Warm welkom in heet Kerala
Er komt zelden een staatshoofd op bezoek in de Zuid-Indiase stad Cochin. Wanneer het gebeurt, loopt de bevolking uit. Koning Willem-Alexander en koningin Máxima openden er donderdag een expositie over het Nederlandse erfgoed in deze streek.
Dranghekken zijn hier niet nodig; touwen en een veelheid aan agenten zijn voldoende om de mensenmassa van de route weg te houden die we in de koninklijke stoet volgen. Zwaaiend –ook met Nederlandse en Indiase vlaggetjes– en filmend staan de inwoners van Cochin langs de route. Schoolkinderen joelen. Grote posters met een foto van de koning en een ”Welkom in India” in meerdere talen vertellen wie hier te gast is, voor het geval het iemand mocht zijn ontgaan. Bij de tolloketten hoeft niet te worden betaald; in plaats daarvan staat het personeel buiten hun hokjes saluerend en zwaaiend op een rij.
Hollands paleis
Het koningspaar kwam deze donderdagmorgen uit Mumbai. Het vliegtuig –opschrift: ”Koninkrijk der Nederlanden”– taxiet in Cochin naar de terminal waar de gouverneur van Maharshtra en zijn vrouw onder paraplu’s de vorst en zijn echtgenote opwachten. Die zijn tijdens hun staatsbezoek steeds verder naar het zuiden getrokken en dat is te merken: het is tropisch warm.
Zweten of niet, er zal in stijl gearriveerd, de trap afgedaald, handen geschud en op de foto gegaan worden voordat de motorcade –de koninklijke stoet– op weg gaat naar het Dutch Palace. Dat is geen Nederlands paleis –de Portugezen bouwden het in 1557–, maar Nederlanders kalefaterden het in 1663 op en schonken het aan de radja, de inlandse koning. En nu is het een nationaal monument. Zonder airconditioning, maar een ventilator doet dapper zijn best om op z’n minst het koningspaar koelte toe te waaien als ze een video bekijken en sprekers aanhoren.
Het gaat over Latijnse plantennamen, en zo. Over de 16e-eeuwse handelsposten van de VOC, die de bolwerken van het fort namen als Utrecht en Zeeland gaf. Over de tijd dat ons land, hoe klein het ook was, de wereldzeeën bevoer en soms domineerde. Ook hier, langs de kruidenroute. De Nederlanders konden hier gemakkelijk winnen, omdat hun inheemse tegenstanders de strijd staakten als het tijd was om te bidden, zegt een Indiase historicus. Hij vertelt ook over een Nederlandse officier die krijgsgevangen werd gemaakt, naar de vijand overliep en vervolgens de leiding kreeg in de strijd tegen zijn landgenoten. „Dus onbedoeld gaf Nederland dit land een groot geschenk.”
Geen koninginnengraf
Het Nederlandse verleden is er nog altijd, hier in de staat Kerala. Niet alleen in dit paleis, en in aan het Nederlands ontleende woorden in het Hindi. Er is ook een Nederlandse begraafplaats.
De Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed kreeg opeens een envelop uit India. Een school uit Kerala stuurde twee foto’s toe. Een van vóór en een van ná de opknapbeurt die de leerlingen het kerkhof hadden gegeven, dat door groen overwoekerd was. De boodschap van de school was helder: nu was het aan de Nederlanders om dit deel van hun verleden veilig te stellen.
Dat gebeurt, in samenwerking met Indiase historici. Zij kunnen het archief vol Nederlandse documenten niet lezen; de Rijksdienst kan dat wel. Die kan ook de legende ontkrachten dat op de begraafplaats een Nederlandse koningin begraven ligt. Plaatselijke vissers komen elke dag bij haar graf bidden.
Nu is er een tentoonstelling die het gemeenschappelijke verleden van Kerala en Nederland belicht. Door een lage deuropening komt het koningspaar in de expositiezaal, waar tekst en uitleg bij oude landkaarten van deze kuststreek volgt. Weer worden in aanwezigheid van het koningspaar samenwerkingsovereenkomsten tussen beide landen ondertekend. Tussen het Nationaal Archief in Den Haag en het staatsarchief van Kerala. Tussen de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed en de archeologen van India. Het spreekt de koning, als historicus, aan, zegt hij.
Moesson
Die samenwerking –het bleek tijdens dit staatsbezoek al eerder– is er ook als het gaat over watermanagement en tuinbouw. Verbetering van de waterkwaliteit bevordert ook het toerisme – in dit gebied een belangrijke sector. Dat alles krijgt aandacht bij Nedspice, het volgende reisdoel.
Inmiddels betrekt de lucht. Donkere wolken pakken zich samen boven de synagoge van de kleine Joodse gemeenschap. Het is de moessontijd en elke namiddag krijgt de streek regen- en onweersbuien te verwerken. Vanaf de bruggen zijn moerassen te zien die onderliepen als de rivieren de watermassa’s niet meer kunnen verwerken.
„Is uw prins nog binnen?” vraagt een taxichauffeur. Nee, dat is de koning niet meer, en even later zorgt zijn auto-met-gevolg er weer voor dat het verkeer in Cochin muurvast staat.
De chauffeur is overigens niet de eerste die het bezoek niet helemaal thuis weet te brengen. De koning is tijdens het staatsbezoek al eerder als excellentie aangesproken, en zijn vrouw als koninklijke hoogheid. India is natuurlijk ook al 72 jaar een republiek. Het doet niets af aan de waardering die voor hun belangstelling wordt uitgesproken.