Pakistaanse christenen hard getroffen door watersnood
Pakistan kampt met de ergste overstromingen in 75 jaar. Christenen worden extra hard getroffen. „We zijn altijd al een heel kwetsbare groep. En ook nu wordt er niet naar ons omgekeken.”
Vooralsnog heeft Sajid –om veiligheidsredenen mag alleen zijn voornaam in de krant– nog droge voeten in Lahore. Maar sinds dinsdagmorgen krijgt de projectmanager van Stichting HVC (Hulp Vervolgde Christenen) waarschuwingen van de overheid dat het water ook de Noord-Pakistaanse miljoenenstad bedreigt. Op sommige plaatsen in de buurt spoelde de vloed met een snelheid van 200 kilometer per uur vanaf de bergen over de dorpen heen.
Veel gemeenteleden van de ruim honderd kerken die Sajid in zijn omvangrijke netwerk heeft, hebben de gevolgen van de overstromingen inmiddels aan den lijve ondervonden. De Pakistaanse coördinator bezocht diverse getroffen gebieden persoonlijk. „Ik kan geen woorden vinden om het verdriet te beschrijven van mensen die alles hebben verloren”, vertelt hij telefonisch vanuit Lahore. „Ik heb verhalen gehoord van vaders die wanhopig om hulp riepen terwijl ze hun kinderen voor hun ogen zagen verdrinken.”
Diepe sporen
De bezoeken aan het rampgebied trekken ook diepe emotionele sporen bij hemzelf, zegt de hulpverlener. „Ik heb zo veel leed gezien. Huilende moeders, die treuren om het verlies van hun dierbaren. Wezenloze mensen, bij wie de nood en het verdriet in de ogen zijn te lezen. Ik ben er helemaal stuk van. Het is heel moeilijk. Je staat zó machteloos.”
De verwoestingen door het natuurgeweld zijn enorm, aldus Sajid. „Miljoenen mensen hebben hun huizen en bezittingen verloren, waardoor ze onder de blote hemel moeten overnachten. De infrastructuur is zwaar beschadigd: wegen en bruggen zijn kapot, waardoor het moeilijk is om mensen te bereiken om hulpgoederen af te leveren. Veel vee is verdronken. In grote delen van het land zal voorlopig geen landbouw mogelijk zijn.”
Sinds enkele weken verlenen teams van HVC noodhulp. „Eten en tenten zijn het hardst nodig”, zegt HVC-directeur Jan Dirk van Nifterik. „Duizenden huizen zijn weggespoeld. Mensen bivakkeren onder een zeiltje dat wij hier bij het klussen gebruiken. Er is ook een groot gebrek aan schoon water, medicijnen en sanitaire voorzieningen. We zien de afgelopen dagen het aantal hulpvragen toenemen en het gaat ook om steeds grotere gebieden. Daarom zullen we onze acties ook opschalen.”
Wat volgens Van Nifterik opvalt, is de toenemende paniek in de berichten die hij uit de getroffen gebieden krijgt. „Mensen zijn overvallen door de vloed, zijn alles kwijtgeraakt. Hoewel de verhalen maar moeizaam loskomen, proef je de stress en de trauma’s: Waar moeten we heen, wat moeten we doen?”
Achteraan
De watersnood heeft naar schatting 33 miljoen Pakistanen getroffen, maar christenen worden in het bijzonder geraakt, meent Sajid. „Wij zijn altijd al een heel kwetsbare groep. We worden gediscrimineerd en zijn vaak uitgesloten van de betere posities in de samenleving. Als gevolg van armoede leven veel christenen in afgelegen gebieden, die nu extra moeilijk bereikbaar zijn. De hulpverlening verloopt bovendien doorgaans via islamitische organisaties, die vooral moslims de helpende hand bieden. Christenen hebben geen prioriteit. En ook nu wordt er niet naar ons omgekeken.”
Dat laatste beaamt Van Nifterik. „Ik wil niet aan emotionele fondsenwerving doen of christenen in een slachtofferrol wegzetten. Ik ben daar heel voorzichtig in. Maar er rijst inmiddels wel een generiek beeld op vanuit Pakistan dat christenen ook in de hulpverlening bij deze ramp achteraan in de rij staan.”