Binnenland6 januari 2001

Gemengde gevoelens bij AMC-directeur Bakker na hectische week

„Majesteit, u deed juist heel veel”

Door J. van Klinken
AMSTERDAM - Voor honderden inwoners van Volendam had 2001 een dramatisch begin. Maar ook veel hulpverleningsdiensten beleefden een veelbewogen start van het nieuwe jaar. Zo kreeg het AMC in één nacht tientallen ernstig gewonden van de cafébrand aangeboden. Een terugblik met medisch directeur Dirk Jan Bakker.

Het Amsterdamse Academisch Medisch Centrum (AMC) had nog maar drie uur een nieuwe voorzitter van de raad van bestuur in de persoon van prof. Gunning, toen er al weer een machtswisseling plaatshad. Maandagochtend rond drieën belde AMC-directeur Bakker haar met de mededeling dat ze tijdelijk de algehele leiding aan hem diende over te dragen. Kort daarvoor was besloten het rampenplan in werking te stellen. In zo'n geval moet de medische directie alle verantwoordelijkheid overnemen.

Gepaste trots
Toen in huize Bakker die nacht om kwart voor de twee de telefoon ging, lag de AMC-directeur nog geen kwartier op bed. „Er is een ramp gebeurd”, was de mededeling. Even later hoorde hij dat er een grote brand in Volendam was geweest en dat zijn ziekenhuis rekening diende te houden met de komst van tientallen ernstig gewonden.

Bakker wist wat hem te doen stond. Meteen nadat hij had besloten het rampenplan in werking te stellen, kwam een complete machinerie op gang. Bij meer dan honderd medewerkers van het ziekenhuis, van chirurg tot koffiedame, ging kort daarop de telefoon.

Aan de taferelen die zich vervolgens voordeden bewaart hij zeer gemengde gevoelens: zowel afgrijzen als gepaste trots.

„Wat we te zien kregen, was verschrikkelijk. Jonge mensen van wie soms grote delen van hun lichaam waren verbrand. Van zulke patiënten weet je dat een aantal het niet zal overleven. Die vrees werd naderhand ook bewaarheid. Ik heb, ook als chirurg, al heel wat gezien, maar dit was zo afschuwelijk. En dan allemaal jonge mensen. De vellen hingen er letterlijk bij.”

Tegelijkertijd deed het hem ontzettend goed om te merken hoe geolied de hele operatie verliep. „Als ik zie dat hoogleraren achter bedden lopen te duwen en iedereen tot het uiterste gaat, vervult me dat met trots. Dat kan hier dan toch maar. Ondanks alle ellende voel ik me in zo'n situatie op mijn best. Je kunt dan zo veel voor anderen betekenen.”

Bakker wist het nog uit zijn jeugd, toen hij bij de marine werkte. In oefenen zijn Nederlanders niet sterk. Dat gaf altijd een hoop gezeur. Maar als de nood aan de man was, kon je op hen rekenen. Dan was niets hun te veel.

Mudvol
Binnen de kortste keren lag de intensive care (IC) mudvol. Het AMC beschikt over 28 tot 30 IC-bedden, die normaal gesproken allemaal bezet zijn. De komst van tientallen ernstig gewonden betekende dat er geschoven moest worden om zo veel mogelijk IC-bedden vrij te maken. Het waren hectische uren, maar uiteindelijk lukte het om iedereen op de meest aangewezen wijze op te vangen. Aan het eind van de nacht telde de IC-afdeling 20 'ramppatiënten'.

Al vroeg diende de eerste cameraploeg zich aan. Tijdens de extra journaals in de loop van de ochtend vertelde Bakker ontwakend Nederland over de macabere nacht die het ziekenhuis achter de rug had. In totaal kreeg het AMC rond de vijftig slachtoffers aangeboden, meer nog dan bij de vliegramp in de Bijlmer.

„Wij zijn aangewezen als traumaziekenhuis en moeten dus op zulke situaties zijn voorbereid. We hebben hier artsen en verpleegkundigen die weten hoe je met patiënten met zulke ernstige brandwonden moet omgaan. Het is een heel apart vak. De beademing en de toediening van vocht is ontzettend gespecialiseerd werk. We hebben hier mensen in huis die daar fantastisch goed in zijn.”

