Premier Mark Rutte heeft vrijdag zonder veel moeite de kabinetsplannen voor volgend jaar door de Tweede Kamer geloodst. Het grootste pijnpunt, de afschaffing van de dividendbelasting, stuit weliswaar op onoverkomelijke bezwaren bij de oppositiefracties, maar de premier hield vol dat de maatregel nodig is voor de Nederlandse economie. Een door de voltallige oppositie ingediend voorstel om alternatieven te onderzoeken voor het bijna 2 miljard kostende plan, wees hij af.
Ook op andere punten hoefde Rutte nauwelijks iets toe te geven. De oppositie wist wel te bereiken dat een bezuiniging van 19,5 miljoen euro op leerwerkplekken voor mbo’ers en vmbo’ers ongedaan wordt gemaakt. Een motie van PvdA-leider Lodewijk Asscher kreeg brede steun.
Verder kon een CDA-motie op instemming rekenen om de kennis en ervaring van sociale werkplaatsen te gebruiken om mensen met een beperking aan het werk te helpen. Een veel verdergaand SP-voorstel, dat vroeg de sociale werkvoorziening in haar oude glorie te herstellen, kreeg geen meerderheid.
Rutte was niet alleen streng voor de oppositie, maar ook voor zijn eigen VVD. Een suggestie van de liberale fractieleider Klaas Dijkhoff om misdaden in probleemwijken harder te bestraffen dan elders, zal het kabinet niet overnemen. Wel is de premier bereid een onderzoek te laten verrichten naar de aanpak van integratieproblemen in andere landen. Eerder hadden de regeringspartijen CDA, D66 en ChristenUnie ook al negatief gereageerd op Dijkhoffs plan.
De oppositiefracties toonden zich teleurgesteld over de afwijzende opstelling van de premier. Die liet geen „uitgestoken hand” zien, klaagden Asscher en GroenLinks-leider Jesse Klaver. Asscher sprak geïrriteerd van een „routineuze Rutte”.
De premier kon in zijn onbuigzame houding volharden omdat hij weet dat de coalitiepartijen nog over een krappe meerderheid in beide Kamers beschikken. Of dat na de senaatsverkiezingen van mei volgend jaar nog steeds het geval is, is de vraag.
GroenLinks en de VVD vonden elkaar nog wel in een voorstel om witteboordencriminaliteit harder aan te pakken, en kregen daarin ook de rest van de Kamer mee. Het kabinet wordt gevraagd binnen een jaar met concrete voorstellen te komen.