Waterdruppeltjes op gloeiende plaat
ChristenUnie-Kamerlid Slob bracht, samen met ZOA-Vluchtelingenzorg, vorige week een werkbezoek aan Ethiopië. Vandaag de vierde en laatste aflevering van zijn dagboek.
„Eindelijk mag het vliegtuig landen op Schiphol. De harde wind die over Nederland blaast, zorgde voor het nodige oponthoud. Met de ervaringen van de afgelopen week nog scherp op het netvlies, valt me vanuit de lucht weer op hoe waterrijk ons landje toch eigenlijk is.
Met gevoelens van diepe verbondenheid met het volk van Ethiopië en het mooie en noodzakelijke werk dat ZOA al vanaf de jaren negentig in dit land mag verrichten, zijn we vrijdagavond vanuit Addis Abeba weer huiswaarts vertrokken.
Vrijdagmiddag heb ik mijn ervaringen nog gedeeld op de ambassade van Nederland in Ethiopië. Er is een open oor voor de nood die we in het oosten van Ethiopië, met name in de vluchtelingenkampen, hebben aangetroffen.
Het Reformatorisch Dagblad blijkt ook in Ethiopië gelezen te worden. Mede naar aanleiding van wat ik vorige week schreef over de ngo-wet uit 2009 discussiëren we met Nederlandse diplomaten.
Hulp in vluchtelingenkampen blijkt nog wél gegeven te mogen worden. De wet heeft volgens hen vooral negatieve gevolgen gehad voor de ngo-activiteiten die betrekking hebben op het versterken van mensenrechten en de zogeheten ”good governance”.
We spreken ook over de gevolgen van alle bezuinigingen in Nederland voor het werk dat de ambassade in Ethiopië kan doen. Het zal voor nog strengere prioritering van activiteiten gaan zorgen.
Ongeveer op het moment dat wij onze voeten weer op Nederlandse bodem zetten, rijden in Hartisheik de tankwagens het kamp binnen met het water waar duizenden Ethiopische ontheemden zo naar zitten te smachten. Een direct gevolg van activiteiten die na ons bezoek van afgelopen dinsdag aan het kamp door ZOA Ethiopië in werking zijn gezet.
Ons werd toen duidelijk dat de aanhoudende droogte op korte termijn voor een humanitaire ramp zou kunnen zorgen. We hebben de mensen beloofd alles te doen om hen te helpen. Er is een noodplan ontworpen en indringend overleg geweest met de Ethiopische overheid.
ZOA heeft aangegeven borg te willen staan voor waterhulp voor de komende zes weken. Op die manier kan in ieder geval de periode tot het invallen van het regenseizoen worden overbrugd. Aan de Ethiopische overheid is voedselhulp gevraagd.
Onder het noodplan zijn vrijdag de benodigde handtekeningen gezet. En zo wordt nog geen vier dagen na ons bezoek aan het kamp in Hartisheik onze belofte om te helpen al ingelost.
Geweldig nieuws. Vooral voor al die families in Hartisheik die niet wisten hoe ze de komende maanden door moesten komen.
Terug in Nederland realiseren mijn medewerker en ik ons dat deze hulp maar kleine druppeltjes zijn op een oververhitte Ethiopische plaat. Maar deze waterdruppeltjes maken op dit moment wel het verschil in mensenlevens.”