Daarmee wil Bakker niet zeggen dat de brandwondencentra in Beverwijk, Groningen en Rotterdam overbodig zijn. „De afspraak is dat patiënten met meer dan 25 procent verbrandingen naar een brandwondencentrum gaan. Daar hebben ze bijvoorbeeld baden waar een patiënt met bed en al in kan. Ook hebben ze heel erg veel ervaring met plastische chirurgie. Dat zijn topcentra. In de loop van maandag is dan ook een aantal patiënten alsnog naar zo'n centrum gebracht, hetzij in ons land hetzij in Duitsland of België, voor wie we dan soms weer anderen terugkregen.”

Maandagmiddag om drie uur vertrok Bakker naar huis om daar voor het eerst weer te eten. Niet lang daarna viel hij op de bank als een blok in slaap.

Koningin
De volgende dag was al net zo veelbewogen als de dag ervoor. In de ochtenduren kreeg Bakker een telefoontje dat koningin Beatrix die middag de slachtoffers en hun familie wilde bezoeken. Haar komst maakte diepe indruk op hem. Hij was altijd al koningsgezind, al was het maar vanwege zijn orthodox-christelijke achtergrond, maar sinds dinsdag kan het Oranjehuis bij hem niet meer stuk.

„De warme en oprechte belangstelling van de Koningin deed zeer weldadig aan. Daar ging zo veel bemoediging van uit voor de patiënten en hun familie, dat kun je je bijna niet voorstellen. Mensen die in een afschuwelijke situatie verkeren, kregen plotseling een schouderklopje. Ze praatte met die jongeren alsof het haar eigen kinderen waren. De tranen stonden haar in de ogen. Ik denk dat ze zelf niet beseft wat dat heeft betekend. Terwijl ik met haar door de gang liep, vertelde ze hoe onmachtig ze zich voelde omdat ze zo weinig kon doen voor deze mensen. Ik heb haar gezegd dat ze juist ze ontzettend veel heeft gedaan door naar hen te luisteren en in hun leed en verdriet te delen.”

Hechte band
Aan het eind van deze gedenkwaardige week mag dan de druk in het AMC wat van de ketel zijn, de komende maanden zal de verzorging en behandeling van de Volendamse patiënten nog veel inspanning vergen. Bakker: „Alleen al het beslag op de operatiekamers veroorzaakt veel hoofdbrekens. Er liggen nu nog zeventien patiënten uit Volendam, van wie de meesten nog maanden zullen blijven. Patiënten met brandwonden moeten heel vaak worden geopereerd. Door het gebrek aan personeel is het normaal al een hele toer om de OK's draaiende te houden, nu zeker.”

Ook de begeleiding van patiënten en hun familie zal heel wat energie vragen. Het AMC beschikt over een speciaal traumateam onder leiding van de hoogleraar psychiatrie B. Gersons. Ook hij en zijn mensen werden maandag in alle vroegte ingeschakeld.

„De begeleiding van patiënten is nu nog niet zo aan de orde”, vertelt Bakker. „Zij zijn nog bezig te overleven. Maar straks komen ze in een fase waarin ze zich gaan realiseren wat het betekent om met een verminkt gelaat verder te moeten. Hun leven heeft een andere wending genomen. Studies moeten wellicht worden afgebroken, idealen zijn in duigen gevallen. Als ziekenhuis willen we ook bij de verwerking van zulke ingrijpende zaken hulp bieden.”

Van betekenis acht hij dat de Volendamse gemeenschap in zulke situaties de rijen sluit en om de getroffenen heen zal staan. „Ook hier in het ziekenhuis heb ik gezien en gemerkt dat er een hechte onderlinge band is. Daarbij speelt het geloof een belangrijke rol. In de krant zag ik een foto van Volendamse jongeren die voor hun vrienden zaten te bidden. Ik ben niet rooms, maar het deed me toch goed. Ik vond het heel opmerkelijk.”

Begeleiding zal het ziekenhuis ook bieden aan het eigen personeel. Daar is gisteren al een begin mee gemaakt door een aparte bijeenkomst te beleggen. „Artsen en verpleegkundigen maken hier heel wat mee en gelukkig raak je aan veel gewend. Anders zou je het niet volhouden. Maar zulke dingen wennen nooit.”