IVF-methode bij bij een op de zes vrouwen succesvolMAASTRICHT Ongeveer een op de zes vrouwen (15 tot 17 procent) die bij een Nederlands IVF-centrum aankloppen voor een reageerbuisbevruchting, krijgt na één behandeling een zoon of dochter. Voor de speciale ICSI-behandeling, waarbij mannen met slecht zaad desondanks vader kunnen worden, is de succeskans iets hoger, 16 tot 20 procent. Dit blijkt uit gegevens die het Academisch Ziekenhuis Maastricht heeft verzameld. Deprestaties van de Nederlandse centra zijn, volgens woordvoerder J. Evers, vergelijkbaar met die in andere Europese landen. Een derde IVF-techniek, waarbij reeds bevruchte maar ingevroren reageerbuisembryo's worden ontdooid en teruggezet, blijkt relatief de minst succesvolle. Die ingreep leidt namelijk bij minder dan een op de tien patiënten (9,3 procent) in één keer tot een succesvolle zwangerschap. Het VU-ziekenhuis in Amsterdam, Dijkzigt in Rotterdam en het Academisch Ziekenhuis Utrecht blijken de meeste reageerbuisbevruchtingen (IVF) uit te voeren. Volgens de recentste cijfers, die betrekking hebben op 1996, behandelden de drie centra elk zo'n 1400 patiënten. Bij andere IVF-centra varieerde het aantal IVF-behandelingen van zo'n 140 (het Academisch Ziekenhuis Maastricht) tot ruim 700 (het Academisch Ziekenhuis Groningen). De succeskansen blijken relatief weinig te verschillen tussen de diverse instellingen. |