Vorm ‘netwerk’ van gemeenschap der heiligen tegenover internet
Internet is op weg het complete leven te beheersen. Dit vraagt van ict-kenners en theologen een grondige doordenking en van alle christenen een sterke verbondenheid aan Christus en aan elkaar, stelt ds. M. van Reenen.
„Hij verkoopt zijn Vaderland voor zes rooie centen.” Deze liedregel uit een van de boeken van M. Kanis kwam bij mij in herinnering tijdens het lezen van de column van G. Hormann over Googlebanken (RD 5-5). Hij schrijft „dat potentiële klanten straks maar al te zeer bereid zijn om hun privacy in te leveren voor een veel hoger rendement”, aangeboden door de banken van de toekomst, de grote internetbedrijven, zoals Google.
Dergelijke bedrijven hebben in het door hem geschetste scenario controle over álle facetten van materiële transacties: geld bewaren, reclame maken, goederen aanbieden enzovoorts. Dat klinkt als een complottheorie maar is het allerminst. Alle ingrediënten hiervoor zijn eigenlijk al aanwezig. Ze moeten alleen nog gemixt worden.
Dit is maar één voorbeeld van de vele signalen over een internet dat op weg is het complete leven wereldwijd te beheersen. Denk aan zaken zoals zelfsturende apparaten, virtual reality, internet-der-dingen, big data en biometrie. Ontwikkelingen die ervoor zorgen dat internet beslag legt op het hele bestaan: alle tijd, heel ons denken, alle bezigheden.
Hierdoor zou een gevoel van beklemming je kunnen bevangen, zoals verwoord door Hormann: „Dat is niet alleen een griezelige gedachte, maar ook een akelig realistisch scenario.” We huiveren even, vragen ons af wat er nog komen gaat en maken dan weer ruimhartig gebruik van alle gemakken die Google, Apple en Microsoft ons bieden. Hooguit een klein tandje minder.
Uniek
De diepere duiding van dit alles mis ik echter. Al deze dingen kunnen we technisch overzien. We hebben er wellicht een morele mening over. Maar wat is hier eigenlijk aan het gebeuren? Is het vreemd om deze ontwikkelingen nauw te verbinden met wat we lezen in het Bijbelboek Openbaring?
Ik aarzel. Ik houd niet van de neiging om precies te willen weten hoe je alles moet invullen. Met onheilsprofeten van wie de opvattingen al honderd keer achterhaald zijn, kan ik niets. Toch kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat hier grote dingen gaande zijn. Er zijn ontwikkelingen die in de wereldgeschiedenis werkelijk uniek zijn. Behalve aan de invloed van internet denk ik vooral ook aan veranderingen in de natuur (milieu en klimaat) en aan de bijna algehele verspreiding van het Evangelie. Evenzeer aan de wijdverbreide christenvervolging en de toenemende druk op christenen, ook in vanouds christelijke landen. Zó is het sinds het begin van de schepping en sinds de eerste komst van Christus nog niet geweest. En daar moeten we op letten, volgens de opdracht van de Heere Jezus Zelf (Matth. 24:33). Door dit alles vermoed ik dat er werkelijk iets aan de hand is.
Systeem
Internet wordt wel vergeleken met de boekdrukkunst. Dat was tot pakweg tien jaar geleden terecht. Het was een bepaalde infrastructuur waardoor je goede én verkeerde inhoud naar je toe kon halen. Nu is internet veel meer dan een infrastructuur of medium. Het is een systeem dat levens beheerst en bepaalt. En hoe verschillend culturen, religies en maatschappijen ook zijn, internet verbindt álle volken aan elkaar.
Onlangs las ik Openbaring 13:11-18. Bij véél elementen in dat Bijbelgedeelte drongen zich gedachten aan mij op aan de nieuwste ontwikkelingen op digitaal gebied. Eén voorbeeld: in vers 17 staat „dat niemand mag kopen of verkopen.” Heeft dat een link met de reikwijdte van internet? En wat betekenen de vele gezichten van internet in het licht van Openbaring?
Ict-kenners en theologen doen er goed aan om samen deze zaken grondig te doordenken: „De Bijbel naast de krant, Openbaring naast de digitale wereld.”
Wil ik de suggestie wekken dat wij allemaal radicaal met internet moeten breken? Zo ver ben ik (nog) niet. Wel geloof ik dat we op zijn minst afstand moeten bewaren en ons minder moeten laten meeslepen in de steeds toenemende afhankelijkheid ervan.
Nuchter en waakzaam
Laten we als kerken en gemeenteleden bovendien meer inzetten op het vormen van een ander ‘netwerk’, dat van de gemeenschap der heiligen. Daarbij komt het allereerst aan op een levende verbinding met Jezus Christus, maar dan ook op hartelijke verbondenheid aan elkaar, zeker ook op diaconaal vlak (Gal. 6:10 en Hebr. 10:25).
De Bijbel roept op tot nuchterheid en waakzaamheid (1 Thess. 5:6; 1 Petr. 5:8). Nuchterheid betekent: niet onder invloed zijn. Daarvoor zijn afstand bewaren en (geheel)onthouding nodig. Waakzaamheid betekent: in de gaten hebben wat er aan de hand is, het geestelijke karakter van alles onderkennen.
Dat zal ons er eens te meer toe dringen om op ons voorhoofd niet het teken van het beest te willen dragen, maar de Naam van de Vader (Openb. 14:1). Dan zijn we niet aan handen en voeten gebonden aan het ‘gemak’ van de wereld, maar hebben we onze voeten geschoeid met de bereidheid van het Evangelie des vredes (Ef. 6:15).
De auteur is predikant van de hersteld hervormde gemeente te Oldebroek-’t Harde.