Hulp en gebed nodig voor door orkaan getroffen regio
Ineens is voor alle Nederlanders duidelijk dat het Koninkrijk der Nederlanden meer landen omvat dan alleen ons eigen Nederland. Het eiland Sint-Maarten is, met ruim 40.000 inwoners, een van die andere landen. En dat land is momenteel in grote nood. De orkaan Irma heeft enorme schade aangericht op het eiland en grote delen van de bebouwing en de infrastructuur verwoest. Nadat de orkaan was overgetrokken, bleek dat zowel de zee- als de luchthaven zo zwaar beschadigd zijn dat militairen eerst letterlijk met de hand de ergste schade moesten herstellen zodat de levering van noodhulp aan de bewoners mogelijk wordt. Daarbij zijn de verbindingen weggevallen, waardoor contact met de overheid op het eiland zo goed als onmogelijk is.
Eens te meer wordt duidelijk hoe zwaar we leunen op allerlei moderne communicatiemiddelen. Zo weten we in Nederland inmiddels dat er alweer een volgende orkaan –zij het gelukkig een minder zware dan Irma– in aantocht is, die opnieuw een bedreiging vormt voor Sint-Maarten. Maar de bewoners op het eiland hebben daar misschien in grote meerderheid nog helemaal geen weet van.
Het gebrek aan contact met de buitenwereld zou ook een van de oorzaken kunnen zijn van de plunderingen die er op het eiland zijn gemeld. Bewoners denken dat de buitenwereld ze in de steek heeft gelaten en nemen daarom het recht in eigen hand. Ze vullen de voorraden levensmiddelen aan door supermarkten en andere winkels te plunderen.
Het hoeft natuurlijk geen enkel betoog dat plunderingen niet goed zijn te praten door de ontreddering die er op het eiland heerst. Integendeel. Het is echt zorgelijk dat door Nederland gestuurde militairen eerst de anarchie moeten zien te beteugelen voor ze aan het verlenen van hulp toekomen. Het is niet minder zorgelijk dat eilandbewoners gaan plunderen in plaats van dat ze elkaar proberen te helpen. Direct moet daarbij gezegd worden dat het hier ongetwijfeld om een kleine minderheid gaat die alle regels en wetten aan hun laars lapt en zeker niet om alle bewoners.
In het veilige Nederland hebben we, na de watersnoodramp van 1953, eigenlijk geen idee meer van de verwoestingen die een natuurramp kan aanrichten. Het is een goede zaak dat de regering benadrukt dat we als grootste land in het Koninkrijk alles zullen doen wat nodig is om de inwoners van Sint-Maarten te helpen. Kritiek dat de regering te laat handelt en te weinig doet, lijkt vooralsnog niet terecht. Het is prima om, nadat de ergste nood gelenigd is, nog eens goed te kijken naar de gevolgde procedures. Maar nu moet hulp absolute prioriteit hebben. De orde moet hersteld, de noodzakelijke hulpgoederen moeten geleverd worden en de zieken worden geholpen.
De schade die orkanen hebben aangericht in het betreffende gebied en in de Verenigde Staten, de gevreesde schade door orkanen die nu in het gebied rondtollen en de gevolgen van een zware aardbeving in Mexico nopen, naast het verlenen van hulp, tot verootmoediging en gebed. Gebed tot God of Hij Zich wil ontfermen over Zijn schepping. En over allen die in grote nood zijn.