Binnenland

Samenwerking is mogelijk

Twee honden vechten om één been

Door G. Wolvers
KATWIJK – Het monopolie van Pro Life Zorgverzekeringen op de markt van pro-life-ziektekostenverzekeringen is doorbroken. Sinds twee weken presenteert de Katwijkse zorgverzekeraar DVZ zich nationaal met een pro-life-polis. „We doen niets nieuws. Alleen maken we nu duidelijk wat we altijd al hebben gedaan”, zegt directeur J. van der Meij. Zijn collega W. C. Gorissen van Pro Life betreurt de komst van de concurrent. „De relatief kleine markt wordt nu versnipperd”.

Hoewel DVZ nieuw lijkt, is de Katwijkse ziektekostenverzekeraar ouder dan Pro Life. De laatste startte twaalf jaar geleden als initiatief van de Nederlandse Patiënten Vereniging om te voorkomen dat mensen met pro-life-opvattingen meebetalen aan zaken zoals abortus en euthanasie.

DVZ hanteert datzelfde principe, maar bestaat als regionale zorgverzekeraar sinds 1922. „Toen gingen de academische ziekenhuizen een rijksdaalder vragen voor een verpleegdag”, vertelt Van der Meij. Om die kosten te dekken, richtte een doorsnee van de overwegend orthodox-protestantse Katwijkse bevolking “De Verpleeging Ziektekostenverzekeering” op.

Wortels
DVZ heeft haar wortels in de regio Katwijk-Rijnsburg-Valkenburg. In de loop van de tijd groeide de klandizie buiten dat gebied uit tot 40 procent van de clientèle. Vooral in de streek Veenendaal-Ede heeft DVZ veel klanten. In Ede had zij enige tijd een nevenvestiging. DVZ telt momenteel twaalf personeelsleden en verzekert 13.000 mensen particulier.

Als een van de laatste kleine coöperatieve zorgverzekeringen ging de maatschappij eind vorig jaar op in een grote moeder: in dit geval Zilveren Kruis, op diens beurt een onderdeel van de Achmea-groep. „We moesten ons binnen die grote moeder onderscheiden door ons te richten op een specifieke doelgroep”, vertelt Van der Meij, sinds 1991 directeur van DVZ. „Dat konden we doen met onze christelijke identiteit”. Op instigatie van Zilveren Kruis besloot Van der Meij die duidelijker dan voorheen naar buiten te brengen en zich op de landelijke markt te begeven. DVZ heeft namelijk wel de verplichting te groeien.

DVZ scherpte daartoe de bestaande Direct-Effect Polis aan. Die vergoedde al geen abortus, euthanasie, in de meeste gevallen geen reageerbuisbevruchting en geen plastische chirurgie om schoonheidsmotieven. Van der Meij, glimlachend: „Uit coulance wilden we voor plastische chirurgie nog wel eens 25 procent vergoeden. Het was dan gelijk niet meer nodig”. In de nieuwe Keuze Polis zijn nu ook antroposofische geneeswijzen en middelen en acupunctuur geschrapt. Ook verdween de terminologie “samenwonen” uit de papieren. Volgend jaar past DVZ eveneens de andere polissen in deze zin aan.

Jammer
Directeur Gorissen van Pro Life Zorgverzekeringen noemt de komst van de nieuwe concurrent jammer. „Het gaat om een relatief kleine doelgroep en die wordt nu versnipperd. Het was beter geweest gezamenlijk op te treden. Er is toch al sprake van een harde concurrentieslag”.

De doelgroep van beide zorgverzekeraars lijkt hetzelfde, al praat Van der Meij over 1 miljoen en Gorissen over 400.000 à 500.000 mensen. Volgens Gorissen moet DVZ zich niet rijk rekenen. „Je kunt wel allerlei mensen op de rand erbij tellen, maar die kiezen toch niet voor een pro-life-verzekering; 400.000 à 500.000 is een realistisch getal”.

Van der Meij vindt dat Pro Life zich meer richt op de rechterflank van de gereformeerde gezindte, terwijl DVZ alle pro-life-mensen wil binnensluiten, dus ook evangelischen en rooms-katholieken. Gorissen ontkent dat. „Wij zijn er voor alle mensen die onze doelstelling onderschrijven, ongeacht hun kerkelijke richting”.

