Kerk en overheid werken samen tegen armoede
Armoede in Nederland is schrijnend en onacceptabel. Zeker niet nu het met ons land economisch goed gaat. Dat vindt Tamara van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. „Voor veel mensen is de stap naar de overheid erg groot. Daarom is het zo belangrijk dat de kerken er zijn.”
Dat stelde Van Ark vrijdag in Rotterdam tijdens de presentatie van het armoederapport van het Knooppunt Kerken en Armoede. „Armoede is een hardnekkig probleem. Het aantal hulpvragen is gestegen. Armoede is een veelkoppig monster dat niet eenvoudig te verslaan is. Het kan letterlijk iedereen overkomen: dat je ineens in de armoede en in de schulden komt.”
Omdat er veel oorzaken zijn voor de armoede, is de aanpak heel ingewikkeld, aldus de staatssecretaris. „Dat zullen we echt als overheid én kerken moeten doen. Daarom ben ik blij met dit het bondgenootschap met de kerk. Zonder uw inzet zouden we deze diaconale opdracht helemaal niet voor elkaar kunnen krijgen.”
Ontmoeting
Dr. Gerard de Korte, bisschop van ’s-Hertogenbosch en bisschop-referent voor Kerk en Samenleving van de Rooms-Katholieke Kerk in Nederland, stelde dat de diaconale kracht van de Nederlandse kerken nog steeds aanzienlijk is. „Misschien nog belangrijker dan de materiële hulp is de diaconale ontmoeting. Iemand die de moeite neemt jou te bezoeken, die je erbij houdt, iemand die met je meeloopt. Het gaat om daden van menselijkheid, solidariteit tussen mensen metterdaad.”
De waardigheid van mensen staat volgens de bisschop op het spel, juist ook van de kwetsbaren onder hen. Het gaat om een waardigheid die zij als schepselen van God hebben ontvangen. „Het nieuwe armoedeonderzoek maakt duidelijk dat talloze christenen ook daadwerkelijk hun verantwoordelijkheid nemen en geld en tijd investeren om kwetsbare medeburgers te ondersteunen. Zij laten zich inspireren door Bijbelse verhalen, in het bijzonder door het onderwijs van Jezus. In dat onderwijs gaat het om zowel morele als sociale barmhartigheid.”
Als het gaat om sociale barmhartigheid, denkt De Korte aan het beeld van de barmhartige Samaritaan. „De Samaritaan laat zich raken door een mens die door rovers is geplunderd en langs de kant van de weg ligt. Hij komt in beweging. De wonden worden verzorgd en in een herberg kan de gewonde man weer op krachten komen. Paus Franciscus noemt de kerk een veldhospitaal. Mensen die gewond langs de kant de levensweg liggen, zouden in de geloofsgemeenschap weer op krachten moeten komen en kunnen genezen.”
Bij de bestrijding van armoede willen de kerken bondgenoten zijn van de overheid, aldus De Korte. „Maar indien nodig verheffen de kerken ook een profetische stem en wijzen zij de overheid op haar verantwoordelijkheid. De kerken willen niet op de stoel van regering of parlement gaan zitten. Zij zijn geen politieke partijen. Maar de kerken zijn wel instanties die met hun stem een bijdrage willen leveren aan het moreel kompas van onze samenleving.”
Dubbele gevoelens
Dr. René de Reuver, scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, overhandigde het armoederapport met dubbele gevoelens aan de staatssecretaris. Hij is trots op de inzet van velen in de kerken: ruim 80 procent van de kerkleden is op een of andere wijze betrokken bij hulp aan de armoede. „Diaconale betrokkenheid is nog nooit zo groot geweest. Er zijn ruim 62.000 aanvragen. Dat aantal is nog nooit zo hoog is geweest. Ik word daar stil van. Wat een inzet en betrokkenheid vanuit de kerken.”
Toch zijn er ook gevoelens van schaamte en een beetje boosheid. De Reuver: „Het gaat over armoede in een van de meest welvarende landen ter wereld en in een tijd waarin het ons economisch voor de wind gaat. De armoedecijfers steken hier heel schril bij af. Kerken merken dat de positieve inzet van de overheid amper effect heeft. Door de bureaucratie en regelgeving zien velen door de bomen het bos niet. De ervaring leert dat de formulieren van de overheid nauwelijks te lezen zijn en vergezeld worden van veel bedreigingen met straffen.”
Koudwatervrees
Dr. De Reuver deed richting de staatssecretaris een hartstochtelijk pleidooi om geen koudwatervrees te hebben voor de scheiding tussen kerk en staat. „We kunnen niet permitteren langs elkaar op te trekken, maar moeten ons gezamenlijk inzetten voor een persoonlijke begeleiding van de armen. Opdat zij ook werkelijk gezíen worden.”
Tijdens de bijeenkomst waren er gesprekken met mensen in armoede en traden de Straatklinkers, de zangers van het koor van dak- en thuislozen uit Amsterdam, op.