Binnenland25 maart 1999

Alleen SP is tegen
bombardementen

Van onze redactie politiek
DEN HAAG – Terwijl de bommenwerpers al in de lucht waren, betuigde een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer gisteren instemming met de NAVO-luchtacties tegen Joegoslavië. Alleen de Socialistische Partij bleef tegen.

Al eerder, in oktober vorig jaar, had de Kamer de ministers Van Aartsen (Buitenlandse Zaken) en De Grave (Defensie) laten weten dat zij in het uiterste geval, bij het ontbreken van verdere diplomatieke oplossingen, bereid was steun te geven aan militair ingrijpen door de lucht. Met verwijzingen naar de diplomatieke onwil van de Servische president Milosevic om het vredesakkoord van Rambouillet te ondertekenen en naar de „humanitaire catastrofe” in Kosovo, onderstreepten woordvoerders van PvdA, VVD, CDA, D66, GroenLinks, SGP en GPV hun steun aan de „onvermijdelijke” en „onafwendbare” actie.

SP-kamerlid Van Bommel kon zich er niet mee verenigen. Hij keurt het af dat de NAVO, vooruitlopend op een nieuw, nog niet geaccordeerd strategisch concept, voor het eerst in haar geschiedenis een soeverein land aanvalt, en dat bovendien buiten het eigen verdragsgebied. De SP'er meent dat er geen houdbare volkenrechtelijke legitimatie voor de aanval bestaat en noemde die „onrechtmatig en onverantwoord.” Bovendien zei hij de effectiviteit van het militaire geweld te betwijfelen.

Van Bommel riep minister Van Aartsen op om Milosevic met politieke middelen weer aan de onderhandelingstafel te krijgen. De bewindsman antwoordde hem met de wedervraag welke politieke wegen Van Bommel voor de internationale gemeenschap nog zag. „We hebben het uiterste gedaan”, aldus Van Aartsen. Hij voegde er, mede op aandringen van SGP-kamerlid Van den Berg, aan toe dit geweld te ervaren „als een nederlaag voor de diplomatie.”

GPV-kamerlid Van Middelkoop (hij sprak mede namens de RPF-fractie) en SGP'er Van den Berg lieten Kamer en kabinet weten dat het hun bede is „of God wil zijn met al die mensen die op de vlucht zijn, die bang zijn.” Daarbij wensten beide klein-christelijke politici ook de militairen, in het bijzonder de Nederlandse, Gods nabijheid en bescherming toe.