Binnenland

Minister De Grave zegt dienstreis naar Bosnië af

F-16's klaar voor actie Kosovo

Door R. Pasterkamp
DEN HAAG – De NAVO is er klaar voor en dus Nederland ook. Als er een luchtaanval komt om een einde te maken aan het conflict in de Servische provincie Kosovo, dan komt die snel. Een indicatie: minister De Grave van defensie zegde gistermiddag zijn voor volgende week geplande reis naar de Nederlandse troepen in Bosnië af.

De Grave zou samen met zijn staatssecretaris Van Hoof van maandag tot en met donderdag voor het eerst op bezoek gaan bij het Nederlandse deel van de SFOR-vredesmacht in voormalig Joegoslavië. Het al weken van tevoren geplande bezoek werd gistermiddag plotseling afgeblazen. „Vanwege de situatie in Kosovo”, aldus een woordvoerder van de minister desgevraagd. De Grave vindt het beter om in Nederland te blijven.

Ook andere nieuwsberichten wijzen op een op handen zijnde actie. NAVO-baas Javier Solana riep gisteren tijdens zijn bezoek aan Armenië dat het bondgenootschap klaar is om op te treden. „Milosevic is verplicht de resolutie van de Veiligheidsraad toe te passen en een eind te maken aan de strijd in Kosovo. Hij moet de Servische troepen terugtrekken”.

De Britse regering liet haar onderdanen in de Federale Republiek Joegoslavië weten dat zij zich gereed moeten houden voor een plotseling vertrek uit het land. Donderdag raadde de Amerikaanse regering de Amerikanen aan niet naar Servië en Montenegro te gaan en ze vroeg de daar verblijvende landgenoten te vertrekken.

Minister Van Aartsen van buitenlandse zaken zei donderdag in de Tweede Kamer te verwachten dat binnen een week duidelijk is of de NAVO luchtaanvallen zal uitvoeren op doelen in Servië. De Grave voorspelde op zijn beurt dat luchtacties zo veel schade zullen veroorzaken dat de Servische leider Milosevic haast geen andere keuze heeft dan de gevechten in Kosovo te staken.

Groen licht
De NAVO heeft inmiddels verschillende lidstaten gevraagd het materieel dat ze eerder hebben aangeboden, daadwerkelijk beschikbaar te stellen. Al in een vroegtijdig stadium bood Nederland, als trouw bondgenoot, acht F-16's en een KDC-10-tankervliegtuig aan om mee te doen aan een luchtactie. Mocht het daadwerkelijk tot inzet komen dan moet de Tweede Kamer nog wel groen licht geven.

De gevechtstoestellen zijn afkomstig van het 322-squadron van de vliegbasis Leeuwarden. De KDC-10, waarvan de Koninklijke Luchtmacht er twee heeft, is gestationeerd op Eindhoven. Kort voor de operatie zullen de F-16's naar de Italiaanse basis Villafranca gaan. Vanaf de basis in Noord-Italië zullen de Fighting Falcons zich bij de NAVO-luchtvloot voegen.

Voor de Nederlandse vliegers is Villafranca geen onbekend terrein. Al dik vijfenhalf jaar doen F-16's met de vaderlandse driekleur op de staart mee aan de luchtacties boven Bosnië. Bij een eventueel bombardement van Kosovo zet de Koninklijke Luchtmacht alleen vliegers in die jaren ervaring hebben en de prestigieuze Red-Flag-oefening in het Amerikaanse Las Vegas met goed gevolg aflegden. Tijdens Red Flag, in augustus in de gloeiend hete Nevada-woestijn, werd een luchtoorlog zeer realistisch benaderd.

Schade
De Nederlandse F-16's voor de actie boven Kosovo zijn exemplaren die een zogenaamde Midlife Update (MLU) achter de rug hebben. Die ingreep maakt dat de gemiddeld vijftien jaar oude toestellen weer jaren meekunnen. De MLU's kunnen 'slimme' bommen meenemen en afwerpen. Bovendien is de veiligheid van toestel verbeterd. Majoor-vlieger Rik Kolff van het 322-aquadron zei daar tijdens Red Flag over: „Dankzij de verbeterde systemen kun je meer aandacht schenken aan wat er om je heen gebeurt, aan de dreigingsfactoren die zich aandienen en waar je actie op moet ondernemen”.

De enige echte dreiging die in Kosovo te verwachten valt, is de elektronische oorlogvoering. Radars, stoorzenders, raketten en radargeleide kanonnen kunnen het de NAVO-vliegtuigen knap lastig maken. Men houdt in kringen van het bondgenootschap dan ook rekening met verliezen.

Minister De Grave twijfelt niet aan de effectiviteit van eventuele luchtaanvallen, die zich zullen richten op commandocentra en luchtafweer- en radarinstallaties in Servië. „De schade zal zeer omvangrijk zijn”, voorspelt de minister, die verwacht dat Milosevic dan snel zal inbinden. De Grave denkt dat de Servische president ook onder sterke druk van het Servische defensieapparaat zal komen te staan, dat niet blij zal zijn als een belangrijk deel van de militaire slagkracht bij de bombardementen verloren gaat.