Nederland mag
Turkse zakenman
niet uitleveren
DEN HAAG - De van drugssmokkel verdachte Koerdisch-Turkse zakenman H.
B. mag niet worden uitgeleverd. Dat heeft de president van de rechtbank
in Den Haag vandaag in een kort geding van B. tegen de Staat der Nederlanden
bepaald.
Eerder was zijn uitlevering uitgesteld, in een poging van Justitie om
een aanhoudingsbevel in Turkije voor een inmiddels gepensioneerde Nederlandse
brigadier ongedaan te maken.
De Turkse autoriteiten willen deze Nederlander vervolgen omdat zij hem
verantwoordelijk houden voor de dood van de uit Turkije afkomstige H. Köksal.
Die overleed in 1993 op 32-jarige leeftijd in een politiecel in Venlo aan
een hersenbloeding.
Dit gebeurde nadat de brigadier en een collega de man met geweld hadden
gearresteerd, nadat die met zijn auto tegen een paaltje was gereden. Het
gerechtshof in Den Bosch sprak de voormalig politieman in 1995 echter vrij.
B. verzet zich tegen uitlevering omdat Turkije hem verdenkt van grootscheepse
heroïnesmokkel. De Koerdisch-Turkse man vreest voor zijn leven na
uitlevering omdat hij verklaringen heeft afgelegd over de betrokkenheid
van hoge militairen en politici in Turkije bij de handel in drugs. |
