Ex-prostituee Maja voelt zich nergens thuis
„Het was een hel”, vat Maja (43) de jaren samen dat ze in de prostitutie werkte. Vorig jaar zette ze er een punt achter. Ze probeert haar leven op de rails te krijgen. „Elke dag is een gevecht. Ik voel mij niet meer thuis in de seksindustrie, maar ook niet in de maatschappij.”
Loverboys luisden haar erin toen ze amper twintig was, vertelt Maja in het kantoor van Terwille Verslavingszorg in Groningen. „Ik werd achter de ramen gezet. Eerst snapte ik niet waarom collega’s drank en drugs gebruikten. Later ben ik dit ook gaan doen om het werk vol te kunnen houden.”
Maja werkte in totaal zo’n vijftien jaar in de prostitutie. Na haar eerste verblijf van drie maanden in de time-outvoorziening van Terwille Verslavingszorg in Frankrijk viel ze terug. Enkele maanden later zei ze de prostitutie toch weer vaarwel en verbleef ze voor de tweede keer in Frankrijk. Tegenwoordig woont Maja met andere ex-prostituees in het zogeheten Leerhuis van Terwille. Ze heeft wekelijks gesprekken met haar begeleider Sanne de Vries (zie ”Ex-prostituees hebben behoefte aan een veilige plek”) en met een psycholoog van Terwille. Daarnaast komt er regelmatig iemand van deze organisatie in het Leerhuis langs om de vrouwen te helpen met praktische zaken.
U sprak van een hel. Wat maakte het werk zo verschrikkelijk?
„Ik had voordat ik in de prostitutie belandde één man in mijn leven gehad, de vader van mijn kinderen. Hij is inmiddels overleden. Ik ben geen vrouw die met iedereen het bed induikt en wilde als puber niet eens over seks praten. Het was walgelijk om dagelijks met tien tot vijftien mannen seks te moeten hebben.
Het was ook afschuwelijk om achter een raam te kijk te staan. Ik deed bewust niets om de aandacht van voorbijgangers te trekken. Ik dook zelfs weg als iemand naar mij keek. Wist ik veel dat er buiten een handlanger van mijn pooiers stond die mij in de gaten hield. Later kreeg ik dan te horen dat ik mijn werk beter moest doen.”
Weleens met het idee gespeeld om te vluchten?
„Jawel, maar weggaan durfde ik niet. Ik kende een meisje dat voor een andere pooier ging werken. Haar vroegere pooier heeft haar gezicht vervolgens zo met een mes bewerkt dat ze haar bezigheden in de prostitutie kon vergeten.
Uiteindelijk heb ik bewust een klant bedreigd. In de hoop dat hij aangifte bij de politie deed en dat ik opgepakt zou worden. Dit gebeurde en twee rechercheurs kwamen mij ophalen. Zelfs toen stribbelde ik tegen, omdat ik bang was voor wat er zou gebeuren. Op diezelfde avond zijn ook mijn pooiers opgepakt, want ze hadden iemand met een pistool bedreigd.”
Waarom ging u na een aantal jaren terug naar die vreselijke wereld?
„Ik voelde mij vies en waardeloos. De omgeving roddelde over me. Ik dacht: Als ik voor mijzelf ga werken, hoef ik mijn inkomsten niet meer af te staan. Uiteindelijk hield ik mijzelf voor dat ik voor de prostitutie was gemaakt. Makkelijk viel het werk mij nog altijd niet. Soms stopte ik er even mee.”
Uiteindelijk bent u helemaal gestopt.
„Ik had geen eigen huis meer en sliep in de club waar ik werkte. Een nachtmerrie, waar ik een punt achter wilde zetten. De vrouw van de GGD die ik belde, speelde mijn hulpvraag door naar Terwille. Ik verbleef voorafgaand aan het vertrek naar Frankrijk op een geheime locatie. Een jong echtpaar runt deze opvang. De man ging liefdevol met zijn gezin om. In mijn beleving was dat fake en ik wachtte tot hij fouten ging maken, maar dat gebeurde niet. Mijn jeugd was moeilijk, onder andere omdat mijn vader heel gewelddadig was. Ik leerde in de opvang zien dat een man pas echt stoer is als hij van zijn vrouw houdt en zelfs de luier van zijn kind wil verschonen. En ik schaamde mij enorm voor mijn verleden.”
Waardoor ging het mis na uw eerste verblijf in Frankrijk?
Maja aarzelt. Ze wil er niet veel over kwijt: „Ik vind het heel erg dat ik ben teruggevallen. Het ging al snel mis, er waren te veel prikkels. Op een gegeven moment zat ik ’s nachts in mijn eentje aan de bar in de club waar ik werkte. Ik was somber en dacht: „God bestaat niet. Iedereen is mij vergeten, zélfs de christenen van Terwille.” Op dat moment kreeg ik een appje van Sanne de Vries van Terwille. Ze vroeg hoe het met mij was. Dat appje kwam diep binnen en was het begin van de verandering. Uiteindelijk heb ik weer bij Terwille aangeklopt.”
Wat hebt u dankzij de hulpverlening geleerd en afgeleerd?
„Achteraf gezien heb ik mijzelf tijdens mijn eerste verblijf in Frankrijk in de maling genomen. Ik had in mijn leven geleerd een masker op te zetten en hing altijd de lolbroek uit. Daardoor was het ook voor Bert en Diana, die de time-outvoorziening runnen, moeilijk om te zien wanneer ik blij of verdrietig was. Tijdens de tweede periode van drie maanden in Frankrijk heb ik serieuzer aan mijzelf gewerkt en vaak bewust gekozen voor de stilte van mijn kamer. Ik las, handwerkte en schreef in mijn dagboek. Het was zwaar om de confrontatie met mijn verleden aan te gaan.”
