Chinezen denken in groen, geel of rood
In China mag de lockdown dan zijn opgeheven, voor inwoners van de stad Wuhan en de provincie Hubei betekent dat nog niet direct groen licht. Zo kan de corona-app op hun mobiel alsnog de weg blokkeren, of anders doen landgenoten dat wel – eigenhandig.
Terwijl Nederland zich voorbereidt op het gebruik van een anticorona-app, zijn ze in China daarmee alweer enkele weken bezig. En: zijn de eerste twijfels erover alweer te horen. Een forse kanttekening kwam eerder deze week van Maya Wang, China-specialist bij de internationale mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch. Ze schreef een kritisch verhaal op de website van The Diplomat (”Fighting Covid-19 with Automated Tyranny”).
”Gezondheidscode” heet de app die de autoriteiten in China aan burgers hebben opgelegd om te gebruiken. Nu de lockdown er zo goed als is opgeheven, kan niemand eromheen zodra hij zijn huis uit wil. De app op je mobiel installeren betekent het invullen van tal van persoonlijke gegevens: naam, burgerlijk registratienummer, adres en uiteraard medische gegevens. Belangrijk is ook je coronaverleden: ben je besmet geweest, en zo ja wanneer, door wie, en waar? Alle gegeven bij elkaar leiden tot een van de drie beschikbare kleurcodes: groen, geel of rood. Bij groen mag iemand gaan en staan waar hij wil; geel en rood betekenen: terug in je hok. Voor geel geldt een quarantaine van een week, rood is twee weken ‘opsluiting’.
De kleur op je app heeft grote gevolgen voor de meer dan 700 miljoen gebruikers, stelt Wang vast, want waar je ook naartoe gaat –een winkel, een supermarkt, bus- of metrostation, ziekenhuis of dokterspost, kantoor of werkplek– overal wordt ernaar gevraagd.
Als dat zo is, dan is het zaak dat het systeem efficiënt werkt, en precies daarover heeft Wang haar twijfels.
De app maakt gebruikt van hetzelfde systeem dat de overheid inzet om voor haar ‘lastige’ bevolkingsgroepen in de gaten te houden, denk aan drugsverslaafden en Oeigoeren. Dat betekent dat het systeem toegang heeft tot databanken van de overheid, tot alle persoonlijke gegevens en contacten en tot iemands reis- en bezoekgeschiedenis. Het systeem heeft ook een connectie met de politie.
Intussen is het voor burgers vrijwel onmogelijk om te protesteren zodra ze om onbegrijpelijke redenen geel of rood op hun app krijgen. Wang noemt als voorbeeld de klacht van iemand die in de loop van de dag (!) zijn kleur van groen naar rood zag veranderen. Een ander had er veertien dagen quarantaine opzitten, maar bleef een rode kleur houden.
Ouden van dagen
Wang maakt zich ook zorgen over ouden van dagen die niet gewend zijn met een mobiel om te gaan, terwijl zij wel een winkel, of een arts moeten bezoeken, daarvoor van openbaar vervoer gebruikmaken, en dus niet zonder zo’n app kunnen.
De inzet van de app betekent op zich al een forse inperking van vrijheid; dat effect hebben ook de controleurs van al die apps: leden van wijk- of buurtcomités. Bij iedere toegang tot een wijk, bij flatgebouwen, winkels en andere openbare gebouwen, kun je ze vinden: mannen en vrouwen die burgers vragen naar de kleur op hun mobiel.
Wijkcomités zijn niet nieuw in China, ze dateren uit de begintijd van het Chinese communisme onder Mao Zedong, begin jaren 50. Zulke comités –shequ’s in het Chinees– werden na de introductie van de markteconomie in de jaren 90 van de vorige eeuw steeds belangrijker. Omdat de staat zich uit het maatschappelijke leven van burgers terugtrok, vond de partij het des te belangrijker om zicht en greep te houden op de privélevens van burgers.
Voorheen was er de werkeenheid, de danwei, die alles zag en regelde voor burgers (lees: arbeiders, want de danwei was gekoppeld aan hun bedrijf) nu is dat de shequ, het buurtcomité. Akkoord, de (overigens betaalde) leden geven raad en bieden hulp, ze bemiddelen bij ruzies, maar ze controleren ook wijkbewoners. Tot de bevoegdheden van comitéleden hoort in coronatijd dat ze bij je aanbellen om te vragen wie er zojuist bij je binnen is gestapt en of die wel coronaproof is.
Nu de lockdown alweer een tijdje is opgeheven, vragen burgers in bijvoorbeeld Wuhan zich af wanneer die comités stoppen met hun „bemoeiwerk.” Andere burgers biedt het juist een stukje veiligheid, zeggen ze – bang als ze zijn dat een tweede coronagolf ieder moment kan toeslaan.
Knokpartij
Die vrees voor corona dreef inwoners van de provincie Jiangxi op 27 maart tot agressie, toen uit de naburige provincie Hubei een stoet van arbeiders hun kant opkwam. Die mochten dan allemaal groen op hun app hebben, omdat ze uit „besmet gebied” kwamen werden ze met geweld tegengehouden door bewoners. Politieagenten hielpen bij het opwerpen van barricades. Toen dat de politie van Hubei te gortig werd, ontstond er zelfs een heuse knokpartij tussen agenten van beide zijden.
Klachten over discriminatie van inwoners uit Wuhan en Hubei zijn sinds het einde van de lockdown geregeld te horen. Wie daar vandaan komt, die kan een baantje elders in het land vergeten, ook al is zijn code nog zo groen. Bedrijven zijn vuurbang dat ze virusbesmettingen binnenkrijgen. Een overheidscampagne, met slogans als ”Uit Wuhan komen onze helden”, probeert daarin nu verandering te brengen.