Italië redt het niet zonder hervormen
Massale belastingontduiking, corruptie, overmatige bureaucratie, trage rechtsgang, problemen met de euro en een krimpende bevolking. Dat zijn de redenen waarom de Italiaanse economie de afgelopen twintig jaar niet is gegroeid.
Als je een van de meest gezaghebbende economen van Italië vraagt hoe het land uit de crisis moet komen, is het antwoord duidelijk. „We hebben een grondige herziening van de Italiaanse economie nodig die gericht is op de verhoging van de efficiëntie en de verbetering van onze concurrentiepositie.” Aldus Carlo Cottarelli, directeur van het universitair onderzoekscentrum dat de overheidsfinanciën overziet.
De 64-jarige econoom kreeg internationale bekendheid toen hij afgelopen mei na een maandenlange politieke crisis door president Mattarella werd gevraagd om een overgangsregering te leiden. Maar Cottarelli gaf de opdracht terug toen bleek dat Lega en de Vijfsterrenbeweging alsnog tot een regering kwamen.
Cottarelli presenteerde vorige week in Rome de economische pijnpunten van zijn land. Hij gaf ook zijn recept om uit de crisis te komen. „Als het ons lukt om de belastingontduiking aan te pakken, zouden we er economisch stukken beter voorstaan. Ik zeg niet dat we het beste jongetje van de Europese klas moeten worden, maar we moeten wel proberen op het Europees gemiddelde te komen.” Italië is, na Griekenland en Malta, het land waar de overheid het meest achter het net vist. Jaarlijks worden zo’n 130 miljard euro aan belastingen niet geïnd. Dat komt overeen met acht procent van het bruto binnenlands product en is dubbel zo hoog als het Europees gemiddelde.
Op de ranglijst van corrupte landen in Europa staat Italië meestal bovenaan. Het is moeilijk te berekenen hoeveel economische schade corruptie berokkent. Een indicatie is het aantal veroordelingen. „In Italië worden dubbel zo veel mensen veroordeeld voor corruptie dan in Duitsland,” zegt Cottarelli.
Steekpenningen
Corruptie gedijt vooral in de publieke sector. Beide landen hebben ongeveer een gelijke infrastructuur. Het vermoeden bestaat dat op grote schaal sprake is van steekpenningen, waardoor de kosten van overheidsprojecten de pan uitrijzen. „Als dat geen corruptie is, kun je zeggen dat de overheid weinig efficiënt is.” Corruptie is schadelijk voor de economie. „Niet de beste onderneming wint, maar het bedrijf dat het beste is om te kopen. Dat is slecht voor het ondernemingsklimaat.”
De bureaucratie en de rechtspraak werken ook niet mee. De overheid zou het bedrijfsleven moeten stimuleren, maar lijkt dat te belemmeren door trage uitvoering van veelomvattende en tegenstrijdige regelgeving. De kosten van de bureaucratie bedragen zo’n 31 miljard euro, het bedrag dat ook ongeveer jaarlijks binnenkomt aan ondernemingsbelasting.
Daarnaast duurt een volledige rechtszaak gemiddeld 7,5 jaar. In Duitsland is de rechter in het hoger beroep er na twee jaar uit. De bureaucratische en gerechtelijke blokkades zijn, met de hoge belastingdruk, redenen voor buitenlandse investeerders om niet zomaar met Italië in zee te gaan, zo blijkt recent onderzoek.
Een meer binnenlands probleem is dat de Italiaanse bevolking wegens een laag geboortecijfer aan het krimpen is. Daarbij komt dat wereldwijd gezien Italianen, met Japanners, gemiddeld het langst leven. Het pensioensysteem staat op springen: het beslaat 17 procent van het bbp. Een oplossing zou zijn om uit de monetaire unie te stappen en de eigen munt geregeld te laten devalueren om het concurrentievoordeel te behouden. Cottarelli is daar echter op tegen. „Nog afgezien dat de exit uit de euro hoge inflatie tot gevolg zal hebben, worden zo de echte problemen niet aangepakt.”
Bevroren
De enige weg die Italië heeft te gaan is zorgen voor de verbetering van zijn concurrentiepositie. Daarvoor moeten volgens Cottarelli de kosten voor ondernemingen naar beneden. Niet alleen moeten de lonen worden bevroren, de overheid dient ook een pas op de plaats maken. „Als de kosten van de bureaucratie verminderen en mensen niet maanden hoeven te wachten op een goedkeuring, gaat de concurrentiepositie omhoog.”
Maar uiteindelijk zijn de economische problemen te herleiden tot een cultureel probleem, vindt de econoom. „De maatschappelijke betrokkenheid is laag. We vinden het normaal om wetten te overtreden. We moeten onze kinderen opvoeden met een grotere gemeenschapszin.”