Auto

Inzittenden op achterbank meer tijd om lucht te happen

Cursus “Auto te water”
test zelfbeheersing

Door W. de Jongste
Mij krijg je niet in een zinkende auto! Ze mogen zich dan vrijwillig hebben opgegeven voor de cursus “Auto te water”, als puntje bij paaltje komt, staan lang niet alle veertig cursisten te trappelen om te doen wat hen gevraagd wordt: red jezelf uit een te water geraakte auto. Een reconstructie.

De cursus wordt gegeven ter gelegenheid van wat secretaris Ger den Ouden noemt „de feestelijke fusie tussen de afdelingen Gouda en Reeuwijk van Veilig Verkeer Nederland”. In de waterrijke regio is zo'n cursus geen overbodige luxe. Dat maakt burgemeester Bauer, eveneens deelnemer, duidelijk: „In de tien maanden dat ik hier nu burgemeester ben, werd ik zeker zes keer door de duikploeg van de brandweer geroepen bij ongevallen met een auto te water. Verschillende van de ongelukken hadden dodelijke slachtoffers als gevolg”.

Richard Lapaer, manager van het Naaldwijkse vrijwilligersteam “Auto te water”, weet dat er in Nederland jaarlijks zo'n 900 auto's te water raken, waarbij zeker 50 à 60 doden te betreuren zijn. „Er zij drie dergelijke teams in Nederland, die met een gedeelte theorie en een gedeelte praktijk cursussen geven aan politiescholen, autorijscholen, overheidsinstellingen, maar ook aan leasebedrijven en dergelijke. Wij zitten tot het einde van het jaar al geruime tijd vol. Eens per jaar geven we een cursus aan particulieren. Die moeten zich echt maanden van tevoren opgeven, want de cursus is binnen een mum van tijd volgeboekt. Tijdens het theoretische cursusdeel proberen we eerst een stukje spanning op te bouwen, om die tijdens het praktijkgedeelte weer af te bouwen”.

Zelfbeheersing
De spanning zit er dan ook best in als de groep met verschillende sets kleding naar het zwembad stapt. Een speciaal voor dit doel geprepareerde Toyota Charade staat op het 'schavot'. Nóg vast aan de lier, maar als de eerste 'slachtoffers' in de gordel zitten wordt plotseling de verbinding verbroken en duikt het wagentje het water in. Links en recht in het water liggen vriendelijk zwaaiende duikers mét flessen zuurstof. Voorzien van duikbrillen controleren ze of alles zonder paniek en juist verloopt. Ook zij weten wat er 's morgens tijdens het theoretische deel is verteld, over hoe de gordels los moeten, met welke hand het raam of de deur moet worden geopend en hoe lang gewacht moet worden voor je eruit kunt als de ramen gesloten blijven.

De eerste oefening levert geen paniek en ook geen slachtoffers op. Geen wonder: iedereen doet wat hem geleerd is. Gordel los, raampjes open en zo vlug mogelijk uit de auto. Je hebt meestal zo'n anderhalf à twee minuten de tijd om 'uit te stappen'.

De tweede oefening vergt meer zelfbeheersing. „Ik ga achter in de auto”, kondigt Lapaer aan. „Jullie zitten voorin, met de ramen dicht. De deur móet open. Dat lukt pas als de druk van het water binnen even groot is als die van buiten. Pas als het water binnen je tot de lippen komt, haal je de 'laatste' hap lucht en open je met de naar het midden van de auto gelegen hand de deurkruk en druk je het portier met je schouder open”.

Luchtballon
De Reeuwijkse burgemeester Bauer vergelijkt als eerste deelnemer angstvallig het waterpeil van buiten met dat van binnen. Hij bewaart alle zelfbeheersing en is even later uit de auto. Zo vergaat het uiteindelijk alle deelnemers, die in het begin zich angstig afvragen hoe die Richard Lapaer z'n adem zo lang weet in te houden; hij moet tenslotte telkens achter uit de auto kruipen...

Een van de oudste deelneemsters draagt een (inmiddels nat geworden) lange broek. Het wordt haar ongeluk. De brede pijpen vullen zich tot aan de heupen met lucht. Als een luchtballon komt de vrouw in het water omhoog. Ze stoot haar hoofd tegen het dak van de auto en moet uit de wagen geholpen worden.

Even later zit je zélf achterin. Lapaer geeft vlak voordat de auto met een bonk de bodem van het zwembad raakt z'n laatste aanwijzingen.

Degenen die eerst voorin hebben gezeten, stappen daarna achterin bij de volgende deelnemers. „Je bent dus afhankelijk van wat je voorganger doet?” vraagt een van de deelnemers. „Dankzij de zware motor gaat de auto schuin het water in en blijft er achterin langer lucht om adem te happen”, stelt Lapaer gerust „Daarna ga je tussen de stoelen door naar buiten”.

Een cursist wacht drie kwartier voordat hij het achterin ook waagt. „Ik ben ooit door iemand onder water geduwd. Net effe te lang, weet je. Die angst zit er nog goed in”. „Niets forceren”, aldus Lapaer. „Je moet niets, je mág. Als zo iemand ten slotte toch besluit te gaan, is hij nog eerder de auto uit dan degene die voorin zit”.

Elektrische ramen
Lapaer geeft toe dat het oefenen onder ideale omstandigheden plaatsheeft. „Dat is de enige manier om het onder de knie te krijgen. Voordeel is dat je de deelnemers zelfbeheersing bijbrengt. Bovendien ervaren ze nu hoe belangrijk het is om je autogordels te gebruiken. Een achterin zittend persoon van 70 kilo klapt bij een noodstop met een kracht van 3000 kilo tegen z'n voorbuurman op. De vertraging bij een klap op het water is acht tot tien keer groter dan 'normaal'. Bij het ongeluk in Edam met die drie agenten is vast komen te staan dat ze geen gordel om hadden. Ze zijn waarschijnlijk hun oriëntatie kwijtgeraakt en vreselijk in paniek geraakt. Wie autogordels draagt, blijft op z'n plaats zitten”.

Een open dak kan uitkomst bieden, mits de auto niet op z'n kop belandt. En elektrisch bediende ramen kunnen zeker nog tien minuten na de klap worden bediend. Een hamertje in de auto is geen overbodige luxe. Je kunt er de zijruiten mee stukslaan. Bij de vooruit is dat onmogelijk, omdat deze gelaagd is. Een vijfde deur kan alleen uitkomst bieden als de inzittenden weten of en waar die van binnenuit open te krijgen is.

Informatie over de cursus “Auto te water”: 0174-621468.