Geen Wit-Rus is nog veilig voor Loekasjenko
De Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko jaagt op de oppositie en media. Zelfs tot in een Europees vliegtuig. „We zullen ze vinden en opruimen.”
De Wit-Russische oppositie had het al zwaar onder Aleksandr Loekasjenko. Martelingen en moorden in de gevangenis en ontvoeringen op klaarlichte dag behoren tot het vaste repertoire van de betwiste president. Daar voegde hij zondag de staatskaping van een Europees vliegtuig aan toe. Die leidde tot de arrestatie van journalist en activist Roman Protasevitsj in Minsk. Loekasjenko’s bijbehorende boodschap: geen Wit-Rus, waar dan ook, is veilig voor mij.
Een dag na de kaping ging Loekasjenko door waar hij sinds de protesten tegen zijn bewind vorig jaar mee bezig is. Met het monddood maken van de oppositie en de media. Van wat daar nog van over is. Hij tekende maandag nieuwe, onderdrukkende mediawetten. Voortaan is het verboden om live verslag te doen van demonstraties en het openbaar ministerie krijgt het recht om de toegang tot internetbronnen en onlinepublicaties die de wet overtreden, te beperken.
Dit is een voorlopig sluitstuk van voortdurende aanvallen op de media. Vorige week haalden de autoriteiten Tut.by uit de lucht. De nieuwssite deed verslag van de protesten en de repressie. De website is een dankbare informatiebron voor Wit-Russen in binnen- en buitenland om te weten wat zich daadwerkelijk in het land afspeelt in plaats van louter aangewezen te zijn op de Wit-Russische staatsmedia, die in de pas lopen met het regime. Na het op zwart zetten van Tut.by volgden arrestaties van journalisten en de sluiting van de kritische Poolse tv-zender Belsat in Minsk.
Telegram
Verstoken van binnenlands en buitenlands nieuws dringt het beeld van een geïsoleerd land à la Noord-Korea zich steeds meer op. Dat heeft zich versterkt nu westerse vliegtuigmaatschappijen zijn gestopt met vliegen over Wit-Rusland en de Wit-Russische luchtvaartmaatschappij Belavia niet meer welkom is in EU-landen. Wit-Russische activisten, oppositieleden en journalisten hebben een vluchtroute minder.
De Wit-Russen zijn nu aangewezen op Telegram. Dit socialemediakanaal is lastig plat te leggen voor de autoriteiten. Protasevitsj was oud-hoofdredacteur van het kritische Telegramkanaal Nexta, dat bijna 600.000 abonnees heeft. Media, zoals Tut.by met 557.000 leden, hebben hier hun kanalen. Wit-Russen kunnen Telegramgroepen maken en elkaar op de hoogte houden van wat zich in hun buurt, stad, land afspeelt en afspreken om te protesteren. De kans is aannemelijk dat de geheime dienst meekijkt.
Deze groepskanalen vormden een van de motoren van de protesten. Na de door Loekasjenko op oneerlijke wijze gewonnen presidentsverkiezingen vorig jaar augustus gingen tienduizenden Wit-Russen in het hele land de straat op. Ook toen zetten ze hun leven op het spel. Wie op weg was naar een protest kon op straat worden ontvoerd door de geheime dienst. De eerste protesten gingen gepaard met brute arrestaties die eindigden in mishandelingen in overvolle gevangenissen. Desondanks won de gezamenlijke hoop op een land zonder Loekasjenko het van de angst.
Angst terug
Negen maanden later is de angst teruggekeerd ten koste van de hoop. De demonstraties zijn doodgebloed. Loekasjenko ruimt elke tegenstander op, of die verlaat het land. Wie zich tegen hem verzet, zet zijn baan, leven en dat van zijn familie op het spel. Het dragen van een wit-rood lintje, in de kleuren van de oppositie, vormt al een risico.
Zo kent elk oppositielid de naam van Vitold Asjoerok. Hij overleed deze maand in de gevangenis. Oorzaak volgens de autoriteiten: een hartstilstand. Maar geen oppositielid die dat gelooft. Hij werd schuldig bevonden aan het organiseren van protestacties. Ruim 400 politieke gevangenen, het aantal volgens de Wit-Russische mensenrechtenorganisatie Viasna, vrezen dat hun leven elk moment in de cel kan eindigen.
Ook buiten Wit-Rusland kan geen Wit-Rus zich veilig wanen. Grote aantallen Wit-Russen vluchtten naar Litouwen, zoals oppositieleider Svetlana Tichanovskaja, en Oekraïne. Nikolaj Karpenkov, de viceminister van Binnenlandse Zaken, kwam richting deze groep vorige maand met een onheilspellende boodschap: „We zullen ze vinden en opruimen.”
Dat blijkt. Protasevitsj vluchtte naar Vilnius. De Wit-Russische autoriteiten beschouwen hem als een terrorist die vorig jaar anti-Loekasjenko-protesten organiseerde. Hij dacht na een verblijf in Griekenland vanuit Athene veilig te kunnen keren naar de Litouwse hoofdstad en koos daarvoor een vlucht tussen twee EU-landen met een Ierse maatschappij. Maar Wit-Rusland dwong de piloten te landen in Minsk en Protasevitsj belandde in de cel.
Rol Rusland
De Russische autoriteiten maakten vorige maand bekend dat ze in Moskou twee mannen hadden gearresteerd wegens het plannen van een staatsgreep in Wit-Rusland en dat de twee Loekasjenko wilden vermoorden. Ze zijn uitgeleverd aan Wit-Rusland.
Dit roept de vraag op wat Rusland van doen heeft met de vliegtuigkaping. Beide landen werken samen op militair gebied, net als hun veiligheidsdiensten. Demissionair minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Zaken zei dinsdag in het vragenuurtje: „We hebben het vermoeden dat de Russische krijgsmacht op de hoogte was.” Ook Londen wijst naar het Kremlin als betrokkene.
Rusland ontkent dit. Kremlinwoordvoerder Dmitri Peskov zei naar aanleiding van de Britse reactie: „Het is een russofobe obsessie, een vaststaand idee dat Rusland overal verantwoordelijk voor is.”
Loekasjenko weet zich gedekt door Vladimir Poetin. De Russische president is geen groot fan van Loekaskenko – vrijdag ontmoetten ze elkaar in de Russische badplaats Sotsji. Loekasjenko laat lang niet altijd zijn oren hangen naar de Russische president, maar met hem aan het hoofd weet Poetin dat er geen westers gezinde regering in Minsk komt. Sinds de Wit-Russische presidentsverkiezingen heeft het Kremlin financiële, militaire en politieke hulp verleend aan zijn buurland.
Dit geeft Loekasjenko speelruimte. Zolang hij geen commentaar hoort van Poetin en Moskou hem steunt, kan hij zijn gang gaan tegen iedere Wit-Rus.