Directeur: Shaare Zedek is religieus ziekenhuis
JERUZALEM – De spijswetten en de sabbat worden er strikt nageleefd en medische ethiek staat hoog in het vaandel. Jonathan Halevy: „Ik beschouw het Shaare Zedek absoluut als een religieus ziekenhuis.”
RD-journalist Richard Donk liep een paar dagen mee in het Shaare Zedekziekenhuis in Jeruzalem. Vandaag: directeur Jonathan Halevy.
De regen daalt gestaag neer in Jeruzalem. Voor de inwoners een zegen, want over een paar maanden zal de verzengende hitte weer toeslaan. De toeristen in de Israëlische hoofdstad vinden de buien duidelijk minder geslaagd.
In het Shaare Zedekziekenhuis is van de weersomstandigheden weinig te merken. Bedrijvigheid alom, ondanks een landelijke staking van verpleegkundigen die al enkele dagen duurt. Joodse en Arabische families lopen in en uit. Politieke verschillen behoren binnen de muren van het Shaare Zedek heel even tot het verleden.
In zijn kantoor in het grootste ziekenhuis van Jeruzalem zet directeur Jonathan Halevy de missie van het hospitaal uiteen. „Onze eerste prioriteit is logischerwijs het redden van levens en het verzachten van lijden. Maar wij leggen ook sterk de nadruk op het trainen van de volgende generatie.”
Het Shaare Zedek (Poorten der Gerechtigheid) begon in 1902 als een kliniek met twintig bedden in een monumentaal pand aan de Jaffastraat, hartje Jeruzalem. Het hospitaal was in die tijd voor een groot deel zelfvoorzienend. Op de begane grond werden koeien gehouden, getuigen oude foto’s in een expositieruimte.
In 1979 werd het huidige complex, op een steenworp van de Herzlberg en Yad Vashem, voltooid. Sinds 1988 geeft Jonathan Halevy leiding aan het ziekenhuis. „We zijn erin geslaagd het Shaare Zedek van een klein hospitaal tot een groot academisch centrum om te vormen.
Dat is zeker niet alleen zijn eigen verdienste, haast Halevy zich te zeggen. „We vormen met elkaar een hecht team. We hebben dit samen gedaan.”
Ondanks alle vooruitgang, signaleert Halevy ook bedreigingen. „Door de steeds hoger wordende kosten en de toenemende specialisering neemt de aandacht voor de patiënt af. Ik pleit sterk voor een holistische benadering: een arts behandelt geen orgaan, maar een mens.”
„Dat is voor mij de uitdaging van de toekomst”, vervolgt de ziekenhuisdirecteur. „Met de technologie van vandaag kunnen we kwalen zelfs op celniveau behandelen. Maar de kunst is om daarbij het individu niet uit het oog te verliezen.”
Leidend voor het beleid van het Shaare Zedek zijn de Joodse wetten en ethiek. Het ziekenhuis heeft zelfs een speciale afdeling die zich met medisch-ethische vraagstukken bezighoudt en richtlijnen voor artsen en verplegend personeel uitvaardigt.
Halevy beschouwt het Shaare Zedek dan ook zonder meer als een religieus ziekenhuis. „Dat betekent niet dat het hospitaal door rabbijnen wordt gerund. Maar het houdt wel in dat wij de spijswetten naleven en de sabbat in ere houden. Het kost af en toe flink wat geld en moeite om technische oplossingen te vinden voor situaties die conflicteren met de voorschriften.”
Het Shaare Zedek dwingt patiënten en bezoekers niet tot het naleven van religieuze wetten. „Als mensen een andere overtuiging hebben, is dat hun zaak. Het enige dat zij van ons beleid zullen merken, is dat bijvoorbeel op de sabbat de publieke telefoons in het ziekenhuis niet werken. Overigens horen wij vaak van niet-religieuze mensen dat zij de rust op zaterdag juist erg waarderen.”
Als directeur van het Shaare Zedek moet Jonathan Halevy soms beslissingen nemen die heel direct over leven en dood van een patiënt gaan. „Als een dokter aan mijn bureau komt en toestemming vraagt voor een levensreddende behandeling die 100.000 dollar kost, is dat voor mij een heel moeilijke afweging. Ik heb als directeur de verantwoordelijkheid om het ziekenhuis draaiende te houden. Als arts en mens wordt ik geacht te allen tijde het belang van de patiënt op het oog te hebben. Dat geeft een zware emotionele belasting.”
Dergelijke besluiten neemt Halevy overigens niet alleen. „In zo’n geval leg ik die vraag voor aan een aantal andere artsen. Als zij van mening zijn dat een behandeling noodzakelijk is, dan zal die ook doorgang vinden. Zo weet ik me altijd gesteund door de professionele en morele mening van mijn collega’s.”
Dit is het eerste deel in een serie over het Shaare Zedekziekenhuis.