Engeland lange tijd verboden voor Joden
LONDEN. Groot-Brittannië telt tientallen synagogen, sommige wel zo groot als een kathedraal. Maar de bevolking was niet altijd even vriendelijk voor de Joden. Engeland was in de dertiende eeuw het eerste land in Europa waar de Joden een herkenningsteken moesten dragen –een afbeelding van de twee stenen tafelen van Mozes– én waar vandaan ze allemaal werden verbannen.
Wie het recent verschenen boek ”Jewish Heritage in Britain and Ireland” (uitg. Historic England, Swindon) doorbladert, komt al snel onder de indruk van de bewogen geschiedenis van het Jodendom op de Britse eilanden. De vaak rijkversierde synagogen, middeleeuwse begraafplaatsen en statige woonhuizen vertellen allemaal hun eigen verhaal.
De periode tussen 1290 en 1656 –bijna 400 jaar lang– vormt een zwarte bladzijde in deze geschiedenis. Engeland was voor Joden verboden, totdat landvoogd Oliver Cromwell hun op verzoek van de Amsterdamse rabbi Menasseh Ben Israël toestond openlijk hun geloof te belijden. Net als bij hun verbanning speelden er economische motieven mee, maar ook religieuze. Sommige protestanten dachten dat de terugkeer van de Joden een voorwaarde was voor de wederkomst van Christus.
Een jaar later vestigden dertig sefardische gezinnen –Joden uit Spanje en Portugal– zich in Londen. In de zeventiende eeuw, toen de internationale handel bloeide, keerden er steeds meer terug naar Engeland. Hun aantal kwam echter nooit boven de half miljoen uit. Tegenwoordig noemen ongeveer 270.000 Britten zich Joods.
Engelse Masada
Heel veel is er niet meer dat aan de Joodse aanwezigheid in het middeleeuwse Engeland herinnert. Waarschijnlijk kwamen de eerste Joden pas na de verovering van het land door de Normandiërs in 1066. Grafstenen met Hebreeuwse inscripties zijn echter op de meest onwaarschijnlijke plaatsen te vinden. De Joodse geschiedenis is nog het meest tastbaar in kathedraalsteden als York, Lincoln, Norwich en Rochester. Op sommige plekken zijn resten van eeuwenoude synagogen opgegraven.
Boven een deur in de kathedraal van Rochester zijn kerk en synagoge symbolisch afgebeeld: twee jonge vrouwen. Synagoge is geblinddoekt, haar staf is gebroken. De boodschap van de bouwheren is duidelijk: de Joden zijn blind voor Christus en de Thora heeft afgedaan.
Clifford’s Tower, hooggelegen op een heuvel, biedt een prachtig uitzicht over de stad York. Maar het koninklijk kasteel, bijgenaamd de Engelse Masada, markeert ook de plek waar de Joden van de stad in 1190 collectief zelfmoord pleegden, net als hun geloofsgenoten in het jaar 73 na Christus in Romeins Judea. Ze hadden in het kasteel een veilig heenkomen proberen te zoeken tegen een woedende menigte, maar niemand bood bescherming.
Kathedralen
De oudste Engelse synagoge die nog wordt gebruikt, is de Bevis Marks Synagogue in Londen uit 1701. Het bedehuis, gemaakt van rode bakstenen, staat wat onopvallend aan een pleintje. De architect, Joseph Bavin, is duidelijk geïnspireerd door kerkenbouwer Christopher Wren, die onder meer de St Paul’s Cathedral ontwierp. Boven de deur staan twee data: ”A.M. 5461. 1701”.
Binnen lijkt het gebouw sterk op de Portugese Grote Synagoge in Amsterdam, de moedergemeente. Al is het Londense zusje veel kleiner: 24 bij 15 meter. De ruimte lijkt gevuld met vergulde kroonlichters en kaarsenstandaards. Een goede verlichting is belangrijk, want de lezing van de Thora neemt een centrale plaats in de diensten in. De rollen worden in de heilige arke bewaard. Daarboven zijn een paar woorden geschilderd: „Weet voor Wie u staat.”
In de loop van de negentiende eeuw worden nieuw gebouwde synagogen steeds groter, totdat ze op kathedralen beginnen te lijken. De mooiste staan in Birmingham, Brighton, Liverpool en Glasgow. Het bedehuis in Liverpool raakte in de jaren zestig van de vorige eeuw weliswaar zijn torentjes kwijt, maar het gebouw is nog steeds indrukwekkend. Metershoge mintgroene pilaren dragen een aantal grote balkons, terwijl de arke wordt bekroond met vijf blauwe koepels, versierd met gouden sterren.
Egyptisch
Dan zijn er nog synagogen in de meest exotische stijlen of op heel wonderlijke plekken. Wie op de boulevard van de Zuid-Engelse badplaats Brighton loopt en omhoogkijkt, ziet op het dak van een negentiende-eeuwse villa een ‘penthouse’-synagoge, gebouwd in de vorm van de tempel in Jeruzalem. Het is nu een woning.
In Canterbury zijn de synagoge en de mikwe, het rituele bad, in Egyptische stijl gebouwd. Deze kwam op na Napoleons veldtocht naar Egypte (1798), maar werd weinig toegepast in de Joodse architectuur. Het is ook wat vreemd: de Israëlieten waren in de oudheid slaven van de Egyptische farao.
De synagoge in Bradford, hartje Yorkshire, is een lappendeken van exotische stijlen: gestreept metselwerk, hoefijzervormige bogen, decoratieve kroonlijsten. Het gebouw zou niet misstaan in Saudi-Arabië of India, al maakt de Hebreeuwse inscriptie uit Jesaja 26:2 meteen duidelijk dat het hier om een Joods gebedshuis gaat: „Doet de poorten open, dat het rechtvaardige volk daarin ga, hetwelk de getrouwigheden bewaart.”