Binnenland18 januari 2001

„Vliegen in donker geeft lichte sensatie”

Door N. Stam
GILZE-RIJEN – Nachtvliegen met een helikopter is een precisiewerkje. Dat blijkt uit de woorden van kapitein Daan Remie (31) van het 299-squadron van de Koninklijke Luchtmacht. Hij maakt al jaren nachtvluchten met de helikopter, en kreeg zo langzamerhand de kneepjes in de vingers. „Je moet vooral veel om je heen kijken.”

Hij had er de smoor in. Daan Remie werd jaren geleden van de F-16-pilotenopleiding gehaald, en overgeplaatst naar een helikoptersquadron. Een overschot aan piloten zou de reden zijn geweest.,,Briljant”, vindt Remie de wijziging achteraf. „De helikopter is me op het lijf geschreven. Het is veel moeilijker vliegen, en dus leuker.”

Remie heeft er inmiddels 60 vlieguren in het donker opzitten met de Bölkow 105. Dat is hetzelfde type als de traumahelikopter van het Amsterdams Medisch Centrum (AMC). Remie denkt dat het goed mogelijk is om 's nachts traumavluchten met het toestel uit te voeren. „Er moet dan wel goed worden nagedacht over de plaats waar de traumahelikopter gaat landen. Het verschilt nogal of je je toestel in een weiland neer moet zetten of op de Coolsingel.”

Om de vlucht niet nodeloos in de bovenleiding van de tram te laten eindigen, zouden eigenlijk op een kaart voor iedere stad of ieder dorp mogelijke landingsplaatsen aangekruist moeten worden. Maar dat is onbegonnen werk. Remie: „Dat betekent dus dat er straks bij een ramp of ongeval eerst gezocht moet worden naar een goede landingsplaats. Dat kan in het donker best even duren, al is er natuurlijk altijd wel ergens een voetbalveldje te vinden.”

Nachtkijker
Het squadron van Remie, gestationeerd op de vliegbasis Gilze-Rijen, voerde als eerste tests uit met de zogeheten Night Vision Goggle, de nachtkijker. Het apparaat heeft zijn onmisbaarheid voor het nachtvliegen inmiddels ruimschoots bewezen. Remie: „De nachtkijker versterkt ieder lichtpuntje, al is het nog zo klein, ongeveer 30.000 keer. Dat geeft zo'n versterkend effect, dat het lijkt alsof je bij daglicht rondkijkt. Het beeld is alleen wat groenig. Een vreemde gewaarwording om 's nachts alles te kunnen zien. Het geeft iedere keer een licht gevoel van sensatie.”

Het geroemde apparaat heeft echter ook nadelen. Zo is het vooral lastig om de afstand tot een obstakel te schatten. Remie: „Je kijkt als het ware door twee kokertjes in de verte. Je ziet dus wel voorwerpen, maar niet in hun proporties. De afstand tot een kabel of een paal laat zich met een nachtkijker nogal lastig schatten. Daarom is het zaak om constant om je heen te kijken naar referentiepunten, zoals een auto. Als je die naast een paal ziet staan, zie je pas hoe dichtbij de paal is.”

Een voordeel is volgens Remie dat ieder obstakel in Nederland op de kaart staat, waardoor de vlucht op papier te plannen is. Dat was anders in Albanië, waar hij tijdens de Kosovo-crisis heeft gevlogen. „Daar moest je 's nachts puur 'op zicht' om je obstakels heen. En het gebeurde daar nogal eens dat mensen in de lucht schoten. Niet gericht, maar gewoon van blijdschap of iets dergelijks. Toen bleek dat je door de nachtkijker de baan van die kogels kunt volgen. Dan zie je vanaf de grond ineens van die rare strepen door het beeld vliegen.”

Te veel licht
Een ander nadeel voor de traumahelikopter kan zijn dat de nachtkijker niet tegen overdadig licht kan. Remie: „Als er te veel licht in de lens komt, sluit die automatisch. Wanneer je in een stad of bij een schijnwerper moet landen, wordt je beeld dus steeds slechter. Terwijl het landen toch een van de moeilijkste manoeuvres is voor een helikopter. Je kunt de kijker dan het beste maar even opzijschuiven en gewoon 'op je ogen' vliegen.”

Ondanks de nadelen van de kijker zijn nachtvluchten volgens Remie goed mogelijk en „niets om spannend over te doen.” Remie: „In Zwitserland heb je het Rega-team, dat al sinds 1986 's nachts traumavluchten uitvoert. Die doen meer dan duizend hulpvluchten per jaar. Dan moet het hier toch zeker lukken.”

De luchtmachtpiloten mogen zich dan niet bezighouden met traumavluchten, de mannen blijven niet aan de grond als er hulp van hen wordt verwacht. Zo hebben twee van Remies squadrongenoten vorig jaar een 82-jarige man uit een wak gered tijdens een trainingsvlucht boven Zuid-Duitsland.

Remie: „De jongens zagen dat de politiemensen die de man wilden pakken, niet bij het wak konden komen. Toen is de heli als het ware op het ijs gaan hangen, en stukje bij beetje naderbij geschoven. De man kon zo de glijders onder het toestel grijpen. Hij had nog net genoeg kracht om zich vast te houden tot hij aan de kant werd neergezet. Een geluk dat er ervaren piloten in die kist zaten. Dat was een kunststukje.”

Zie ook:
Traumahelikopter vliegt voorlopig nog niet 's nachts