Een deal met Loekasjenko zou voor de EU ondenkbaar moeten zijn
De Wit-Russische dictator Loekasjenko volhardt nog altijd in zijn lugubere spel. Gesteund door de Russische president Poetin brengt hij grote menigten migranten, in hoofdzaak afkomstig uit Irak en Syrië, naar de Poolse grens. De wanhopige groep die zich aldaar verzamelt, hoopt vervolgens de Europese Unie binnen te kunnen trekken, maar strandt in de grensstreek; een onherbergzaam niemandsland. Daar zet de Poolse krijgsmacht hen de voet dwars.
Verbazingwekkend is het gegeven dat Loekasjenko dergelijke barbaarse praktijken tentoon blijft spreiden niet. Zaterdag riep de uit Wit-Rusland afkomstige schrijver Filipenko in deze krant in herinnering hoe de dictator in eigen land huishield, nadat hij in augustus vorig jaar de presidentsverkiezingen op frauduleuze wijze opnieuw had gewonnen. De media werden gecensureerd; zijn (vermeende) opponenten werden achter slot en grendel gezet.
Intussen blijven de dilemma’s die Loekasjenko de EU-leiders in de maag splitst groot. Tekenend voor de manier waarop zij vooralsnog de kaarten tegen de borst houden, is dat de voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, de mogelijkheid voor Polen openliet om met toestemming, en mogelijk ook met steun vanuit de EU, de grens met Belarus af te grendelen met een muur. De manier waarop Michel tijdens zijn bezoek aan het land de EU-waarden erbij haalde, is pikant. Hij zei met zoveel woorden dat de EU en Polen met die muur een gezamenlijk doel voor ogen staat: het verdedigen van de EU-waarden tegenover Loekasjenko. Vergeten is blijkbaar even dat juist Polen, aldus diezelfde EU nog niet zo lang geleden, deze waarden bedreigt en ondergraaft, onder andere door het instellen van een tuchtkamer voor rechters.
Dat de EU-leiders weerstand moeten bieden tegen een dictator die migranten inzet als pionnen om zo de EU te chanteren, is niet nieuw: eerder deed de Turkse leider Erdogan dat. Uiteindelijk leidde dat tot de zogeheten Turkijedeal. Turkije kreeg daarbij vele EU-miljarden aangeboden op voorwaarde dat Erdogan geen Syrische migranten zou doorsturen naar Europa, maar zou opvangen in zijn eigen land.
Voor die afspraak bood het VN-Vluchtelingenverdrag de EU de ruimte, zij het mondjesmaat. Het sluiten van een vergelijkbare deal met Loekasjenko –geld in ruil voor het opvangen van Syrische vluchtelingen in Wit-Rusland– zou daarentegen neerkomen op het legitimeren van een verdienmodel dat ronduit crimineel is te noemen: vanuit de Belarussische consulaten uit Syrië en Irak toeristenvisa afgeven aan reizigers, waarbij op voorhand duidelijk is dat hun reis zal eindigen in het niets.
Terecht is dat niet de inzet van de EU. Vooralsnog lijkt die gericht op maatregelen tegen de chartermaatschappijen die de migranten naar Minsk vervoeren en het verder uitsluiten van Wit-Rusland uit het Europese betalingsverkeer. Het is hoog tijd Loekasjenko met zo’n sanctiepakket te confronteren. Voordat diens chantagepraktijken slagen en er in de EU alsnog stemmen zullen opgaan voor een Belarusakkoord.