Het feit dat de doelgroep dezelfde is, blijkt uit de gebruikte media. DVZ adverteert in het Nederlands Dagblad en het Reformatorisch Dagblad. Morgen staat de advertentie in de EO-gids Visie. Ook overweegt de DVZ-directeur te gaan annonceren in specifiek evangelische bladen, zoals Uitdaging, en het behoudende Katholiek Nieuwsblad. Wat DVZ overweegt, doet Pro-Life al.

DVZ heeft onlangs direct-mail-brieven verstuurd in de regio's Dordrecht en Amersfoort, maar directeur Van der Meij laat het van de respons afhangen of hij dat voortzet. Pro Life heeft tussenpersonen die werken in de doelgroepen.

Ziekenfondspoot
Pro Life heeft 15.000 particulier verzekerden die vallen onder de zogeheten Schone Polis. Twee jaar geleden startte de Utrechtse maatschappij ook een ziekenfondspoot, die Op Weg naar Pro Life heet. De Ziekenfondswet stelt de vergoeding van bijvoorbeeld abortus verplicht, maar Pro Life gaat ervan uit dat haar achterban daar geen gebruik van maakt. De ziekenfondstak van Pro Life dekt inmiddels de ziektekosten van 8000 klanten. Van der Meij sluit de start van een eigen ziekenfondspoot niet uit. „Maar”, zegt hij, „dat is nog een lange weg en bovendien afhankelijk van de vraag. De doelgroep moet het zelf willen”.

Beide directeuren ervaren echter dat het moeilijk is de beoogde achterban te bereiken. Van der Meij: „De verzekerde is wel principieel. Maar als het te duur wordt, haakt hij vaak af”. Gorissen, op de vraag waarom Pro Life de naam heeft duur te zijn: „Dat zijn we niet, zo blijkt uit verscheidene vergelijkingen. Ook mensen vanuit onze achterban letten vaak alleen op de prijs en niet op de kwaliteit. Of ze letten alleen op het pakket en vergeten de prijs. Bovendien bestaan er in onze achterban grotere gezinnen. Dat betekent dat je de premie voor kinderen zorgvuldig moet samenstellen. Het maakt ook nogal wat uit of je premie vraagt voor twee of voor drie kinderen”.

DVZ kan bij onoverkomelijk grote claims terugvallen op moedermaatschappij Zilveren Kruis. Deze constructie is hetzelfde als die tussen Pro Life en de Utrechtse maatschappij UAP, waar Pro Life haar burelen heeft. Beide hebben een eigen premiepot en budget, zodat geen geld van de klanten wordt uitgegeven aan zaken waar zij het niet mee eens zijn, zoals abortus. Gorissen constateert echter verschil. „DVZ is een dochter, wij willen het samenwerkingsverband juist afbouwen. Volgend jaar willen we bepaalde onderdelen zelf doen, daarover zijn we in gesprek”. Ook Van der Meij denkt echter delen van de administratie terug te halen naar het kantoor in Katwijk.

Samenwerking
Van der Meij ziet mogelijkheden voor samenwerking met Pro Life. Beide christelijke zorgverzekeraars vinden palliatieve zorg, de verzorging van de mens in de stervensfase, erg belangrijk. De DVZ-directeur denkt dat een gezamenlijke financiering van hospices of andere palliatieve projecten mogelijk is. Gorissen reageert niet onwelwillend. „Er zijn tal van vormen van samenwerking mogelijk. Daar kun je altijd met elkaar over praten”.

Hoe gegarandeerd is het pro-life-karakter van DVZ, dochter van het Zilveren Kruis, voor de toekomst? Van der Meij: „Wij hebben onze eigen verantwoordelijkheid. We moeten natuurlijk een bepaald rendement halen. Maar we hebben een raad van advies, bestaande uit cliënten van DVZ, die een behoorlijke stem in het kapittel heeft. Wij voeren een eigen premie- en voorwaardenbeleid, dat wordt getoetst door de moeder. Het Zilveren Kruis heeft de definitieve stem”, zo geeft hij toe. „Maar als wij zouden worden gedwongen abortus te vergoeden, zou DVZ ophouden te bestaan”.

Hoeveel reacties zijn er gekomen op de DVZ-advertenties in het Reformatorisch en het Nederlands Dagblad? Honderdvijftig stuks en er zijn „veel” offertes uitgebracht. „We mikken op de mensen die vanwege de premieverhoging overwegen over te stappen”. Volgend jaar wordt de pr-campagne geïntensiveerd: „1999 is het jaar van de waarheid”.