Bij open Bijbel met jongere in gesprek over gender
Steeds meer tieners raken in verwarring over hun genderidentiteit. Dat signaleert de hervormd-gereformeerde jeugdbond HGJB. Het programma ”Cis- of transgender?” moet het thema vanuit Bijbels perspectief bespreekbaar maken.
Het clubprogramma, dat deze week verscheen, werd geschreven door HGJB-medewerker Herman van Wijngaarden, die ook verbonden is aan de organisatie Hart van Homo’s. Hij merkt op dat bijna iedereen cisgender is –waarbij het geslacht overeenkomt met de genderidentiteit– en slechts een kleine minderheid transgender. Toch kampen relatief veel jongeren met twijfels hierover.
Waaruit blijkt de verwarring onder jongeren over hun genderidentiteit?
„Bij Hart van Homo’s kom ik de laatste tijd af en toe jongeren tegen die zich afvragen: „Wat ben ik nu eigenlijk, homoseksueel, non-binair of transgender?” Onlangs was er een jongen die zich binnen vijf minuten profileerde als alle drie. Dan ben je volgens mij wel heel erg in verwarring.
Enige tijd geleden had ik een gesprek met twee jeugdleiders uit het achterland van de HGJB. Zij gaven beiden aan dat ze in het jeugdwerk jongeren tegenkomen die zich serieus afvragen of ze een jongen of een meisje zijn. En in een catechesegroep wilde iemand voortaan niet meer als jongen, maar met een meisjesnaam worden aangesproken.
Het is niet meer vanzelfsprekend dat jongeren op basis van hun geslachtsdelen zeggen: Ik ben een jongen of een meisje. Er zijn veel meer mogelijkheden. Als je in Amerika een Facebookaccount aanmaakt, kun je zelfs kiezen uit 58 genderidentiteiten. Dat is heel verwarrend.”
Wat wilt u jongeren met het programma ”Cis- of transgender?” vooral meegeven?
„Waarin vind je je diepste identiteit? Weet je of je een kind van God bent? Dat is het belangrijkste wat over je gezegd kan worden. Als die zekerheid wegvalt of er onvoldoende is, gaan jongeren hun identiteit teveel ergens anders in zoeken, bijvoorbeeld in gender.
Een ander belangrijke lijn is: Het is niet toevallig welke geslachtsdelen je hebt. Daar zit een plan van God achter. Hij heeft je geschapen als man of vrouw. Dat is iets waar je trots op mag zijn en er ligt een mooie roeping in: dien God zoals Hij je heeft bedoeld. Daarnaast moet er compassie zijn met jongens of meisjes die dit ideaalbeeld niet kunnen beleven. Er zijn ook jongeren die werkelijk moeite hebben met hun mannelijke of vrouwelijke identiteit, maar de meesten zijn gewoon een heteroseksuele jongen of meisje. Dus pieker daar maar niet teveel over.”
Genesis 1 en Psalm 139 komen in het programma nadrukkelijk naar voren. Waarom juist die twee hoofdstukken?
„Dat heeft te maken met de twee hoofdlijnen die door het programma lopen. Genesis 1 geeft weer dat ons geslacht niet maar een sociaal construct is. Het verschil tussen man en vrouw is iets wat God bij wijze van spreken heeft uitgevonden. In die zin is Genesis 1 normatief. En Psalm 139 heeft oog voor de gebrokenheid van de schepping, de pastorale kant. God kent je en je mag met al je gebrokenheid bij Hem komen.”
Wat kan jongeren helpen om in een seculier klimaat rond het thema gender vast te houden aan wat de Bijbel erover zegt?
„Het is belangrijk dat jongeren meekrijgen dat we als christenen het ideaal van de Bijbel in het oog houden, maar ook de gebrokenheid serieus nemen. We moeten ervoor oppassen het normatieve van de Bijbel massief over hen uit te storten. Dat is een spanningsvolle bezigheid.
Richting jongeren zou ik willen zeggen: Houd vanuit je christelijke identiteit vast aan je eigen principes. Probeer te getuigen van hoe je hier zelf in staat, maar blijf wel in gesprek met jongeren die er anders over denken en wees bewogen met leeftijdsgenoten die het man- of vrouw-zijn echt als problematisch ervaren. Het is van belang om jongeren daarvoor in het jeugdwerk toe te rusten. In een artikel in De Waarheidsvriend werd die oproep eind vorig jaar gedaan. Wij hebben die uitdaging opgepakt.”
Wat vraagt het van jeugdleiders om dit thema op een goede manier aan de orde te stellen?
„Neem het onderwerp serieus en voorkom dat er lacherig over wordt gedaan. Dat laatste gebeurt al snel. Als ik lees dat maandverband niet meer is bedoeld voor vrouwen maar voor mensen met een baarmoeder, heb ik ook de neiging om dat niet serieus te nemen, maar dat is een valkuil.
Het tweede is: Durf het aan om zaken te relativeren. Op een avond kwam er een meisje naar me toe die zich afvroeg of ze biseksueel of non-binair was. Ze bleek vijftien jaar te zijn. Ik heb naar haar geluisterd en haar vragen serieus genomen, maar ook gezegd: Geef het de tijd. Over drie of vier jaar zal het echt wel duidelijk zijn. Er zijn belangrijkere dingen om je druk over te maken.”
Herman van Wijngaarden over het nieuwe HGJB-programma ”Cis- of transgender?”