Schietpartij Amsterdam
vol onduidelijkheden

AMSTERDAM – De hevige schotenwisseling tussen circa tien mannen in de nacht van 27 op 28 mei voor het Amsterdamse Renaissance Hotel staat nog bol van de onduidelijkheden. Zo is nog lang niet helder wie de kogels heeft afgevuurd op de 30-jarige E. Stroink, het dodelijke slachtoffer. G. Roos, voormalig lijfwacht van maffiabaas Klaas Bruinsma (zelf in 1991 doodgeschoten), raakte zwaargewond bij de schietpartij.

Op een pro-forma-zitting van de rechtbank in Amsterdam, waar Roos en medeverdachte M. K. terechtstonden, bleek gisteren dat de achtergrond van de schietpartij een ruzie over drugs was. Dat het nog niet zonneklaar is wie wat heeft gedaan, is niet verwonderlijk: in luttele seconden vuurden de diverse verdachten circa zestig schoten op elkaar af.

Het wildwestincident deed zich voor in hartje Amsterdam, op de stoep voor het Renaissance Hotel aan het Kattengat. De vermeende bende van Roos had daar een ontmoeting met een andere criminele groep om een twist rond een partij xtc-grondstof te beslechten. Aan die bijeenkomst was een eerdere confrontatie voorafgegaan, waarbij K. een zekere S. ernstig mishandelde.

Bij het weerzien aan het Kattengat diende K. zijn rivaal S. opnieuw een kaakslag toe. Vrijwel direct daarna grepen de tegenover elkaar staande mannen naar de wapens en begonnen te schieten. Roos, vrijwel als enige ongewapend, raakte gewond aan beide knieën, zijn rug en een hand. Zijn vriend Stroink bleef dood liggen.

Hoge prijs
Volgens officier van justitie A. Mooij beschikte de groep van Roos over een hoeveelheid chemicaliën, afkomstig van de groep van S.. Roos en de zijnen zouden hiervan xtc-pillen vervaardigen. Toen hier niets van leek te komen, ontstond het conflict, temeer daar S. in opdracht van weer een andere criminele groep handelde. Deze zette S. onder druk om tot een vergelijk met Roos te komen. Op diens hoofd zou een prijs van een half miljoen gulden zijn gezet.

Mooij sluit in deze fase van het onderzoek niet uit dat K. zijn vriend Stroink heeft doodgeschoten. Evenmin acht hij het ondenkbaar dat de verdachte ook Roos heeft beschoten. Beide feiten staan dan ook op de aanklacht tegen de man. Mooij verwijt Roos zelf het uitlokken van de moord op Stroink, omdat hij met een groep gewapende makkers de confrontatie is aangegaan. Daarnaast verdenkt het OM beide mannen van het bezit van (kleinere) hoeveelheden drugs.

De zaak is voor onbepaalde tijd aangehouden in verband met nader onderzoek. De verdachten van rivaliserende bende staan later terecht.