Informateur krijgt drie weken om tot een rapport te komen
De Tweede Kamer wil de beoogde nieuwe informateur Herman Tjeenk Willink drie weken de tijd geven om tot een advies te komen over de formatie. Dat staat in het voorstel van D66 om Tjeenk Willink tot informateur te benoemen, die op brede steun in de Kamer kan rekenen.
De meeste partijen gaven eerder op de dag al in de minister van Staat de juiste persoon te zien om het vastgelopen formatieproces uit het slop te trekken.
In het debat dat de Kamer dinsdagmiddag over de kwestie voert, roept D66-leider Sigrid Kaag Tjeenk Willink op „binnen uiterlijk drie weken verslag uit te brengen”. Uit gesprekken tussen de informateur en de fractievoorzitters moet dan blijken hoe er voldoende vertrouwen „kan ontstaan om een breed gedragen weg uit de ontstane impasse te vinden”.
Tjeenk Willink, minister van Staat, oud-voorzitter van de Eerste Kamer en voormalig vicepresident van de Raad van State heeft veel ervaring als informateur. De in 1942 in Amsterdam geboren Tjeenk Willink bekleedde die functie bij de vorming van de kabinetten Paars I, Rutte I en Rutte III. Hij is sinds 2012 niet meer actief in de politiek.
Functie Rutte
VVD-leider en demissionair premier Mark Rutte wil graag met zijn partij verder regeren. Maar als andere partijen niet met hem in zee willen en een coalitie smeden zonder de VVD, wil hij „uiteraard graag de oppositie leiden”, aldus Rutte tijdens een debat over de vastgelopen formatie.
Tijdens een marathondebat afgelopen donderdag lag Rutte zwaar onder vuur. Tijdens een verkennend gesprek kort na de Tweede Kamerverkiezingen sprak hij over een mogelijke andere rol voor het kritische CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt, mocht diens partij opnieuw plaatsnemen aan de formatietafel. Toen uitlekte dat dit besproken was, zei Rutte dat die suggestie niet van hem kwam, maar uit een gespreksverslag bleek het tegendeel.
Het kwam Rutte op een motie van afkeuring te staan die, op de VVD na, door alle partijen werd gesteund. De partijen die geen deel uitmaken van het demissionaire kabinet, zegden zelfs collectief het vertrouwen op. Maar Rutte houdt nog steeds vol dat hij niet loog, hoewel hij niet de waarheid sprak, en dat hij zich het gesprek met de verkenners eenvoudigweg verkeerd heeft herinnerd.