„We zullen de metro blijven nemen”
De metro is onmisbaar in Moskou. Dus zitten de inwoners van de Russische hoofdstad een dag na de twee aanslagen weer in de treinen. Het getroffen metrostation Loebjanka wordt weer gebruikt als ontmoetingsplek. Als vanouds.
Op het metrostation Loebjanka wacht Vladimir (32) voor de tweede keer op een collega. Loebjanka is het Moskouse station waar maandag de eerste aanslag plaatsvond. Daardoor kon Vladimirs afspraak maandag niet plaatsvinden. Dinsdag proberen ze het opnieuw. Want ook een dag na de aanslag geldt Loebjanka als ontmoetingsplek. Net als andere metrostations in Moskou.
Zo goed als het kan probeert Moskou na de aanslagen, waarbij dinsdag 39 doden vielen, de draad weer op te pakken. De ochtendspits lijkt wat later op gang te komen dan normaal. Moskou wacht uit voorzorg af. Maar de sfeer in de metro is niet anders dan normaal, vindt Vladimir. „Mensen kijken voor zich uit. Ze zwijgen. Zoals altijd.” Het geluid van de rijdende metro overstemt alles. Reizigers luisteren naar muziek. Een enkeling leest de krant met het nieuws over de aanslagen. Anderen sluiten hun ogen.
Moskou kan niet zonder zijn metro. Om de twee minuten komen ze voorbij. Dagelijks reizen 9 miljoen mensen onder de grond. Een alternatief hebben ze niet. Boven de grond staan de auto’s meer in de file dan dat ze doorrijden. De twee getroffen lijnen gingen gisteren aan het eind van de middag weer open. Direct stroomden de perrons ze vol.
Moskou is geraakt. De vlaggen hangen halfstok. „De stad huilt”, zegt de nog steeds wachtende Vladmir. Op het metrostation Loebjanka lopen Russen af en aan met bloemen. Ze leggen ze neer bij een geïmproviseerd herdenkingsbord. Een lichte walm van kaarsen komt de reizigers tegemoet. De gezichten zijn bedrukt. Een jongedame huilt stilletjes in een hoekje, met een zakdoek in haar hand. „We moeten verder”, vindt Vladimir. „Wat kun je eraan doen?”
De 21-jarige Dmitri Annenko wacht op station Loebjanka op zijn vriendin. Hij kijkt hoe mensen bloemen leggen. Onderweg naar het metrostation merkte hij wel degelijk een verschil met andere dagen. „Mensen spraken weinig met elkaar. Ze huilden. Ze zijn bang. Maar we zullen de metro blijven nemen. Zonder metro staat Moskou stil.”