Kerk & religie

Commentaar op Psalmen van dr. J. Douma afgerond

„Nu kan ik echt met emeritaat gaan.” Dat zei de 85-jarige prof. dr. J. Douma zaterdag na de presentatie van het vierde en laatste deel van zijn commentaar op de Psalmen.

Van een medewerker
4 March 2017 19:53Gewijzigd op 16 November 2020 09:56
Presentatie van het het vierde en laatste deel van het Psalmencommentaar van prof. dr. J. Douma (l.) door uitgever P. Rouwendal (r.).  beeld RD
Presentatie van het het vierde en laatste deel van het Psalmencommentaar van prof. dr. J. Douma (l.) door uitgever P. Rouwendal (r.). beeld RD

P. Rouwendal van uitgeverij Brevier bood hem in de Nieuwe Kerk aan de Broederweg te Kampen het deel aan over de Psalmen 111 tot en met 150. Hiermee is de serie voltooid. Er waren ongeveer 150 belangstellenden tijdens de presentatie die was georganiseerd door de uitgever en de Theologische Universiteit Kampen (TUK).

Prof. Douma was van 1970 tot 1997 als hoogleraar ethiek verbonden aan de TUK. Hij kreeg bekendheid door de vijftiendelige serie ”Etische Bezinning”, die hem ook in de reformatorische kerken tot een vraagbaak op het gebied van de ethiek maakte. In 2015 ging hij over van de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt (GKV) naar de Gereformeerde Kerken Nederland (GKN), een afsplitsing van de GKV.

Na zijn emeritaat heeft prof. Douma zich toegelegd op de studie van het Hebreeuws en op de exegese van het Oude Testament, vertelde hij zaterdag. Sinds vijf à zes jaar is hij bezig met een commentaar op de Psalmen.

Hij is er ook mee gestart om het werk waaraan vader en zoon Ridderbos waren begonnen voor de Korte Verklaring –maar dat ze niet voltooiden– af te maken. De hoogleraar is blij dat „hij van God de tijd kreeg om de serie te voltooien.” Hij voegde er half schertsend aan toe: „Nu kan ik echt met emeritaat gaan.”

Prof. Douma is er de laatste jaren bijna onafgebroken mee bezig geweest. Zijn belangrijkste metgezellen tijdens het schrijven waren ruim twintig psalmencommentaren, vanaf de Middeleeuwen tot nu toe, van Joods tot vrijzinnig. „De overeenstemming was vaak groter dan het verschil”, zei hij daarvan.

Opvallend in de serie is de toepassing naar het heden, iets wat vandaag niet meer gewoon is. „Luther en Calvijn deden het ook”, zei prof. Douma. „Zij gaven met de uitleg van de Psalmen leiding aan de gemeente.”

De serie is bestemd voor mensen „die iets dieper willen gaan dan een populair dagboek of een blaadje van de scheurkalender. Ik heb geprobeerd een populairwetenschappelijk commentaar te schrijven.”

Hoeveel problemen het vertalen van de Psalmen kan opleveren liet dr. W. H. Rose, hoofddocent Semitische talen aan de TUK, zaterdag zien. Een aantal verzen van Psalm 73 dient volgens hem in de tegenwoordige tijd vertaald te worden. „De bidder worstelt nog steeds met jaloezie vanwege de voorspoed van de goddelozen. De Psalm wint hierdoor aan herkenbaarheid en levensechtheid.”

Prof. dr. A. L. Th. de Bruijne, hoogleraar ethiek en spiritualiteit aan de TUK, zei blij te zijn dat de TUK medeorganisator van de bijeenkomst was, „ondanks de verschillen die de laatste jaren gegroeid zijn. We sluiten prof. Douma in ons hart.”

In de rubriek ”vandaag” –onderdeel van het commentaar– is volgens prof. De Bruijne de levensgang van prof. Douma te herkennen. Allerlei actuele ethische thema’s komen aan de orde, zoals Israël en de Palestijnen, het asielbeleid, seksualiteit en het gezinsleven. „Je hebt er voor de praktijk veel aan”, zei prof. De Bruijne.

Het is de hoogleraar opgevallen dat prof. Douma ervoor pleit om voorzichtig te zijn met kritiek op christenen op hoge posten. „Vaak is er voor hen niet genoeg begrip. Ze hebben ruimte nodig om een eigen afweging te kunnen maken.”

De huidige hoogleraar ethiek kan zich niet altijd vinden in de keuzes die prof. Douma in zijn commentaar maakt. Hij vindt dat het soms minder eenvoudig ligt. „De huidige pluralisering vraagt om een bredere ethische insteek. Het is niet bij voorbaat vanzelfsprekend wat je in een bepaalde concrete situatie moet doen.”

Ook vindt prof. De Bruijne dat het meditatieve aspect wel iets meer aan de orde had mogen komen. Hij noemde de omgang van prof. Douma met de psalmen vooral rationeel en ordenend. Als voorbeeld van „een psalm die vraagt om overdenking” noemde hij Psalm 48. Ook vindt hij dat de prof. Douma meer oog zou mogen hebben voor de „affectieve liefdesrelatie” van een gelovig met Jezus.

Prof. Douma waardeerde de kritiek. Hij ging niet in op details, maar beloofde er de komende tijd op zijn website aandacht aan te besteden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer