Sleutelen in een
werkplaats op wielen

De 'vliegende' garage is uniek in Nederland. Achter op een brede, gegalvaniseerde oplegger heeft de automonteur uit het land van de hunebedden een heuse hefbrug gemonteerd. Enkele oprijplaten verschaffen toegang tot de brug. De Mobiele Auto Service Holland (MASH) kan op elke gewenste locatie 300 ton tillen. Moeiteloos. Daarmee kan de monteur rechtop onder het voertuig staan.

De mobiele garage is volledig zelfvoorzienend. Een dieselgenerator, achter in de rode Mercedes-truck, levert krachtstroom. Voor op de oplegger bevindt zich de 'machinekamer' van het bedrijf. In een overdekte werkruimte met vloeistofdichte vloer staat een werkbank, een elektrische slijpsteen, een balanceerapparaat, een opslagtank voor gebruikte olie en een grote ladenkast met gereedschap en onderdelen. Links voorin staan twee olietanks van 60 liter met verse voorraad. Rechts onder de werkbank is vakkundig een compressor weggewerkt. „Wij zuigen de olie uit de auto's. Er gaat geen spetter verloren.”

Met zijn werkplaats op wielen kan Kuijer de meest voorkomende reparaties uitvoeren. Kleine en grote beurten. Dagelijks trekt hij eropuit. Gemak dient de mens. „Wij mikken op boeren, kleine ondernemers, maar ook op particulieren. Of op mensen die de hele dag op kantoor of in een ziekenhuis werken en hun auto onder werktijd willen laten repareren. Zitten ze niet de hele dag zonder auto.”

Op eigen houtje
Kuijer zette het project in een paar maanden op poten. „Het idee kwam eind mei zomaar uit de lucht vallen. Op de A28 tussen Zwolle en Meppel. 's Avonds kreeg ik de ingeving, de volgende ochtend heb ik de Kamer van Koophandel gebeld en 's middags stond ik bij ze op de stoep.” Met een ondernemersplan onder de arm ging hij aan de slag.

De automonteur ontwikkelde het idee op eigen houtje verder. „Er zijn geen voorbeelden van. Dat is lastig.” De compacte truck –„alleen rijbewijs BE nodig”– en de hefbrug heeft hij tweedehands op de kop getikt, de oplegger is splinternieuw.

De ondernemer investeerde ruim een ton in zijn mobiele werkplaats. De overwaarde van een nostalgisch boerderijtje in Zuid-Drenthe dient als bankgarantie. „Ik heb geluk gehad met de rentestand. Een ton is momenteel niet zo duur.” Met twee klanten op een dag speelt Kuijer quitte. Met drie draait hij winst.

De garage komt op afroep voorrijden. Kuijer brengt echter geen voorrijkosten in rekening. De prijzen komen overeen met het werkplaatstarief van een universele garage, zo'n 70 gulden per uur. „Ik kan concurrerend werken omdat ik geen grote gebouwen nodig heb. Mijn investeringskosten zijn daardoor niet buitensporig hoog. Maar de service is anders”, betoogt hij.

Toeren
Kuijer runt de vennootschap onder firma samen met zijn vrouw. Zij de afspraken, hij de klussen. „Ik ben er voor de vieze handen.” Op 1 september zijn ze gestart, sinds enkele weken begint de kersverse onderneming op toeren te komen. „Ik heb al aardig wat afspraken. Morgen een waterpomp vervangen, donderdag een grote beurt en vrijdag een kleine beurt. 't Loopt lekker. Een hobbyist heeft mij gevraagd of ik de hele elektrische bedrading van zijn oldtimer wil vervangen.”

Het werkgebied van de garagehouder is vooralsnog beperkt. De Kuijers richten zich op een straal van 30 kilometer rond Ruinen; het gebied in de driehoek Hoogeveen, Steenwijk, Meppel. „Van de week belde er iemand uit Arnhem. Of we even wilden komen. Daar beginnen we dus nog niet aan. Dan moet ik wel vier wagens hebben.”

De telefoon onderbreekt het gesprek. Bovag aan de bel. De brancheorganisatie staat binnen 24 uur op de stoep voor een reportage. Kuijer knikt tevreden. „We krijgen leuke reacties. Toch moet je mensen vaak eerst laten zien wat je hebt, voor ze erin geloven. De garagehouders hier in het dorp stonden er aanvankelijk nogal sceptisch tegenover. Nu ze zien wat het uiteindelijk geworden is, zijn ze enthousiast.”

Pech
De mogelijkheden van de mobiele garage zijn groot, maar Kuijer kan niet alles. „Wij richten ons vooral op het onderhoudswerk, puur het op de weg houden van voertuigen.” Acute pechgevallen moet hij laten staan. „Als ik ergens een auto op de brug heb staan, kan ik niet zomaar uitrukken.” Revisies van motoren laat hij voorlopig liggen. „Jammer, dat is op zich het leukste werk.”

Kuijer wil binnenkort ook apk-keuringen gaan uitvoeren. Het afmelden levert echter problemen op. „Een gekeurde auto moet voor de steekproef altijd een uur op dezelfde locatie blijven staan.” De automonteur zint nog op een oplossing.

Kuijer kent het vak van binnenuit. Ruim zestien jaar heeft hij de steeksleutels van het Korps Mariniers in Doorn in handen gehad. Als onderhoudsmonteur voor vracht- en personenwagens. Defensie sleept altijd en overal z'n eigen garage mee naar toe. Of het nu Scandinavië of de Sahara is. „Je bent soms net een wegenwacht.” In z'n groene kloffie heeft hij al heel wat van de wereld gezien. „Curaçao, Schotland, Noorwegen, Zweden, Cambodja, Kosovo”, somt hij op. „Oefeningen en vredesoperaties.”

Sprong in het diepe
Zijn baan bij Defensie heeft hij opgezegd. Hij realiseert zich in het diepe te zijn gesprongen. „Ik was ambtenaar met een zeker bestaan. Toch heb ik binnen een maand de knoop doorgehakt. Ik was al langere tijd op zoek naar iets anders.” Het werk bij Defensie slokte een groot deel van zijn privé-leven op.

De marinier was in het verleden alleen tijdens de weekwisseling thuis. Doordeweeks bracht hij noodgedwongen door op de kazerne. Niet ideaal voor vrouw en dochters. „Ik was de man die alleen 's zondags even thuis kwam om het vlees snijden.” Defensie heeft de toezegging gedaan dat hij binnen een jaar terug kan komen. Kuijer piekert er vooralsnog niet over.

Z'n nieuwe werkplek bevindt zich grotendeels buiten. In weer en wind staat Kuijer te sleutelen. „Ach, in Noorwegen is het koud. Als je dat hebt meegemaakt, vind je het in Nederland niet koud meer”, grijnst hij. „Beetje stoer doen, hé?” De mobiele garagehouder kan via twee gemonteerde 'gordijnrails' een stuk zeil over z'n werkplek spannen. „Sta ik in ieder geval droog.”

Octrooi
Kuijer ziet brood in zijn onderneming. Hij heeft zijn concept daarom gedeponeerd bij het Europese merkenbureau in Den Haag. Voor 900 gulden heeft hij octrooi op zijn vinding gekregen. De Drent wil voorkomen dat anderen met zijn idee aan de haal gaan.

Binnen afzienbare termijn denkt hij aan uitbreiding met een tweede auto. „Maar eerst moeten we zien dat dit goed loopt”, nuanceert hij. „Eerst bewijzen, dan verder kijken.” Op langere termijn overweegt hij er een franchiseonderneming van te maken. „Dezelfde formule als Car-glass.”