Kerk & religie

Blijvende verbondenheid over kerkmuren heen

Het Woord verbindt hen: ds. 
H. (Henk) Jonker (86) en zijn zoon ds. A. (Andries) Jonker (59), respectievelijk hersteld hervormd emeritus predikant en hervormd predikant. Beiden groeiden hervormd op, tot de vorming van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in 2004 hen in verschillende kerkverbanden bracht. „Maar het heeft ons niet gehinderd om elkaar te vinden in Christus.”

Klaas van der Zwaag

23 August 2013 06:41Gewijzigd op 15 November 2020 05:25

Ds. Jonker sr. heeft een niet-gebruikelijke weg tot het predikantschap achter zich. „Ik had een winkelbedrijf toen ik op 36-jarige leeftijd geraakt werd door de boodschap van Lukas 24:47, de prediking van bekering en vergeving der zonden, te beginnen bij Jeruzalem. We hadden toen vijf kinderen, Andries was 8 jaar. Ik meldde me aan voor de theologische studie, maar de Utrechtse hoogleraar A. A. van Ruler zei tegen me: Waar begin je aan, dat wordt toch een mislukking! Zijn collega prof. H. Jonker wees mij echter op een andere weg, die van hulpprediker. Door Gods voorzienigheid werd ik in die hoedanigheid gevraagd in Randwijk, een plaats waar op geestelijk en financieel gebied veel te doen was en die nog steeds de liefde van mijn hart heeft.”

Biddende ouders

Ds. A. Jonker: „Ik ben opgegroeid in een gezin waar de vreze des Heeren centraal stond. Het is een voorrecht om biddende ouders te hebben gehad. Samen spraken we over geestelijke dingen. Daar ben ik heel dankbaar voor. Onder een preek van dr. C. Graafland voelde ik aan: het Woord verkondigen, dat zou ik ook graag willen doen, maar daarvoor moet je toch geroepen zijn? Toen heb ik, zoals je dat op 8-jarige leeftijd kunt doen, tot de Heere gezegd: Als er na vijf jongens een meisje geboren wordt –mijn moeder was toen in verwachting–, moet ik predikant worden. Het werd een zusje, wat bij mij veel emoties opriep.”

Zijn vader: „Dan moet je dat toch doen, heb ik toen gezegd. We hebben er later nooit meer over gesproken, want ik wilde je niets opleggen. Zo zie je de voortgang van het Woord. Ik wist dat het echt was met je roeping. Dat ben ik nooit vergeten.”

Zijn zoon: „Ik dacht eerst even aan een studie natuur- of scheikunde, maar het werd toch theologie. Samen met u ben ik naar een open dag in Utrecht geweest. Het gebouw Transitorium op de Uithof was net geopend. We hebben beiden een heel eigen weg gehad, u met een late roeping, ik van jongs af aangeraakt.”

Ds. H. Jonker: „Ik ben niet via de universitaire weg tot het ambt gekomen. Daarom ben ik meer op de praktijk en het pastoraat gericht.”

Zijn zoon: „U bent altijd een herder en leraar geweest. Tijdens mijn studie was u voor mij een klankbord. Ik wist tijdens mijn opleiding een goede balans tussen geloof en wetenschap te bewaren, op het thuisfront werd ik gevoed door de prediking en de onderlinge gesprekken. Bij u heb ik belijdenis gedaan en voor het eerst deelgenomen aan het avondmaal. Maar ik was nog jong en moest nog in veel dingen een weg vinden. Ik ben eerst een paar jaar leraar godsdienst geweest aan het Ichthus College in Veenendaal voordat ik mijn kerkelijk examen deed. Ik kan dat iedere predikant aanbevelen: je leert je als docent zo helder en begrijpelijk mogelijk uit te drukken. Een leerling in de klas steekt zijn vinger op als hij iets niet snapt. Dan moet je moeilijke dingen uit­leggen.”

Scheuring

Andries Jonker werd in 1983 door zijn vader bevestigd in zijn eerste gemeente, Schoonrewoerd. Zo waren er twee predikanten in de familie. „U was een mentor op afstand. We belden elkaar vaak op, over waar we mee bezig waren en waarover we gepreekt hadden. Je maakt veel dingen in de gemeente mee en wilt dan van een ander horen hoe je dingen doet. Ik moest bijvoorbeeld een begrafenis leiden van een kind van twee en een half jaar, terwijl je zelf ook een kind van die leeftijd hebt. Dat zijn zware zaken waarin je steun nodig hebt.”

