Arnold Karskens: Terughalen Syriëgangers domste wat je kunt doen
Moet Nederland Syriëgangers terughalen? Nu Turkije donderdag een ‘jihadistengezin’ op het vliegtuig naar Duitsland zette, laait die discussie weer op. „Je neemt een moordenaar toch ook niet in huis?”
In Syrië zaaiden ze mogelijk dood en verderf. Bekwaamden ze zich in het plegen van aanslagen. Hielden ze met financiële hulp een islamitische terreurclub in de benen. Enkele honderden Nederlanders sloten zich afgelopen jaren aan bij Islamitische Staat (IS). Hun spel is uit.
Nu de nietsontziende terreurgroep een zware slag is toegebracht en het IS-kalifaat afbrokkelde, zitten de Nederlandse Syriëgangers daar in de regio veelal achter de tralies. Bijvoorbeeld in Turkije. Dat land wil jihadisten terugsturen naar hun thuisland. Zo werden donderdag zeven vermeende soennitische extremisten van Iraakse komaf op het vliegtuig naar Duitsland gezet.
In Nederland zijn de autoriteiten verdeeld over de de vraag hoe wijs het is jihadisten terug te halen. Hamvraag is: zullen gehersenspoelde moslimextremisten hier hun terreur voortzetten en bijvoorbeeld een trein opblazen?
Het kabinet wil IS-strijders buiten de deur houden en in bijvoorbeeld Irak en Syrië laten berechten. Daarentegen wil het Nederlandse openbaar ministerie vermeende Syriëgangers van Hollandse bodem hier voor de rechter dagen. Het OM deed dit jaar tot dusver 29 verzoeken tot repatriëring van vermeende jihadisten, meldde NRC Handelsblad enkele weken geleden.
In de peiling
Het meest verstandig is dat Nederland Syriëgangers terughaalt, vindt terrorismedeskundige Bibi van Ginkel. „Het openbaar ministerie heeft dankzij inlichtingenwerk al die mensen in de peiling. Als die mannen en vrouwen in Nederland arriveren, zullen ze meteen worden gearresteerd. De strafdossiers liggen klaar.”
Houdt de regering de Nederlandse IS-strijders op afstand dan schiet ze zichzelf in haar voet, denkt Van Ginkel. „Het kabinet kan dit probleem niet laten doorsudderen. Nederlandse jihadisten en hun vaak jonge kinderen zitten nu vaak onder erbarmelijke omstandigheden vast in gevangenissen in bijvoorbeeld Syrië. Als we ze daar laten zitten, dan kunnen ze de komende jaren verder radicaliseren. Het IS-kalifaat mag op zijn rug liggen, de Nederlanders kunnen zich bij andere jihadistische groeperingen aansluiten. Ze verdwijnen dan mogelijk onder de radar. Bij terugkeer over bijvoorbeeld een paar jaar naar Nederland vormen die mensen een veel groter gevaar dan bij repatriëring nu.”
Essentieel is dat veiligheidsdiensten terugkerende jihadisten in de gaten houden. Ook na een eventuele celstraf, betoogt Van Ginkel. „De autoriteiten kunnen bestuurlijke maatregelen nemen tegen IS-sympathisanten. Denk aan een verbod om een extremistische imam of moskee te bezoeken.”
Zorgvuldig
Daarnaast dienen terugkerende Syriëgangers zogeheten deradicaliseringsprogramma’s te volgen, stelt de terrorismedeskundige. „Van belang is om die programma’s op maat te maken. Waarbij niet alleen oog is voor iemands extremistische ideeën, maar voor veel meer factoren. Mensen kunnen ooit naar Syrië zijn vertrokken, omdat ze zich als orthodoxe moslim in Nederland niet meer thuis voelden. Een hulpverlener kan proberen een terugkeerder op zo’n punt tot andere inzichten te brengen.”
Terughalen van Syriëgangers naar Nederland is zeker niet zonder gevaar, erkent Van Ginkel. „Niemand kan in de hersenpan van een IS-strijder kijken. Hoe dan ook is een zorgvuldige screening van terugkeerders van belang. We kunnen 100 procent veiligheid niet garanderen. Het gevaar kan ook komen van IS-sympathisanten die nooit zijn uitgereisd, maar gewoon ergens in Nederland wonen.”
Van Ginkel veegt de vloer aan met het recent door CDA-Kamerlid Martijn van Helvert geopperde plan om de banden aan te halen met de Syrische leider Assad. Dat zou berechting van Nederlandse Syriëgangers en terugkeer van Syrische vluchtelingen vergemakkelijken. „Een volstrekt verwerpelijk plan. Assad is een vreselijke dictator die zijn eigen volk al jaren terroriseert. Ik hoef het bandje van de geschiedenis van de afgelopen vijf jaar toch niet terug te spoelen? We gaan toch niet in zee met de een van de grootste oorlogsmisdadigers van de laatste decennia?”
Ook in de recente suggestie van VVD-Kamerlid Dilan Yeşilgöz dat Nederlandse jihadisten die in Irak berecht worden eventueel de doodstraf moeten krijgen, ziet Van Ginkel, zelf lid van D66, niets. „Doodstraf is in strijd met elementaire beginselen van medemenselijkheid. Nederland schaarde zich achter diverse internationele verdragen die de doodstraf duidelijk afwijzen.”
Kast
Lijnrecht tegenover Van Ginkel staat oorlogsverslaggever Arnold Karskens (65), die onder meer werkte in oorlogsgebieden in Irak en Afghanistan. Hij is faliekant tegen het terughalen van Syriëgangers. „Dat is het domste wat je kunt doen. Je haalt toch ook geen moordenaar in je eigen huis? Je kunt hem daar wel in een kast opsluiten, maar op een gegeven moment kan hij daar uit ontsnappen.”
Een handvol jihadisten kan in Nederland al voor grote ellende zorgen, waarschuwt Karskens. „Deradicaliseringsprogramma’s kunnen soms best jihadisten tot inkeer brengen, maar er zijn maar een paar extremisten nodig om bijvoorbeeld een terreuraanslag op een school of in een trein te plegen. Op de terreurafdeling van de gevangenis in Vught zitten diverse mensen die echt niet deradicaliseren.”
Hekel
Extremisten kunnen in het Midden-Oosten nog wel eens sneller van hun radicale gedachtenspinsels genezen dan in Nederland, betoogt Karskens. „Vergeet niet dat het gros van de gewone moslims in het Midden-Oosten een enorme hekel heeft aan IS’ers. De gewone moslims vinden het maar niks dat ze als het ware door radicalen naar de moskee worden gesleurd. Die radicale figuren krijgen daar vaak enorm op hun falie als ze zijn gevangengenomen. Keiharde taal is de enige taal die extremisten verstaan. In Nederland zijn hulpverleners geneigd om jihadisten in de watten te leggen. Maar zo’n masserende werkwijze zien extremisten vaak als zwakte en daar maken ze misbruik van, weet ik op grond van gesprekken in bijvoorbeeld Irak.”
Als Nederland Syriëgangers terughaalt, schept dat een gevaarlijke precedent, waarschuwt Karskens. „Dan denken extremistische moslims in Nederland dat ze bijvoorbeeld naar terreurgroepen in Afrika kunnen afreizen, in de wetenschap dat ze later toch wel terug kunnen naar Nederland om hier weer hun uitkering te ontvangen en een huis te krijgen.”