Israël Producten Centrum moet vermelding op etiketten aanpassen
Het Israël Producten Centrum in Nijkerk moet de etiketten van enkele producten aanpassen, op straffe van een hoge boete. Dat heeft de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit laten weten. De actie roept echter reactie op.
Vorige week kreeg de winkel in het kantoorgebouw van Christenen voor Israël een waarschuwingsbrief, als gevolg van een onaangekondigde inspectie die twee ambtenaren van het ministerie van Economische Zaken eerder uitvoerden. Hun was namelijk ter ore gekomen dat het Israël Producten Centrum zich niet aan de anti-Israëlpolitiek van de Europese Unie hield, stelde CvI-directeur Roger van Oordt in een column op de website van de organisatie. „Een richtlijn uit 2015 kwam op tafel waarin de Europese Commissie, met instemming van Nederland, bedrijven wil verplichten om de term ”product uit Israël” niet meer op etiketten te vermelden als het product gemaakt wordt in Judea, Samaria of op de Golan. Er moet op het etiket worden vermeld ”gemaakt op de Westelijke Jordaanoever” en dan tussen haakjes erachter ”Israëlische nederzetting”.”
Nog vreemder wordt het als een product uit Bethlehem komt, zegt woordvoerster Sara van Oordt. „Dan moet er ”product uit Palestina” op komen te staan. In de EU-richtlijn staat dan als voetnoot: „Deze benaming mag niet worden uitgelegd als een erkenning van de staat Palestina.” Palestina, nog niet erkend als land, wel even vermelden op het etiket, om het volk er alvast aan te laten wennen, stelt de directeur in zijn column.
Een tweede punt waarop het Israël Producten Centrum werd berispt, is het ontbreken van een voedselveiligheidsplan. Ook daarmee is de organisatie het niet eens, zegt woordvoerster Van Oordt. „Die regel geldt voor restaurants. Wij verkopen alleen droge, houdbare voedingswaren, die goed verpakt zijn.”
De kritiek op de etikettering weegt Christenen voor Israël het zwaarst. De directeur hekelt de „anti-Joodse maatregelen”. „Etikettering was ooit bedoeld voor voedselveiligheid, maar nu is het geworden tot een politiek drukmiddel tegen de Joodse staat. We moeten spreken over ”kolonisten” en ”nederzettingen” om de Joodse staat verder te criminaliseren. Alle woorden met een negatieve connotatie toepassen op Israël, is het devies.”
Helaas wordt er maar weinig geproduceerd in Judea en Samaria, schrijft Van Oordt. „Maar toch weten Europa en Nederland een paar producten te vinden waarvan de etikettering niet klopt.”
Tegen overtreders moet volgens de EU-richtlijn worden opgetreden met maatregelen die doeltreffend, evenredig en afschrikwekkend zijn. „Met kanonnen schieten op muggen”, noemt de CvI-directeur het. „Minister Koenders meldde een paar jaar geleden nog in de Tweede Kamer dat hij mild zou zijn bij de uitvoering van die richtlijn. Inmiddels zijn we vier jaar verder en moet er een schrikbewind worden uitgeoefend.”
Van Oordt roept het parlement op hiertegen in het geweer te komen. „Ondertussen raad ik u aan om juist nu wijn te kopen uit Judea, Hebron. Bijvoorbeeld Jerusalem Hills of Isaacs Ram.” Wijnen waartegen de overheid volgens hem „een heilige oorlog” is begonnen.
De uitspraken van de CvI-directeur werden opgepikt door Joodse media, zowel in Nederland als in Israël. Eind vorige week was het erg druk in het Israël Producten Centrum. Ook het aantal online bestellingen van de gewraakte Israëlische wijnen steeg. „Maar of dat door de commotie komt, weten we niet”, zegt woordvoerster Van Oordt.
De winkel moet de etikettering van enkele producten voor 1 oktober aanpassen. Het Israël Producten Centrum wil echter de uitspraak –half oktober– in een rechtszaak in Frankrijk over de labeling van wijnen uit Hebron afwachten.