Minderjarige dubbel zo vaak moordverdachte
Het aantal zaken waarbij minderjarigen worden verdacht van moord of poging daartoe, is meer dan verdubbeld, blijkt uit cijfers die het Algemeen Dagblad heeft opgevraagd. OM-topman Gerrit van der Burg toont zich in die krant bezorgd. „De kruimeldief van vandaag kan morgen iemand liquideren.”
De verontrustende stijging die we in 2020 al zagen, zet hard door, zegt Van der Burg in gesprek met de krant.
Bij minderjarigen ging het in 2021 tot half november om 64 zaken waarbij er sprake was van moord of poging tot moord. In dezelfde periode in 2020 bleef dat aantal beperkt tot 25 zaken. „Bij moord en poging tot moord tezamen zien we nu dus een toename van 156 procent onder minderjarigen.”
Wegkijken
Ook jongvolwassenen zijn dit jaar vaker betrokken bij moordzaken: 76 tegenover 51 in dezelfde periode van 2020. Zaken waar doodslag en poging tot doodslag onder 18- tot 21-jarigen spelen, kwamen 14 procent vaker voor. Het ging om 231 zaken dit jaar tegenover 202 vorig jaar. Van der Burg ziet een rol voor ouders, zegt hij tegen het AD: „Ouders moeten niet wegkijken, maar het kind aanspreken.”
In een exclusief interview met de krant vertelt Van der Burg (62) dat hij terugkijkt op 2021 als een „heftig jaar”, vooral vanwege de moord op Peter R. de Vries in juli. „Hij was een van de drijvende krachten die het altijd maar opnam voor de rechtsstaat”, zegt Van der Burg. „Wat hij deed als journalist en als vertrouwenspersoon, deed hij omdat hij er zelf van doordrongen was dat hij dat moest doen.”
Om de forse toename van jeugdcriminaliteit te duiden is onderzoek nodig, zegt Van der Burg, al heeft hij zelf wel wat ideeën bij de achtergronden van de cijfers. „Vaak is er al iets aan de hand in de sfeer van hulpverlening en spijbelen bijvoorbeeld.”