Vijf keer werd ds. A. Jonker door zijn vader bevestigd. Voor het laatst in 2003, in Baarn. In 2009 was bevestiging door zijn vader echter niet meer mogelijk omdat beide predikanten door de vorming van de Protestantse Kerk in Nederland in 2004 in verschillende kerkverbanden terechtkwamen. Ds. H. Jonker sloot zich aan bij de nieuw gevormde Hersteld Hervormde Kerk, zijn zoon nam zijn plaats in binnen de Protestantse Kerk in Nederland.

Een gebeurtenis die een schaduw wierp op uw leven?

Ds. A. Jonker: „Ja, dat was een zaak die erg veel pijn deed. We waren het erover eens dat we niet weg konden en niet mee­konden, een destijds bekende uitspraak binnen de Gereformeerde Bond, maar hebben helaas verschillende keuzes gemaakt. Dat was erg moeilijk en dat deed pijn.”

Ds. H. Jonker: „Bij ons beiden.”

Zijn zoon: „Eerst omzeilden we gevoelige zaken, maar na een moeilijke periode mochten we elkaar weer helemaal vinden als we het hadden over Christus en de geestelijke dingen. Deze zaken overstijgen alle kerkmuren.”

Ds. H. Jonker: „Ik heb de kerkorde van de PKN bestudeerd en voor mij was er geen andere keus mogelijk. Desondanks heb ik altijd in verschillende gemeenten gezegd: Bid voor elkaar.”

Zijn zoon: „De kerkfusie gaf veel spanningen en verdriet, maar in Baarn bleef gelukkig iedereen binnen de gemeente. Ik kon na de fusie precies zo preken als ik daarvoor deed. Het gaat om de twee wegen, de drie stukken en de ene Zaligmaker.”

Ds. H. Jonker: „Het gaat om de ene Kerk, die met een hoofdletter.”

„En laten we Israël daarbij niet vergeten. De bijzondere liefde voor dit volk begon in mijn periode in Barendrecht en werd daarna versterkt in Nijkerk. Ik leerde steeds meer geloven dat God trouw blijft aan Zijn beloften aan Israël. Al gaf het kerkelijk standpunt tussen ons scheiding, ten aanzien van Israël trokken we samen op. We zijn verschillende keren samen in Israël geweest en mijn vader heeft ook meerdere avonden verzorgd voor de Stichting Steun Messiasbelijdende Joden, waarvoor ik één dag als directeur ben vrijgesteld.”

Ds. H. Jonker: „Ik voel die verbondenheid met Israël sterk tijdens een doopdienst: God heeft Zijn verbond bevestigd vanaf Abraham van kind tot kind. Het gaat om de ene Kerk, uit Israël en de volkeren.”

U bent beiden inmiddels verschillende decennia predikant. Wat is er in tussentijd in de kerk veranderd?

„Toen ik in 1972 hulpprediker werd, ging men onvoorwaardelijk uit van het gezag van de Bijbel. Ik stimuleerde in de gemeente het onderzoek van de Bijbel en het lezen van goede boeken. Tegenwoordig staat centraal wat ménsen denken en willen. Er wordt veel gekeken en weinig gelezen. In die tijd werd er ook nog geluisterd.”

Ds. A. Jonker: „Al gebeurde het ook dat men de dominee liet praten en er niet tegen inging.”

Zijn vader: „Maar de nood van de mens, voor het aangezicht van God, woog toen meer. De diepe eerbied voor de Heere, de afhankelijkheid van Hem, het kennen van Hem in al Zijn wegen.”

