Auto

Afschaffing BPM

De euro maakt de prijsverschillen in de elf eurolanden in één klap doorzichtig.

Zo kan er vergeleken met Nederland in Luxemburg supergoedkope benzine getankt worden. Voor Nederlanders loont het echter minder de moeite om een op het oog goedkopere auto over de grens te kopen. Terug in eigen land moeten ze namelijk toch nog 22 procent BPM betalen. Deze hoge accijns is gebonden aan het Nederlandse kenteken. Juist door die peperdure belasting op personenauto's en motorrijwielen is er inmiddels een levendige export van auto's vanuit ons land ontstaan. Zo loont het zelfs Fiats naar Italië te exporteren, zo berekende het zakenblad Bizz. Het prijsverschil van een Marea is 5539 gulden per auto.

„Niets wijst erop dat de Europese Commissie of de raad van ministers van plan is aan deze grote ongelijkheid iets te doen”, zegt drs. Huub van de Coolwijk, voorzitter RAI Vereniging afdeling auto's. „Voor de Nederlandse autobranche kan dit schadelijke gevolgen hebben.” Autofabrikanten houden namelijk de 'blote' prijs (zonder belastingen) van auto's voor Nederland laag, om de hoge BPM te compenseren. „Ze nemen genoegen met een kleine tot zelfs negatieve winstmarge, zodat de eindprijs inclusief alle belastingen potentiële kopers niet afschrikt. Dit is natuurlijk al jaren zo, maar nu wordt het voor iedereen in Europa heel zichtbaar. Duitsers en Belgen zullen gelokt worden om hier een auto te kopen. Zij hoeven immers die Nederlandse aanschafbelasting niet te betalen, maar alleen de BTW in eigen land. Fabrikanten zien dus een verschuiving van hun verkopen naar een land waar ze het minst aan een auto verdiene.”

Om deze grensoverschrijdende verkopen te ontmoedigen, zullen automerken ertoe overgaan hun nettoprijzen voor Nederland te verhogen, verwacht Van de Coolwijk. „Het gevolg daarvan is weer dat de prijzen voor de Nederlandse consument nog hoger zullen worden dan ze nu al zijn.” In zijn optiek past de weeldebelasting op auto's niet in een Europa met één muntsoort en een open economie. „De staatssecretaris van Financiën vindt dat misschien ook wel, maar hij heeft een ander probleem: hij kan het geld niet missen. Dit jaar zal de BPM naar raming 5,1 miljard gulden opbrengen.”

Als de Nederlandse fiscus toch eenzelfde bedrag wil ontvangen, stelt Van de Coolwijk voor de BPM geleidelijk te vervangen door een verhoging van de tarieven van de motorrijtuigenbelasting/houderschapsbelasting (MRB). „Die overgang zou over een aantal jaren moeten worden gespreid, onder meer omdat met de nieuwprijzen ook de waarde van gebruikte auto's zal dalen. Eigenaars zouden dan anders met een abrupte waardevermindering worden geconfronteerd.” Het RAI-voorstel heeft volgens hem nog een bijkomend voordeel, namelijk dat het goed is voor milieu en veiligheid. „Afschaffen van de BPM, met daardoor lagere autoprijzen, zal de autoverkoop een impuls geven en dus leiden tot snellere vervanging van oudere wagens door schonere en zuinigere exemplaren.” De RAI-voorzitter bespreekt binnenkort het idee met het ministerie van Financiën.