Israël praat toch weer met de Palestijnen
Het was een nieuwsfeit dat ondersneeuwde door de crisis in Afghanistan en door de ontmoeting van de Israëlische premier Bennett met de president van de Verenigde Staten, Biden. Maar daardoor was het niet minder opmerkelijk dat voor het eerst in ruim tien jaar Benny Gantz, defensieminister in het Israëlische kabinet, en de Palestijnse president Abbas het afgelopen weekend een fysieke ontmoeting hadden. Sinds 2010 was er niet meer op dit niveau contact tussen beide regeringen.
De ontmoeting tussen Gantz en Abbas vond plaats terwijl premier Bennett op terugreis was van een bezoek aan president Biden. En al lijkt het één weinig met het ander te maken hebben, die link is er toch zeker wel. Terwijl Bennett president Biden opriep een harder standpunt in te nemen ten aanzien van Iran, riep Biden de Israëlische premier op om de leefomstandigheden van de Palestijnen te verbeteren.
Gantz, een voormalige Israëlische generaal, trok voordat de wielen van het vliegtuig van zijn baas de landingsbaan van Ben Gurion raakten, de stoute schoenen aan en toog naar Ramallah. Daar had hij diverse ontmoetingen met president Abbas.
Kritiek uit zowel de Israëlische politiek als van terreurbeweging Hamas kon niet uitblijven. Zo noemde Hamas de ontmoeting, zo’n drie maanden na het laatste gewapende conflict tussen de terreurorganisatie en Israël in de Gazastrook, verraad.
Maar ook rechtse politici in Israël uitten zware kritiek op de ontmoeting. Want hoe kan Israël in gesprek gaan met een corrupte president als Abbas die ondertussen nabestaanden van terroristen financieel steunt? Premier Bennett, zelf absoluut geen pleitbezorger van een tweestatenoplossing, herhaalde op dat punt nog maar eens zijn standpunt. Het is voor hem uiterst moeizaam balanceren aangezien hij een regering leidt die bestaat uit zowel rechtse als linkse partijen en zelfs gesteund wordt door een Arabische partij in Israël.
Grote stappen in de verhouding met de Palestijnen zijn er van de regering-Bennett dan ook niet te verwachten. Daarbij zit er in de kritiek vanuit Israël beslist een kern van waarheid. Toch is de stap van Gantz een moedige te noemen. Israël kan Hamas immers niet beter bestrijden dan door de banden met hun Palestijnse rivalen op de westelijke Jordaanoever aan te halen. De hoop is daarbij nog steeds dat als de Palestijnse economie, die op de rand van de afgrond staat, beter gaat draaien de Palestijnen zich minder aangetrokken zullen voelen tot het extremisme van Hamas.
Of er echt zaken te doen zijn met de uiterst corrupte kliek rond Abbas, blijft daarbij de grote vraag. Maar dat uitgerekend een voormalige generaal naar Ramallah afreist, kan een eerste stap zijn. Gantz staat daarbij niet bekend om zijn softe standpunten als het gaat om de Palestijnse zaak. En de geschiedenis heeft uitgewezen dat het juist dit soort politici zijn waarvoor de Palestijnen respect hebben.
