De minister van Sociale Zaken meldde dat dinsdag in een brief aan de Eerste Kamer. „Het kabinet realiseert zich dat voor het wetsvoorstel om de kinderbijslag niet te indexeren in uw Kamer onvoldoende draagvlak bestaat. Om die reden heroverweegt het kabinet dit wetsvoorstel”, aldus Van Gennip.

De minister heeft nog geen definitief besluit genomen. Dat laat op zich wachten tot de voorjaarsbesluitvorming. Dan weegt het kabinet alle financiële knelpunten tegen elkaar af en wordt er een besluit genomen waar wel of geen geld voor is.

In de Eerste Kamer is er geen steun voor het plan om de komende jaren de kinderbijslag te bevriezen. Een meerderheid steunde bij het debat over de regeringsverklaring eerder dit jaar een motie van SGP-senator Schalk. Daarin riep hij het kabinet op om het wetsvoorstel in te trekken. Alleen coalitiepartijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie stemden tegen.

Duurder

Normaal gesproken wordt de kinderbijslag twee keer per jaar, in de maanden januari en juli, verhoogd. Dat is zo vastgelegd in de Algemene kinderbijslagwet. Daarmee wordt de vergoeding verhoogd voor de stijgende prijzen in het dagelijks leven.

In de motie-Schalk wijzen de ondertekenaars erop dat het bevriezen van de kinderbijslag „momenteel tot forse koopkrachtdalingen kan leiden voor gezinnen.” De rekenmeesters van het Centraal Planbureau (CPB) verwachten dat goederen en diensten voor consumenten dit jaar zo’n zes procent duurder zijn dan vorig jaar.

Het wetsvoorstel waar Van Gennip verantwoordelijk voor is, stelt voor om de kinderbijslag in 2022 en 2023 even hoog te laten als in 2021. In 2024 zou de vergoeding wel weer omhoog gaan, maar minder dan gebruikelijk. De bijbehorende besparing zou de overheid 130 miljoen euro per jaar opleveren vanaf 2025. Met die opbrengst wil het kabinet extra uitgaven aan uitvoeringsorganisaties bekostigen, waaronder het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).

Vertraging

De Tweede Kamer stemde vorig jaar oktober in met het wetsvoorstel. De oppositie uitte zich in felle bewoordingen tegen het bevriezen van de kinderbijslag, maar VVD, D66, CDA en ChristenUnie hielpen het wetsvoorstel aan een meerderheid. Het wetsvoorstel liep echter averij op in de Eerste Kamer.

Door de vertraging kon het wetsvoorstel van Van Gennip niet zoals beoogd per 1 januari 2022 in werking treden. Daarom is de kinderbijslag begin dit jaar gewoon verhoogd.