Waardoor houdt u het nu wel vol?
„Vooral doordat ik heb geleerd om eerlijk te zijn tegenover anderen en mijzelf. Ik ben nog vaak boos – op God en op alles en iedereen. Op die momenten probeer ik mijzelf voor te houden dat het niet terecht is om alleen anderen de schuld te geven.
Mijn wereldje is tegenwoordig klein. Ik heb wekelijks gesprekken met hulpverleners van Terwille en ik spreek regelmatig de andere vrouwen die in het Leerhuis wonen. Aan andere sociale contacten ben ik nog niet toe.”
Durft u mensen te vertrouwen?
„Nee, ik vertrouw niemand. Hoewel, Sanne neemt mij altijd serieus. Iemand vertrouwen blijft ontzettend moeilijk.”
Geniet u weer van dingen?
„Na het opstaan kan ik blij zijn met iets kleins zoals een kop koffie. Ik geniet ook van het haken van knuffels.”
Wat blijft moeilijk?
„Om wat tijdens de hulpverleningsgesprekken aan bod komt in praktijk te brengen. Ik schrijf niet meer in mijn dagboek, terwijl ik weet dat dit helpt om dingen op een rijtje te zetten en te verwerken. Elke dag neem ik mij voor dergelijke zaken weer op te pakken. Als dit voor de zoveelste keer niet gebeurt, voel ik me waardeloos.”
Waar droomt u van?
Met tranen in de ogen: „Ik heb weer contact met mijn zoon. Ik droom over een eigen huisje, waar ik al mijn kinderen kan ontvangen. Graag zou ik een opleiding doen, ook om aan mijzelf te laten zien wat ik kan. Ik heb veel kansen laten liggen.”
Vorig jaar meende u dat God niet bestaat. Dat vindt u nog steeds?
„Ik denk dat Hij er wel is. Steeds als ik nog maar een paar euro heb, komt er hulp. Ik heb weleens gebeden om een tientje en ook daar werd voor gezorgd. Een keer wilde ik wegvluchten uit het Leerhuis en had ik alles daarvoor geregeld en mijn spullen al gepakt. Die dag belde Heleen, de vrouw van de directeur van Terwille met wie ik goed contact heb. Ze vroeg of ik zin had om iets leuks te gaan doen. Toen ik moest kiezen tussen de eigenares van een seksclub of Heleen was de keus snel gemaakt. Heleen zegt dat ze van me houdt. Ongelofelijk toch?”
Dit is het slot van een drieluik over hulp aan ex-prostituees door Terwille Verslavingszorg. Maja heet in werkelijkheid anders.
Ex-prostituees hebben behoefte aan een veilige plek
Ex-prostituees die vanuit de time-outvoorziening van Terwille Verslavingszorg in Frankrijk naar Nederland komen, hebben behoefte aan stabiliteit en aan een veilige plek. Op zichzelf wonen is in het begin van het traject niet altijd haalbaar of verstandig, weet Sanne de Vries (25). Ze is behandelaar bij de christelijke organisatie Terwille. „Tijdens de drie maanden in Frankrijk krijgen de vrouwen met regelmaat te maken, onder andere doordat ze op vaste tijden aan tafel worden verwacht. Die regelmaat moeten ze in Nederland vast proberen te houden. Maar het valt niet mee om een normaal leven op te bouwen.”
De Vries heeft het diploma sociaal pedagogische hulpverlening op zak en is sinds juni vorig jaar betrokken bij de hulpverlening van Terwille aan ex-prostituees. Het project is opgezet met subsidie van de overheid. De kosten worden vergoed door de zorgverzekering, WMO en aanvullende giften.
De Vries begeleidt vrouwen die terugkeren van hun verblijf in Frankrijk. „Ik heb contact met zo’n twintig vrouwen. Niet dat ik iedereen wekelijks spreek. De hulpverlening is een weg van vallen en opstaan. Sommigen komen na een aantal gesprekken niet meer opdagen en nemen pas na een halfjaar weer contact op. Anderen vallen tijdelijk terug in het gebruik van alcohol en drugs of in de prostitutie. De vrouwen hebben behoefte aan oprechte aandacht. Aan mensen die hen niet veroordelen vanwege hun vroegere werk. Pas als iemand enig gevoel van eigenwaarde heeft, kan zij gaan nadenken over de toekomst.”
Schaamte over het verleden, eenzaamheid en het zelfbeeld zijn onderwerpen die tijdens de hulpverleningsgesprekken regelmatig aan de orde komen. „Eenzaamheid komt vaak voor. Prostitutie is een wereld op zich. Als iemand daaruit stapt, staat ze er vaak alleen voor. Zeker als het contact met de familie is verbroken of als de familie een risico vormt om terug te vallen in de seksindustrie. Sommige vrouwen hebben het idee dat op hun voorhoofd staat wat voor werk zij deden. Zij vinden het al moeilijk om over straat te lopen. Voor vrouwen met een verleden in de prostitutie is het sowieso moeilijk om te voldoen aan de hoge verwachtingen die onze samenleving stelt én om zich op hun gemak te voelen.”
Elke prostituee is welkom bij Terwille. „We gaan altijd het gesprek aan en kijken welke hulp er nodig is. Als blijkt dat iemand het slachtoffer van mensenhandel is, dan melden we dit bij de Nationaal Rapporteur Mensenhandel.”
Terwille probeert via het project ”Van raam naar baan” een nieuwe werkkring voor ex-prostituees te vinden. „Het blijkt lastig om vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen. Toch is werk een cruciale bijdrage aan het herstel van deze vrouwen. Nieuwe inkomsten en een gezonde werkomgeving helpen om niet terug te keren naar de prostitutie.”