Binnenland | 17 april 2001 |
Minister begrijpt niets van mensen die in stille tocht meeliepenBorst is ieder contact kwijtDoor B. J. Spruyt Wat de afgelopen dagen is gebeurd, is dat Borst enkele dagen na het slotdebat in de Eerste Kamer nu zelf zegt dat zij niet tegen die pil is en met die uitspraak het debat zelf heeft willen ontketenen. Over het tijdstip is terecht verbazing gerezen. De woordvoerders van de coalitiefracties van PvdA, VVD en D66 blijkbaar overvallen door de uitlatingen van de minister plaatsten echter alleen kritische kanttekeningen bij de slechte timing in relatie tot het buitenland. Heeft Nederland eindelijk een nieuwe euthanasiewet en moet alle aandacht er nu op gericht zijn die wet in het wantrouwige buitenland uit te leggen, komt de minister met nog verdergaande uitspraken, luidde zo ongeveer de reactie. Politiek is dat inderdaad onhandig. Maar we hebben niemand van de paarse fracties gehoord over het pijnlijke van dit moment. Het kan uiteindelijk niemand ontgaan zijn dat een substantiële minderheid van de Nederlandse bevolking grote moeite heeft met de nieuwe wet. Sterker: dat die wet zozeer indruist tegen hun opvattingen over leven en dood en de soevereiniteit van een heilig God, dat die wet hen in hun diepste religieuze gevoelens kwetst. Blijkbaar hoeven die gevoelens niet te worden ontzien. Borst kondigt een paar dagen na de stille tocht waarin duizenden christenen aan hun verdriet uiting gaven, gewoon aan dat de discussie nooit stilstaat en dat nieuwe ontwikkelingen mogelijk moeten zijn. Misprijzend Dat ze ieder contact met die mensen kwijt is, blijkt niet alleen uit het tijdstip van haar uitlatingen, maar vooral ook uit de wijze waarop zij haar opvattingen verwoordt. Ze zegt: Het is fantastisch dat we dit bereikt hebben. Ze balt daarbij haar vuisten. Ze heeft de nieuwe wet niet echt willen vieren, maar zij en de haren hebben wel even tevreden bij elkaar gezeten, geeft ze toe. Dan lacht ze en citeert de laatste kruiswoorden van Christus: Het is volbracht! D66-senator Kohnstamm permitteerde zich vorige week de vrijheid om zijn collega Schuurman van de ChristenUnie een aardige man, maar wel iemand met een valse tong te noemen. De combinatie van het uiterlijk van een vriendelijk omaatje met de giftige tong van een volstrekt libertijnse minister, zonder enig respect voor de opvattingen of gevoelens van behoudende landgenoten, roept ook bij Borst zo'n beeld op van discrepantie tussen presentatie en inhoud. En in haar geval waarschijnlijk met meer recht dan in het geval van Schuurman. Er staan meer opmerkelijke zaken in het interview. Zo is de minister opvallend mild over artsen die niet bereid zijn stervenshulp te melden. En dat terwijl de nieuwe wet oorspronkelijk juist is bedoeld om artsen tot melden te brengen door een strafuitsluitingsgrond voor hun handelen aan te reiken. Doodvervelen De Leidse rechtsgeleerde H. Drion, voormalig vice-president van de Hoge Raad, kwam in 1991 als eerste met het idee bejaarden aan middelen te helpen om zichzelf te doden. Drion, nu 84 jaar oud, roept graag in herinnering dat hij nooit over een pil heeft gesproken, maar over een combinatie van twee medische middelen, die alleen werken wanneer ze met een ruime tussenpoos worden ingenomen. Dat lijkt hem veiliger. Een depressief kind of kleinkind kan dan immers het pilletje in het laatje bij opa of oma niet wegpakken. Drion vindt dat de overheid oude mensen niet de mogelijkheid van een fatsoenlijke dood mag ontnemen. Dat is een wijze van denken die minister Borst al zeker tien jaar aanhangt en die haaks staat op de wijze waarop christenen over zaken van leven en dood denken. Het is dus helemaal niet zo verwonderlijk dat Borst zegt dat ze het contact met christenen volledig kwijt is. Het is wel ronduit hautain dat zij dat als minister openlijk zegt en blijkbaar ook ongestraft kan zeggen. De uitspraken van Borst zeggen iets over zaken als het 'hellend vlak' en over 'weer een stapje verder'. Ze zeggen iets over het ontbreken in toenemende mate van een gemeenschappelijk verstaanskader tussen christenen en niet-christenen. Ze zeggen zo goed als zeker ook iets over de richting waarin de samenleving zich ontwikkelt: een samenleving waarin ouderen niet blind kunnen vertrouwen op een respectvolle omgang met hun leven door artsen en nabestaanden. Ze zeggen ook veel over de mate waarin de secularisatie in Nederland is voortgeschreden en over de machteloze positie van christenen. Het is dan ook een urgente vraag of we bij de stille tocht van vorige week getuige zijn geweest van een afscheid of van een nieuw ontwaken van christenen, zoals ChristenUnie-senator Schuurman zei te verwachten. |