heeft daarop aangedrongen.
Het liberale kamerlid Te Veldhuis reageerde daarmee vanmorgen voor de radio op de uitzending van het televisieprogramma Reporter van gisteravond. In de uitzending beweerden Amerikaanse onderzoekers dat prins Bernhard begin jaren zestig wel degelijk ruim 1 miljoen dollar van de vliegtuigfabrikant heeft ontvangen. Volgens de PvdA'er Rehwinkel werpt de uitzending nieuw licht op de zaak, maar hij zit niet om een snelle reactie van de premier verlegen. De commissie-Donner, die de zaak in 1976 heeft uitgezocht, kon geen bewijs vinden. Zij stuitte bij haar onderzoek naar het geld op het Zwitserse bankgeheim en moest het doen met elkaar tegensprekende verklaringen en vage getuigen. Tegenover de commissie heeft prins Bernhard volgehouden dat het geld niet voor hem, maar voor een Zwitserse vriend, Meuser, bestemd was. Het geld van Lockheed zou aan Meuser zijn overhandigd via Alexei Pantchoulidzew, de levensgezel van Bernhards moeder, prinses Armgard. Reporter stelt dat het geld niet naar Meuser, maar naar de prins ging. Ook in die veronderstelling ging het geld eerst naar de Zwitserse bankrekening van de in 1968 overleden Pantchoulidzew. Het bewijs dat het daarna in handen van de prins kwam, levert Reporter niet. Het veronderstelt dat omdat er een nauwe relatie tussen de prins en zijn moeders levensgezel was. Voor de stelling beroept Reporter zich op uitlatingen van de Amerikanen Blum en Levinson. Zij waren in 1976 als onderzoeker verbonden aan de commissie-Church, die in opdracht van het Congres onderzoek deed naar betaling van steekpenningen door het Amerikaanse bedrijfsleven. In een besloten zitting van die commissie heeft de top van Lockheed in 1976 verklaard ervan overtuigd te zijn dat prins Bernhard het geld gekregen had. De commissie-Church is toen volgens Blum en Levinson niet verder op doorgegaan op de vraag waarop die overtuiging stoelde. Weduwe Ook verklaarde de weduwe van Meuser dat haar man het geld van Lockheed niet heeft gehad. Meuser heeft dit wel verklaard tegenover de commissie-Donner. Hij zou dat volgens zijn weduwe gedaan hebben om zijn vriend Bernhard te helpen. De uitlatingen in de openbare zittingen van de Amerikaanse Congrescommissie waren in 1976 voor de toenmalige premier, Den Uyl, aanleiding de commissie-Donner de kwestie te laten uitzoeken. De conclusie van die commissie was dat de prins zich te lichtvaardig had begeven in transacties die de indruk moesten wekken dat hij gevoelig was voor gunsten. Hij had zich toegankelijk getoond voor onoorbare verlangens en aanbiedingen en had zich laten verleiden tot het nemen van initiatieven die volstrekt onaanvaardbaar waren en die hemzelf en het Nederlandse aanschaffingsbeleid bij Lockheed in een bedenkelijk daglicht moesten stellen. |