„SGP worstelt met concrete
politieke toepassing artikel 36”

„In het verleden heeft de SGP zich in concrete zaken als godslastering, het gezantschap bij de paus en het organiseren van processies menigmaal beroepen op artikel 36. Ondanks de nadrukkelijke afwijzing van de rooms-katholieke leer heeft de partij echter nooit aangedrongen op de sluiting van de rooms-katholieke kerkgebouwen”, aldus Klaas van der Zwaag. In zijn proefschrift constateert de journalist dat „de SGP in de huidige situatie van grondwettelijke gelijkheid en vrijheid van godsdienst worstelt met de concrete toepassing van artikel 36 in de politieke werkelijkheid. Het honoreren van gewetensvrijheid en een voorzichtige acceptatie van tolerantie maakt ook onderdeel uit van de ideologie van de SGP, zij het meer vanuit de praktijk toegelaten (gedoogd) dan principieel goedgekeurd.

Doordat de partij de wetten van het Nederlandse staatsbestel wenst te gehoorzamen, getuigt het optreden van de vertegenwoordigers van deze partij over het algemeen van een gematigde visie op artikel 36. Er blijft een voortdurende onduidelijkheid zolang de politieke vertaling van artikel 36 niet of onvoldoende concreet wordt uitgewerkt voor de context van een samenleving die gekenmerkt is door pluralisme en grondwettelijke gelijkstelling van godsdienst en levensbeschouwing”, stelt Van der Zwaag verder. „De aanvraag van een vergunning voor het bouwen van een moskee zal het ene raadslid ”clean” beoordelen op grond van de wettelijke mogelijkheden, een ander zal reageren met een negatief stemadvies of zich onthouden van stemming. Het is te verwachten dat spanningen binnen de SGP zich zullen toespitsen op dit soort kwesties, zoals de toelating van de islam.”