Binnenland | 27 februari 2001 |
Politiek Den Haag gaat digitaalDoor P. Chr. van Olst en W. L. van der Staaij DEN HAAG Geen rijen meer voor de balies. De rode verkiezingspotloodjes kunnen de prullenbak in. Stemmen, rijbewijs verlengen, paspoort vernieuwen of een bouwvergunning aanvragen: veel kan straks vanuit huis via internet. Als het aan de overheid ligt, gaat Nederland massaal digitaal. Steeds meer burgers verkennen het world wide web. Ze verwachten dat de overheid daarin meegaat. Politieke partijen signaleren dat en bezinnen zich op de digitale revolutie. Ze organiseren bijeenkomsten waarin professoren toelichten wat er allemaal op het spel staat, waarin zakenlieden de efficiëntie van e-commerce (elektronische handel) uitleggen en waarin partijleden met elkaar chatten (via internet discussiëren). Ook het kabinet verkent de digitale snelweg, waarbij minister van Boxtel voorop rijdt. Nu hij zich al geruime tijd niet meer het hoofd hoeft te breken over mogelijke millenniumproblemen, is het bevorderen van de informatie- en communicatietechnologie (ICT) het nieuwe speerpunt van zijn beleid. Om de veranderingen duidelijk in kaart te brengen, heeft Van Boxtel twee weken geleden de commissie ICT en overheid geïnstalleerd, die de positie van de overheid in het digitale tijdperk moet gaan bepalen. De website van minister Van Boxtel bewijst hoe graag de minister wil dat iedere Nederlander met internet kennismaakt. Zo publiceert hij er onder meer zijn wekelijkse agenda. Ook worden er tal van discussies over uiteenlopende onderwerpen gevoerd. En apetrots houdt de D66-digipoliticus de bezoeker van zijn website op de hoogte van de door hem uitgevonden digitale trapveldjes. Dat zijn computerlokaaltjes waar jongeren kunnen e-mailen en internetten, waar ze vroeger in de modder liepen te voetballen. In het beeld van enthousiastelingen zoals Van Boxtel zullen de nieuwe media de kloof tussen politiek en burger eindelijk dichten. On-linediscussies met ambtenaren en bewindspersonen maken het meer dan ooit mogelijk dat burgers en overheid samen het beleid uitstippelen. Bovendien kan de dienstverlening van de overheid met sprongen vooruitgaan, doordat mensen visakten, rijbewijzen en bouwvergunningen voortaan via hun pc kunnen aanvragen. Zorgen Ook zijn veel burgers bang dat als ze zich in elektronische discussies mengen ze de huid volgescholden krijgen. Wie garandeert bovendien dat jongeren en ouderen, op zoek naar informatie voor een spreekbeurt of voordracht, niet op ranzige pornografie stuiten? En wie moet terroristen aanpakken als zij via internet oproepen tot geweld? Vragen te over. In Nederland hebben ze geleid tot oprichting van de zogeheten Safe Internet Foundation, een club onder aanvoering van Jan Baan die de veiligheid op de digitale snelweg wil bevorderen. Ze hebben de Evangelische Omroep gebracht tot het aanbieden van een filter om ongewenste informatie zo veel mogelijk tegen te houden. En ze deden de Erdee-holding besluiten een beperkter, maar tenminste gegarandeerd schoon internet aan te bieden. Serie artikelen Reden te over om aan dit thema een serie artikelen te wijden. In de komende weken komt van elke in de Tweede Kamer vertegenwoordigde politieke groepering de woordvoerder op het terrein van informatie- en communicatietechnologie aan het woord. Tegelijkertijd worden recensies van de websites van de diverse partijen geboden. Bij wijze van voorbeeld bespreken we bij dit artikel alvast de website van de Staten-Generaal. Via www.pvda.nl en www.vvd.nl komen we vervolgens terecht bij www.christenunie.nl en www.sgp.nl. In een slotartikel maken we de balans op over de standpunten van de diverse partijen en over hun eigen inspanningen op het wereldwijde web. Dit is het eerste artikel in een serie over politiek en internet. Vandaag ook aandacht voor internet in Spectrum. | Zie ook: Beoordeling website Tweede Kamer |