Leden Schotse synode vormen een gemêleerd gezelschap
Glasgow is de stad van rokende fabriekspijpen en ronkende bussen. Van een plaats met een rijke historie lijkt hier zeker geen sprake. Toch wordt er in de Schotse stad nog altijd kerkgeschiedenis geschreven.
Ruim honderd mensen verzamelen zich dinsdagavond tegen halfzeven in de Saint Jude’s Church in de wijk West End, op enkele kilometers van het centrum van Glasgow.
Tijdens een speciale kerkdienst opent ds. J. MacLeod de generale synode van de Free Presbyterian Church of Scotland (FPCS). Voor de FPCS is 2018 een bijzonder jaar, omdat het kerkverband 125 jaar bestaat. Maar, zo merkt een afgevaardigde bij binnenkomst op, „dit kerkgebouw uit 1875 is nog altijd ouder dan het kerkverband zelf.”
In de gotische kerk zitten vooral veel predikanten en ouderlingen. Het is een gemêleerd gezelschap. Zo zijn de afgevaardigden niet alleen afkomstig uit alle hoeken van Schotland, maar ook van de andere kant van de wereld. Landen van herkomst zijn onder meer Zimbabwe en Australië. Een aantal afgevaardigden uit Nieuw-Zeeland laat per brief weten dat ze wegens omstandigheden verhinderd zijn. De zijbanken van de kerk en de galerij zijn voornamelijk gevuld met belangstellenden. Rechts zitten oudere leden, links enkele gezinnen met kinderen.
Voorzanger
De bijeenkomst begint met samenzang. De voorzanger zet in. Vervolgens klinken er psalmen in het kerkgebouw. Orgelspel hoort in een dienst van de FPCS niet thuis. En als de predikant voorgaat in gebed, staan alle gemeenteleden.
Ds. MacLeod bepaalt zijn gehoor bij de woorden van de apostel Paulus in Galaten 1:9. De predikant wijst op de grote verantwoordelijkheid die voorgangers en ouderlingen tijdens kerkdiensten hebben in het verkondigen van het Woord of bij het lezen van een preek.
Aan het Woord mag niets worden toegevoegd, maar er mag ook niets van worden afgedaan. Wat dat betreft ziet ds. MacLeod voor de kerk in de huidige tijd twee gevaren. Aan de ene kant het arminianisme en aan de andere kant het hypercalvinisme.
Met het oog op het eerste gevaar verwijst ds. MacLeod naar 1893. De Free Church of Scotland (FCS) nam toen een bepaling aan waarmee zij minder strikt vasthield aan de belijdenis van Westminster. Dat was voor twee predikanten reden om zich af te scheiden. „Deze mannen wilden ook van geen ander Evangelie weten, net als de apostel.”
De FPCS kijkt echter nog verder terug in de tijd. Volgens ds. Macleod wil het kerkverband de lijn vasthouden die de Schotse reformator John Knox heeft uitgezet. Knox’ standbeeld kijkt vanaf de andere kant van de stad over Glasgow uit.
Na de dienst neemt de Londense predikant afscheid als preses van de synode. „Het afgelopen jaar was rustig. Ik heb er naast het werk in de gemeente weinig extra taken bij gekregen. Ik wil iedereen bedanken voor de steun en de voorbede die er is gedaan.”
De voordracht van ds. A. W. MacColl als nieuwe synodepreses wordt door de aanwezigen unaniem aanvaard. In een korte toespraak laat de predikant van Ness op het eiland Lewis weten zijn nieuwe taak als een „grote verantwoordelijkheid” te zien.
De synode gaat in het tweede deel van de avond in besloten zitting verder. Woensdag wisselen openbare en besloten vergaderingen zich af. Onder meer de financiële stand van zaken in de verschillende gemeenten in binnen- en buitenland komt dan ter sprake.
Synodeweek
De FPCS is niet het enige kerkverband in Schotland dat deze week een synode belegt. Traditiegetrouw hebben de Schotse gereformeerde kerken in mei een vaste synodeweek. Zo komen de generale synodes van de Free Church of Schotland en de Free Church Continuing dezer dagen bijeen in de hoofdstad Edinburgh.
De synode van de Church of Scotland, waarvan de genoemde kerkverbanden zijn afgescheiden, opende zaterdag in Edinburgh, in aanwezigheid van de Schotse premier Nicola Sturgeon. Ds. S. M. Brown uit Dornoch werd daar tot preses gekozen.
Twee jubilerende kerkverbanden in Schotland
De Free Presbyterian Church of Schotland (FPCS) werd 125 jaar geleden gesticht. Twee predikanten uit de Free Church of Scotland (FCS) waren het niet eens met een synodebesluit over een bepaling die volgens hen in strijd was met de geloofsbelijdenis van Westminster. Sindsdien beschouwt de FPCS zichzelf als de ware geestelijke erfgenaam van de Schotse gereformeerde kerk uit 1560, waarin John Knox een grote rol speelde. Inmiddels zijn er niet alleen gemeenten van de FPCS in het Verenigd Koninkrijk, maar ook in Zimbabwe (in Nederland bekend via het werk van de Mbuma-Zending), Oekraïne, Canada, de VS, Singapore, Australië en Nieuw-Zeeland. Ook de FCS, waarvan de FPCS zich heeft afgescheiden, gedenkt dit jaar een jubileum. De FCS scheidde zich namelijk 175 jaar geleden, in 1843, af van de Church of Scotland. Veel predikanten waren het destijds niet eens met inmenging van de staat in kerkelijke zaken.