Kerken China bundelen strijd tegen corona
Kerken en religies in China hebben geloofwaardigheid gekweekt in hun gezamenlijke strijd tegen het coronavirus, al wordt dat door de overheid niet altijd gewaardeerd. „China vreest een te grote impact van religie.”
Toch zie je veel waardering voor religieuze organisaties in de Chinese samenleving, zegt Tabitha Speelman. De uit Nederland afkomstige Speelman woont al jaren in China, waar ze bezig is met een promotieonderzoek over immigratiepolitiek. Ze keerde na een kort verblijf in Londen afgelopen week weer in het Aziatische land terug. Precies op tijd, want China heeft de grenzen inmiddels weer gesloten. Speelman: „De overheid is bang voor een nieuwe golf van besmettingen door Chinezen die nu massaal uit het buitenland terugkeren omdat de situatie elders in de wereld weer moeilijk wordt.”
Meer controle
Speelman woont in Shanghai. Het voelt onwerkelijk nu ze weer op Chinese bodem terugkeert. Ze zit tijdelijk in Guangzhou. Daar verblijft ze twee weken in hotelquarantaine voordat ze verder kan trekken. Speelman: „Je merkt dat de controle meer is geworden. Overal wordt je temperatuur gemeten. In geval van koorts word je geïsoleerd. Er is nauwelijks communicatie over wat er aan de hand is. Zoals er in Nederland gediscussieerd wordt over verschillende vormen van lockdown, is dat in China ondenkbaar.”
De meeste Chinezen hebben een mondkapje op. „Dat doe je in China eigenlijk automatisch, wat het grote verschil is met het Westen en zeker ook met Nederland. Ik deed dat in Shanghai ook, hoewel daar toen amper coronaslachtoffers waren. Maar het geeft voor velen een gevoel van veiligheid en je straalt naar anderen uit dat je je verantwoordelijkheid neemt.”
In Wuhan start het gewone leven op, maar je komt de stad nog niet uit, aldus Speelman. „Inwoners verkeren niet meer in quarantaine, maar krijgen nu een code: groen, oranje en rood. Als ze groen hebben, mogen ze de supermarkt in en dat moeten ze laten zien op hun mobiele telefoon.”
Het blijft onduidelijk hoe erg de situatie is geweest in Wuhan, stelt ze. „De crematoria hebben nu de urnen vrijgegeven, waaruit volgens sommige berekeningen blijkt dat het aantal doden met een paar keer vermenigvuldigd kan worden.”
De kerken in China zijn vooralsnog gesloten, zegt Speelman. „De situatie lijkt op die in Nederland: alle bijeenkomsten, inclusief godsdienstige, zijn afgelast. Je kunt de diensten wel online meemaken, waar druk gebruik van gemaakt wordt.”
Online
Speelman belde vorige week met een christelijke vriendin in Guangzhou. „Zij gaf aan dat zowel officiële als huiskerken hier online kerkdiensten houden, bijvoorbeeld via Zoom. Zij zelf is lid van een huisgemeente. Haar dominee had gezegd dat dit wel een halfjaar of een jaar zou kunnen duren. De online diensten gaven mensen meer gelegenheid om ook eens een andere kerk te proberen, maar de vaste kern bleef wel deelnemen aan de eigen kerkdiensten. Tijdens deze tijden is de behoefte om samen te kunnen blijven komen en bidden groot, zei ze, ook al is het online. Naast geld geven aan ziekenhuizen in Wuhan zag ze ook hoe gelovigen in de afgelopen tijd andere hulpactiviteiten hadden ontwikkeld, zoals maskers uitdelen op straat.”
Het coronavirus heeft kerken, religies en tempels dichter bij elkaar gebracht, aldus Speelman. Er waren de laatste maanden veel inzamelingen voor de slachtoffers van het coronavirus, maar de overheid verbood bijvoorbeeld het accepteren van een grote lading mondkapjes van een ondergrondse kerk uit Peking, bestemd voor de ondergrondse kerk in Wuhan. Reden: ze waren afkomstig van een „illegale” organisatie. „De overheid is echter vooral bang voor een grotere impact van religie.” Speelman: „Bij de aanpak van de epidemie gaat het er vooral om dat de staat een centrale rol moet spelen. Onder president Xi Jinping moeten de overheid en de partij alles leiden, zeker bij een dergelijke epidemie. Als de hulp van religieuze organisaties te zichtbaar wordt, doet dat daar aan af. Meer dus dan de algemene impact van religie op China, gaat het in dit geval om de regie over de hulpverlening. Maar dat veel mensen liever doneren via hun lokale kerk of tempel dan via overheidsorganisaties als het Rode Kruis, geeft goed aan hoeveel invloed en geloofwaardigheid deze religieuze organisaties hebben in de Chinese samenleving.”