Binnenland31 oktober 2000

Scheiding der geesten tijdens debat euthanasiewet

„Bouwsteen, geen sluitstuk”

Door G. A. Vroegindeweij
DEN HAAG – „Als dit voorstel wordt aanvaard, gaat een lang gekoesterde wens van D66 in vervulling (...) Mijn fractie is er trots op dat Nederland het eerste land in de wereld zal zijn dat deze humane benadering in een wet opneemt en dat openheid de norm wordt.”

D66-kamerlid Dittrich kon gisteren zijn vreugde over het kabinetsvoorstel inzake euthanasie nauwelijks op. De democraten propageren al sinds de jaren tachtig het opnemen van een strafuitsluitingsgrond in het Wetboek van Strafrecht voor artsen die zich houden aan zorgvuldigheidseisen bij het toepassen van euthanasie of hulp bij zelfdoding. Voor de kabinetsformatie in 1998 kreeg D66 hiervoor steun van de fracties van PvdA en VVD, zodat er een breed gedragen initiatiefwetsvoorstel totstandkwam.

Tijdens de formatie van het tweede paarse kabinet is besloten dat de regering het voorstel over moest nemen. Dat is ondertussen gebeurd. Op dit moment is euthanasie in principe verboden en is elke arts die deze handelingen verricht strafbaar. Pas wanneer het openbaar ministerie oordeelt dat voldaan is aan zorgvuldigheidseisen, gaat de arts vrijuit. Gisteren was het eerste mondelinge debat over de afzonderlijke wetsartikelen van de nieuwe wet, op 20 november vindt het plenaire debat in de Tweede Kamer plaats. De regeringspartijen en GroenLinks steunen het voorstel. De overige fracties zijn tegen.

Over de intentie van het wetsvoorstel was Dittrich niet onduidelijk: „Het wetsvoorstel gaat niet uit van de gedachte dat God het leven neemt wanneer Hij meent dat de tijd van de mens gekomen is. In die visie is het lijden van de mens door God gegeven en mag de mens zijn lot niet in eigen hand nemen.

Wij weten allemaal dat de medische wetenschap de laatste jaren zo ver is ontwikkeld dat mensen steeds langer kunnen blijven leven, waarbij de laatste levensfase van mensen extra moeilijk kan zijn. Mijn fractie vindt het goed dat de mens dan niet meer lijdzaam behoeft af te wachten tot de dood intreedt, maar in samenspraak met zijn arts voor een waardige dood kan kiezen”, aldus het D66-kamerlid.

Zorg
Daartegenover stond de bezorgde toon van met name RPF/GPV-kamerlid Rouvoet en de SGP'er Van der Vlies. Laatstgenoemde heeft alle debatten in de Kamer over euthanasie meegemaakt en gevoerd. Hij gaf in het kort aan hoe de grenzen in de afgelopen vijftien jaar zijn verschoven. „Eerst ging het om zeer uitzonderlijke gevallen, toen was de wilsbekwaamheid het criterium. Daarna kwam de psychische nood als dilemma. De reikwijdte van de wet is steeds verruimd en dreigt dat steeds te worden.”

Van der Vlies bekritiseerde daarom VVD en D66, die pleiten voor dementie als grond voor euthanasie. „De partijen hebben zich daar nieuwe openingen verschaft. Daaruit blijkt dat de wet geen sluitstuk is, maar een bouwsteen.” De zaak-Brongersma, waarbij het criterium klaar-met-het-leven doorslaggevend is, noemde de SGP'er een „loeilinke kwestie.”

Rouvoet gaf aan dat RPF/GPV en SGP serieus hebben overwogen om vanwege de principiële bezwaren die er bestaan geen enkel wijzigingsvoorstel in te dienen, net zoals bij de behandeling van het zogenaamde homohuwelijk is gebeurd. Mede vanwege het feit dat het gaat om een regeling die al van kracht is, hebben de fracties daar van afgezien.

De partijen hebben dan ook een reeks amendementen ingediend om meer controle mogelijk te maken, meer bescherming te bieden aan verpleegkundigen die niet mee willen werken en vrijheid te verschaffen aan artsen die niet willen doorverwijzen. „Liever één criterium te veel dan het risico te lopen dat één iemand sterft die het niet wil”, aldus Rouvoet. Overigens is het waarschijnlijk dat geen van de voorstellen het haalt. Voor enkele onderdelen krijgen de fracties steun van hun collega's, maar niet genoeg voor een meerderheid. Ook minister Borst van Volksgezondheid verwees alle amendementen naar de prullenbak.

Scheiding
Zoals de laatste maanden gebeurd is bij debatten over late abortussen en het 'homohuwelijk', kwam ook gisteren tijdens het debat de scheiding tussen de geesten openbaar. Er blijkt een onoverbrugbare kloof te bestaan tussen degenen die vinden dat ten diepste God het levenseinde bepaalt en degenen die vinden dat de mens dit recht in eigen hand mag nemen.

Het VVD-kamerlid Vos noemde een arts die tegen euthanasie is en niet wil verwijzen zelfs „wreed.” Van der Vlies kreeg van Dittrich de vraag voorgelegd hoe barmhartig het is om iemand te laten lijden die in de stervensfase verkeert. „Vanwege onze principiële visie op het leven is het niet barmhartig om het leven te beëindigen”, aldus de SGP'er, die beloofde om tijdens de plenaire behandeling aan te geven hoe hij vanuit zijn geloofsovertuiging daarmee om wil gaan.

„Maar als uw visie kracht van wet wordt, belet u wel anderen. Niemand is verplicht”, zo probeerde Dittrich weer. „In onze ogen heeft de overheid normatief op te treden en aan te geven wat goed en wat kwaad is”, aldus Van der Vlies.