Ds. A. Jonker: „Toen ik in Schoonrewoerd was, merkte ik dat men bezig was met de vraag: hoe kan Christus mijn Redder zijn?. De vergeving van zonden speelde er een grote rol. Je merkt dat het gezag van het Woord steeds meer aan kracht heeft verloren. Er heerst het gevoel: wat de dominee zegt is wel belangrijk, maar iedereen heeft recht op zijn eigen mening. God is meer degene Die helpt in mijn nood en zorg. Het eeuwigheidsbesef is afgenomen. Dat geldt mijns inziens overigens ook in andere kerken. Ook het aantal bezoekers van de tweede kerkdienst is sterk teruggelopen. Een zaak die mij verontrust en pijn doet: als je de Heere liefhebt, wil je ook voor de tweede keer onderwijs van Hem ontvangen.”

Zijn vader: „Als God iemand heeft gegrepen, dan ziet hij of zij uit naar een leven dat niet op deze wereld te vinden is. Als je bijvoorbeeld ziet hoe jongeren van refor­matorische scholen denken, zoals over seksualiteit, slaat de schrik me om het hart.”

Ds. A. Jonker: „Je merkt dat het moeilijker is om jongeren te bereiken en vast te houden.”

Ds. H. Jonker: „Als ik een voorbereidingspreek houd voor het avondmaal, zeg ik rustig: Laat de televisie maar eens een weekje uit.”

Ds. A. Jonker: „Dat kan ik zo niet zeggen. Ik ben wel concreet en maak duidelijk wat wel of niet kan, maar stel dat vooral vragenderwijs aan de orde. Als je iets vraagt, prikkel je de verantwoordelijkheid van de mens. Als je op een stellige manier een mening verkondigt op de kansel, kunnen mensen zeggen: Dat is zijn mening, daar hoef je het niet mee eens te zijn. Maar wat de Heere van ons eist, geef ik liever door in de vorm van een vraag waarop ieder persoonlijk antwoord moet geven.”

Dankbaar

Vader en zoon genieten zichtbaar van het gesprek en reageren spontaan op elkaar. Vele herinneringen komen naar boven, en vaak zeggen ze: „Dit hoeft niet in de krant.” Beide predikanten zijn dankbaar voor de leiding van God in hun leven, de roeping tot het ambt, de verkondiging van de enige Naam tot zaligheid. Ook voor het feit dat hun vrouwen een belangrijke rol op de achtergrond hebben gespeeld. De echtgenote van ds. H. Jonker is een biddende „steun” en legt bezoeken af aan ouderen en zieken; de vrouw van ds. A. Jonker gaat op kraambezoek binnen de gemeente, leidde in vorige gemeenten de vrouwenvereniging en is sinds 2008 voorzitter van het landelijk bestuur van de Hervormde Vrouwenbond.

Dankbaarheid overheerst bij ds. Jonker senior, die met zijn vrouw zelfstandig in Barneveld woont. „Mijn vrouw en ik hebben een goed leven hier. Ik heb tegen mijn dokter gezegd: Ik sterf op Gods tijd. Ik preek nog elke zondagmorgen en doe niets liever dan het Woord doorgeven zoals ik dat vroeger gedaan heb. Mijn vrouw rijdt heen, ik doe dat op de terugweg.”

Zijn zoon: „De Heere geeft Zijn zegen, niet alleen voor uzelf, maar ook voor degenen die het Woord horen. Als ik geen predikant was geworden, zou ik in de handel gewerkt hebben, zoals u dat hebt gedaan. We hebben dat beiden gemeen: onze boodschap zo proberen te brengen dat de hoorders die ook werkelijk aannemen.”


Jonker

H. Jonker (1927) was van 1972 tot 1977 hulp­prediker in de hervormde gemeente van Randwijk. In Lekkerkerk werd hij in 1978 op artikel 277e van de hervormde kerkorde tot predikant bevestigd. Daarna stond ds. H. Jonker in Nijkerkerveen (1980) en Kootwijk/Kootwijkerbroek (1987). In 1989 ging hij met vervroegd emeritaat. De predikant ging in 2004 over naar de Hersteld Hervormde Kerk.

A. Jonker (1954) was na zijn studie theologie van 1977 tot 1983 leraar godsdienst aan het Ichthus College in Veenendaal. Hij werd in 1983 bevestigd als hervormd predikant in Schoonrewoerd. Daarna diende hij de gemeenten van Stolwijk (1987), Barendrecht (1992), Nijkerk (1998) en Baarn (2003). Sinds 2009 is hij verbonden aan de gemeente van Putten.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer