Hielp Rusland Trump aan de overwinning?
De commentaren variëren van „belachelijk” tot „alarmerend.” Zeker is dat de Amerikaanse inlichtingendienst CIA ernstige verdenkingen heeft dat Rusland de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten heeft geprobeerd te beïnvloeden. De vraag is alleen wie er precies achter zit.
De CIA stuurde enkele dagen geleden een rapport naar de Amerikaanse Senaat. Daarin werd gesteld dat het „heel duidelijk” is dat Rusland Donald Trump graag als nieuwe president van de Verenigde Staten zag en daarom „tussenbeide is gekomen” in de verkiezingen.
Tussenbeide komen zou in dit geval betekenen dat Russische hackers ingebroken hebben in computersystemen van de Democratische Partij en het campagneteam van Hillary Clinton. Via sociale media zou nepnieuws zijn verspreid, waardoor kiezers zouden zijn beïnvloed.
Donald Trump gelooft er allemaal niets van. Volgens hem is dit een zoveelste poging om zijn verkiezingsoverwinning in diskrediet te brengen. Dat begon al met de discussie wie nu eigenlijk landelijk gezien de meeste stemmen had vergaard. Vervolgens eiste het Democratische campagneteam hertelling in een aantal staten. En nu zou Rusland Hillary Clinton van de overwinning hebben afgehouden. „Belachelijk”, aldus de miljardair.
Iets serieuzer
Doorgaans komt Trump vrij gemakkelijk met beschuldigingen weg. Maar dit keer lijkt het toch iets serieuzer. President Obama heeft een volledig onderzoek gelast naar de Russische cyberaanvallen. Tot nu toe kwam de informatie alleen van de CIA, maar nu worden ook alle andere zestien veiligheidsdiensten op de zaak gezet. De president wil een rapport op tafel hebben voor hij op 20 januari het Witte Huis verlaat.
Tien leden van het kiescollege dat Trump op 19 december formeel tot president moet kiezen, willen bovendien eerst opheldering over de hele affaire voor zij tot stemming overgaan. Ook willen zij meer duidelijkheid over de banden met Rusland die Trump en een aantal van zijn aankomende kabinetsleden onderhouden. Dat is voor Trump op zijn minst iets om zich achter de oren over te krabben.
De grote vraag is intussen wie er precies achter de vermeende digitale aanvallen zit. Volgens anonieme CIA-functionarissen gaat het om hackers die „één stap van de Russische regering verwijderd zijn.” Er zou echter vooralsnog geen bewijs zijn dat zij direct door het Kremlin zouden zijn geïnstrueerd om in te breken in Amerikaanse computersystemen.
Veel van de informatie is uitgelekt via klokkenluiderssite WikiLeaks. De oprichter van WikiLeaks, Julian Assange, verklaarde tijdens een televisie-interview dat de „Russische regering niet de bron is.”
Bondsdagverkiezingen
Intussen maken niet alleen de Amerikanen zich zorgen over Russische inmenging in de verkiezingen. Ook de Duitse regeringspartij CDU heeft haar vrees geuit dat de campagne voor de Bondsdagverkiezingen volgend jaar gemanipuleerd zal worden door valse berichtgeving op internet.
CDU-fractieleider Michael Grosse-Brömer ging dinsdag al zo ver door te stellen dat de Russische president Poetin weleens opdracht tot zo’n digitale aanval zou kunnen geven. Poetin is het niet eens met de kritische opstelling van bondskanselier Merkel ten aanzien van Moskou en zou haar op die manier ten val willen brengen.
Wordt dus vervolgd, zowel in de Verenigde Staten als in Duitsland.