Auto | 8 mei 1999 |
Chevrolet Alero geen strepentrekkerDoor Arno Witvliet De Chevrolet Alero, die tijdens de AutoRai 1999 zijn wereldpremière beleefde, is allerminst een alledaagse verschijning. Hoewel General Motors graag wil doen geloven dat de Alero een op Europese leest geschoeide Amerikaan is, doet de vormgeving anders vermoeden. De Alero verloochent zijn afkomst niet; voor iedereen is vrijwel meteen duidelijk dat de roots van de Chevrolet aan de overzijde van de grote plas liggen. Zo spreken de fors uitgevallen bumpers en de vormgeving van de koplampen boekdelen. Ook de vormgeving appelleert eerst en vooral aan de Amerikaanse smaak. General Motors spreekt in de brochure van een stoer en krachtig uiterlijk, dat in combinatie met de sportieve en elegante zesspaaksvelgen van de Alero een opwindende verschijning maakt. Persoonlijk acht ik deze bewoordingen behoorlijk overtrokken, maar dat neemt niet weg dat de Alero naar mijn idee voor de doorsnee Europeaan best te pruimen zal zijn. Over smaak valt echter niet te twisten. Intercontinentaal In Amerika tikken de gallons bij het benzinestation weliswaar harder weg dan de dollars, in Europa en vooral in Nederland draaien de munten sneller dan de liters. De serie start dan ook met 2,4 liter zestienklepper die een maximumvermogen van 103 kW/141 pk en een maximumkoppel van 199 Nm weet te realiseren. Met deze krachtbron speert de Alero in 10,6 seconden naar een snelheid van 100 km/h en weet de Chevrolet een topsnelheid van 200 km/h te bereiken. De zescilinder Alero weet daar met achtereenvolgens 9,2 seconden en 200 km/h niet eens indrukwekkend veel van af te knabbelen. De 3,4 liter zespitter, die een maximumvermogen van 130 kW/177 pk en een maximumkoppel van 271 Nm weet te genereren, biedt ten opzichte van zijn minder krachtige broer vooral meer souplesse en natuurlijk de akoestische genoegens van een zespitter. Rustgevend De rust waarmee de Alero je omringt wordt enkel verstoord door het rauwe en luidruchtige protest van de machine wanneer het gaspedaal ineens gevloerd wordt. Het weggedrag is eveneens op comfort toegesneden en het onderstel biedt weinig ruimte voor een sportieve rijstijl. De Chevrolet is soepel en comfortabel geveerd maar munt niet uit in wegcontact. In snel genomen bochten hangt de wagen nadrukkelijk op het buitenste voorwiel, waardoor de Amerikaan behoorlijk gaat ondersturen. De Alero houdt er simpelweg niet van om opgejaagd te worden. Wie dat weet te respecteren, kan in de Alero een rustgevende makker vinden. Afwerking niet top De kwaliteit van de gebruikte materialen en de afwerking van een en ander valt echter een beetje tegen. General Motors nam zijn toevlucht tot nogal goedkoop ogende kunststoffen en bovendien is de gebruikte leersoort niet bijzonder mooi. Verder is de afwerking op details voor verbetering vatbaar. De Chevrolet verschaft de inzittenden daardoor een minder rijk gevoel dan mogelijk zou zijn geweest. De Alero is standaard volgepakt met allerhande nuttige en aangename zaken. Zo is de wagen, die vanaf 57.950 gulden in de prijslijst staat, uitgerust met items als abs, twee airbags, viertraps automatische transmissie, lichtmetalen velgen, cruise control, metallic lak, centrale portiervergrendeling met afstandsbediening, radio-cd-speler met cassette, mistlampen voor, elektrisch bedienbare ramen voor en achter en elektrisch te bedienen buitenspiegels. Tegen een meerprijs van 5300 gulden voorziet General Motors de auto van lederen bekleding, een stuurwiel met lederen rand, elektrisch verstelbare bestuurdersstoel en sidebags. De Chevrolet Alero moet in staat zijn een flink aantal geïnteresseerden tot aanschaf te verleiden. Zeker de viercilinderversie is prijstechnisch een sterke aanbieding die in uitrusting bovendien niet onderdoet voor de veel duurdere zescilindervariant. |