„Donateur dubbel boos bij seksueel misbruik door hulpverlener”
Oxfam Novib, Artsen zonder Grenzen, het Rode Kruis, Plan International. De ene na de andere hulpclub meldt dezer dagen seksueel misbruik door personeel. „Hulporganisaties liggen onder een vergrootglas. Ze moeten helderheid bieden.”
Stel: je geeft een kennis voor zijn verjaardag een leuk cadeau. Jij blij, hij blij. Een week later, op Koningsdag, zie je dat je kennis jouw cadeau op de rommelmarkt probeert te verkopen. Wat een afknapper. Over en uit is het met jullie vriendschap.
Prof. dr. Theo Schuyt, hoogleraar filantropie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en aan Maastricht University, gebruikt donderdagmorgen het voorbeeld om aan te geven hoe bekocht menige donateur zich deze dagen voelt.
Donderdagmorgen bleek dat ook Plan International in opspraak is vanwege seksueel misbruik. Tussen de zomer van 2016 en de zomer van vorig jaar waren er zeker zes gevallen waarbij kinderen het slachtoffer waren. Dat staat in een mail aan de donateurs van Plan International, het vroegere Foster Parents Plan. Bij het misbruik zouden geen Nederlanders betrokken zijn.
Woensdag kwam het Rode Kruis onder vuur te liggen in verband met berichten over misstanden die zijn gedeeld op een Facebookpagina voor (oud-)medewerkers. Het Rode Kruis spreekt van „vreselijke berichten” en vindt dat de „waarheid snel duidelijk moet worden.” De Nederlandse afdeling van het Rode Kruis maakte eerder al bekend dat er de afgelopen vijftien jaar in totaal drie meldingen zijn binnengekomen over „seksueel wangedrag” door hulpverleners op missie. Het ging over bezoek aan prostituees en het maken van naaktfoto’s. De medewerkers raakten hun baan kwijt.
Enkele weken geleden bleek dat medewerkers van hulporganisatie Oxfam Novib na de aardbeving in Haïti in 2011 jonge prostituees inhuurden voor seksfeesten. Honderden donateurs haakten daarop af.
Bij gevers aan goede doelen hakken berichten over seksueel misbruik erin, benadrukt Schuyt. „Als je een tweedehandsauto koopt, ben je op je hoede en houd je rekening met een miskoop. Bij donateurschap ligt dat anders. Een donateur geeft geld in het besef dat hij hulpverleners kan vertrouwen. Als dat beschaamd wordt, is de gever dubbel boos. ”
Het is wijs dat hulporganisaties uit zichzelf misstanden binnen hun organisatie naar buiten brengen, geeft Schuyt aan. „Het is verkeerd om zaken in de doofpot te stoppen. Dan gaan dossiers smeulen. Hulporganisaties liggen onder een vergrootglas. Ze moeten helderheid bieden.”
Hoewel teleurgestelde donateurs nu wellicht de hand op de knip houden, ebt de boosheid weg, denkt de hoogleraar filantropie. „Nederlanders blijven aan goede doelen geven.”
Van belang is dat hulporganisaties de screening van personeel op orde hebben, beaamt hij. „Zo nodig moeten ze hun beleid op dat punt aanscherpen. Om het vertrouwen van donateurs te behouden of te herstellen.”